Misverstand: het Gallische everzwijn

Everzwijn (een varken is minder behaard, heeft een krulstaart en een stompere neus)

Mijn eerste geschiedenisles kreeg ik in de eerste klas van de lagere school. We lazen een verhaaltje over twee Germaanse jongens, Baldo en Olwin, die op berenjacht gingen. Van dat beeld, dat ze tweeduizend jaar geleden in onze contreien leefden van de jacht, in dierenhuiden gekleed gingen en bier dronken uit runderhoorns, klopt weinig. Archeologen hebben immers weefgewichten en aardewerk opgegraven. Die voorwerpen bewijzen dat de mensen deden aan landbouw, textiel konden maken en wel iets geavanceerder drinkgerei hadden.

Verkeerde beelden als deze blijven echter terugkeren. Een voorbeeld is het denkbeeld dat men destijds joeg op everzwijnen, bekend uit Asterix. Wie niet méér leest over de Oudheid – en dat zijn de meeste Asterixlezers – zal de rest van zijn leven blijven denken dat everzwijnen een substantieel deel vormde van de voeding van de oude Galliërs en Germanen. Nu zullen antieke jagers zeker weleens met everzwijn zijn thuisgekomen, maar er zijn hier nogal wat problemen.

Zwijnen en varkens

In de eerste plaats: waarom zou je op everzwijnen gaan jagen als je ook tamme varkens hebt? Het dier is in het Nabije Oosten gedomesticeerd in het zevende millennium; in onze contreien iets later, maar krulstaart liep gewoon rond op de boerderij. Een nuttig dier, niet alleen omdat het in de winter kon worden omgezet in spek, balkenbrij en worst, maar ook weinig vraagt, omdat het de gewoonte heeft afval te eten. Het is immers een alleseter. Met wandelende biobakken op elke boerderij was er geen reden op everzwijnen te gaan jagen.

Een tweede punt: de Franse archeozoöloog Patrice Méniel wijst erop dat in La Tène-boerderijen allerlei soorten botten zijn gevonden, maar dat everzwijn er maar zelden bij zit. De mensen in de IJzertijd joegen wel op ree, hert, haas en gevogelte, maar het zwijn was geen populaire prooi. Voor zover everzwijnbotten zijn opgegraven, komen ze uit krijgersgraven. Ook kennen we slagtanden uit IJzertijd-nederzettingen, maar die lijken niet afkomstig uit het keukenafval. Eerder moeten we denken aan sieraden.

Slagtand van een everzwijn (Wierdeninformatiecentrum, Ezinge)

De varkens van Strabo

Waar komt het misverstand vandaan? Misschien valt het te wijten aan een onhandige passage van de Grieks-Romeinse geograaf Strabon. Die merkt op dat de Galliërs veel zuivel gebruikten en vlees aten, waarbij hij vooral varkensvlees vermeldt. Dit slaat op tamme varkens (en op zuivel van gedomesticeerde koeien en geiten). Maar dan vervolgt hij: de varkens leven in de velden en voor wie er geen ervaring mee heeft, zijn ze zo gevaarlijk als wolven. Dit lijkt een beschrijving van everzwijnen. Misschien is dat de reden waarom mensen zijn gaan denken dat Galliërs op die dieren joegen.

Tam everzwijn of wild varken?

Krijgers

Nog even over die krijgersgraven. Het everzwijn was voor de oude Galliërs wél belangrijk als militaire symbool. Het stond afgebeeld op schilden en er zijn afbeeldingen die een duidelijk religieuze inslag hebben, zoals dit beeldje van de Keltische god Moccus.

De god Moccus (Beeldje uit Euffigneix; Musée des antiquités nationales, Saint-Germain-en-Laye)

Ook zijn er talloze bronzen beeldjes gevonden van everzwijnen. Ongetwijfeld was de aanvalskracht van een zeug met jongen de bron van inspiratie. Maar met jacht had het weinig te maken.

Keltisch beeldje van een everzwijn uit Luna
Deel dit:

55 gedachtes over “Misverstand: het Gallische everzwijn

  1. gerardvangen

    Everzwijn of wildzwijnen vlees is heerlijk en veel lekkerder dan schuurvarkens zouden die Galliers dat niet geweten hebben??

  2. Het kan wel een misverstand zijn ,maar toch mooi dat jouw eerste les op de lagere school over onschuldige Germaanse edelzwijnen ging. Mijn eerste les en misverstand ging al meteen,zoals het op een Johannes Colijnschool betaamde, over de deugden en ondeugden der Germanen. Alleen de ondeugden kan ik mij nog goed herinneren:goklust en veelwijverij.Nou ja, ook een vorm van “‘Schweinerei”,natuurlijk.

  3. Is dit jouw versie van Moccus the week?😎

    Het argument dat Galliers en Germanen gedomesticeerd vee hielden is wat zwak- wij hebben ook supermarkten vol vlees om de hoek, toch zijn er ook hier in Nederland genoeg fanatieke jagers (jaja, ik weet het; ik mag de huidige wereld met die van 2000 jaar geleden vergelijken, want,…etc…,en omdat. Maar ik ga ervan uit dat wij biologisch én psychologisch net zó in elkaar zitten als onze voorgangers. Toga of t-shirt, of koerier/mobieltje maakt niks uit voor wat mensen ten diepste willen).

    1. Rob Krabbendam

      Ik ben – en dat heeft niks met everzwijnen te maken, zeg ik maar meteen – uitermate nieuwsgierig waarom u/jij denkt dat mensen heel de geschiedenis door – of in ieder geval tot tweeduizend jaar terug – ten diepste hetzelfde willen als nu?

      [Ik denk namelijk van niet, omdat ik sterk belang hecht aan Umwelt. Ja, wij kunnen wel van dezelfde bouwstenen gemaakt zijn als onze voorouders, dat ga ik niet ontkennen (dat zou dom zijn), maar die bouwstenen staan net zo goed onder externe (dus niet alleen onder interne) invloed.]

      1. Umwelt heeft er weinig te maken, wat mij betreft- mensen willen macht, rijkdom en roem (om vrouwen te verkrijgen), anderen zoeken bescherming en/of zekerheid. Dat was 2000 jaar geleden zo, en vandaag is dat zo. De vormen van roem verschilt wellicht (in vroeger tijd bv meer zucht naar militaire roem, nu neemt men misschien eerder deel aan talentenjachten of sportwedstrijden), maar het streven an sich is hetzelfde (voor rijkdom is het zelfs helemaal hetzelfde gebleven; het verlangen naar goud/geld). Men hecht teveel waarde aan uiterlijke verschillen; vroeger las je de krant, toen kreeg je (snellere) radio en tv, en nu krijg je je informatie via je mobiele telefoon. Maar het gaat in feite om toegang tot de meest recente info, niet om het medium.

        1. Rob Krabbendam

          Vind ik het wel frappant dat de mens al duizenden jaren naar hetzelfde streeft, maar er toch nooit béter in geworden is om rijkdom, roem of vrouwen te bemachtigen… Dat wil zeggen: het merendeel van de mensheid zit ondanks al dat streven – of dankzij dat streven? – zonder. (En waar streven vrouwen naar – mannen?)

          Rijkdom, al dan niet militaire roem, het beste haantje worden om vrouwen te bemachtigen – riekt mij veel te veel naar grote-mannengeschiedenis. En teveel naar (over)simplificatie.

  4. “Wie niet meer leest over de Oudheid- en dat zijn de meeste Asterix-lezers…”
    Wát zijn die Asterix-lezers?, is de vraag die direct in mij opkomt als ik zo’n zin lees. Je zou beter kunnen schrijven “wie niet méér leest over de Oudheid dan Asterix, zou kunnen denken dat…”etc., of “wie zijn kennis over de Oudheid uit Asterix haalt, zal waarschijnlijk denken…” of iets dergelijks- nu staan er eigenlijk alleen wat onsamenhangende woorden achter elkaar, ze vormen geen echte zin (in de zin van dat het iets zou betekenen).

  5. Hrodberht

    Doet me denken aan de krijgers helm gemaakt van everzwijn slagtanden die ik in het Nationaal Archeologisch Museum van Athene zag. Everzwijn beren waren waarschijnlijk de gevaarlijkste beesten om te doden. Deze met een speer doden lijkt me een goede overgangs-ritueel voor jonge krijgers.

    Van de Kelten weten we dat ze runderhoorns gebruikten voor rituele drink bijeenkomsten waarom was dit in Nederland niet het geval? De heerser die in het Vorstengraf van Oss ligt zal best uit een hoorn gedronken hebben zoals zijn tijd- en cultuur-genoten in Duitsland die runderhoorns als grafgoederen hebben. Runderhoorn als ritueel drink gerei is een interessant onderwerp ook in het licht van de Venus van Laussel.

  6. Arnold den Teuling

    Er zwerft een roedel van vermoedelijk vijf everzwijnen in een 25 ha groot maisveld in het Vorrelveen bij Beilen. De beesten zijn zo schuw en de omgeving zo gunstig dat professionele jagers ze niet kunnen vinden. Met reeën en hazen hebben ze doorgaans geen problemen.

    1. Frans

      Dat komt doordat ze in het verleden zo bejaagd zijn door Obelix en zijn maatjes. De herinnering daaraan zit in de everzwijnengenen gebakken.🐗😉

      1. Rob Duijf

        Stadhouder annex koning van Engeland Willem III van Oranje was een fervent jager die op de Veluwe graag everzwijnen aan zijn ‘swijnspriet’ prikte. In het Aardhuis – het jachtchalet in de Kroondomeinen in Uddel – hangen nog een paar van dat soort lansen aan de muur. Omdat het zwijnenbestand achteruit liep, liet ie er paar importeren uit Kassel om voor nageslacht te zorgen.

        In de negentiende eeuw was het wilde zwijn op de Veluwe zo goed als uitgeroeid. Prins Hendrik, de echtgenoot van Koningin Wilhelmina, was ook al zo’n jager, zoals dat natuurlijk hoort in adellijke kringen. Om toch wat te jagen te hebben, importeerde hij zwijnen uit Mecklenburg en Tsjechië. Zijn bijnaam luidde dan ook ‘Varkensheintje’. De Oranjes vinden de jacht nog steeds dolletjes en delen van het Kroondomein worden dan ook tussen 15 september en 25 december voor het publiek afgesloten. Jammer dan.

        Na een paar milde winters en goede mastjaren barst de Veluwe uit zijn voegen van de everzwijnen. De ecologische hoofdstructuur werd in 2010 door staatssecretaris Henk Bleeker (CDA) persoonlijk de nek omgedraaid, dus de druk op de populatie kan niet op een natuurlijke manier afvloeien. Inmiddels zijn we als de dood voor de Grote Boze Wolf – de natuurlijke predator van het zwijn – die we liever niet toelaten op de Hoge Veluwe en daarom moet 80% (6000 exemplaren) van de everzwijnen worden afgeschoten. Dat is fijn voor de jagers die zo hun dodelijke hobby kunnen uitoefenen, maar we noemen het faunabeheer.

        Als Asterix en Obelix dat hadden geweten…

  7. Frederique Baas

    Er zijn wėl behaarde varkens, Jona, de Hongaarse Mangalica en de Kunekune van de Maori’s. Maar de Mangalica dateert ergens rond 1850, en van de Kunekune weet ik het niet.

  8. Marcel O

    Jouw stukje lezend vermoed ik overigens dat Uderzo prima wist dat everzwijen eerder jachttrofeeën waren (genoeg over in Griekse mythologie) en dat hij daarmee een verwijzing maakt naar de edelheid van het dorpje en haar inwoners. Die arme stripmakers weten vaak meer dan de leek vermoedt en verwerken dat in allerlei lagen.

  9. sara

    Dat je als eerste geschiedenisles een spannend verhaaltje leest over op een beer jagende dappere jongens, of Asterix erg leuk vind en ze allemaal gelezen hebt, hoeft niet te betekenen dat je de rest van je leven denkt dat beren en/of everzwijnen een substantiëel onderdeel van het toenmalige dieet uitmaaken. Ik denk dat je die gevolgtrekking helemaal niet maakt.

    Ik denk eerder dat je als kind geniet van dit soort spannende, leuke verhalen. En, wie weet, zal een enkeling eens wat meer willen weten daarover, op latere leeftijd. In ieder geval zal het de lezertjes bij de les gehouden hebben. In die tijd werden we gelukkig nog niet lastig gevallen met ‘begrijpend lezen’. Het ging om het leesplezier.

    Dit soort verhaaltjes helpt om je een voorstelling (çonception) van het leven van toen te maken. Het bekommeren om allerlei details en feitelijkheden (logic) komt later. De menselijke intelligentie begint met het maken van voorstellingen – de primaire mentale activiteit.

    (Zelf vond ik het zusje van Hiawatha interessanter dan Hiawatha zelf, maar dat er zijde.)

    1. Maar die in berenvellen gehulde jagers zijn toch echt een eigen leven gaan leiden. Als je de mensen bij wie dat beeld nog steeds overheerst de kost zou moeten geven was je snel failliet.

      1. sara

        Die ‘in berenvellen gehulde jagers’ hebben in ieder geval wel een sprekende metafoor opgeleverd.

        Ik denk bijvoorbeeld aan de ‘Proud Boys’ van president Trump. In een land waar de dollar ‘God’ is en Trump zijn ‘profeet’.

  10. Arjen Dijkgraaf

    Die wandelende biobak is voor mijn gevoel een typisch 21e-eeuws concept. Ik betwijfel of keuterboertjes van 2000 jaar geleden voldoende voedselresten overhielden om naast zichzelf ook een varkenstrog te vullen. Lijkt me logischer dat hun tamme varkens inderdaad in de velden hun eigen kostje bij elkaar mochten zoeken. En zoals Strabo al concludeerde, kon je ze daarbij beter niet storen.
    Bovendien léken ze vermoedelijk veel meer op hun wilde voorouders dan de huidige varkens. Recent onderzoek (https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC6717267/) laat zien dat het DNA van tamme varkens na aankomst in Europa grondig vermengd is geraakt met dat van lokale wilde zwijnen… nu en dan kom je best wat lekkers tegen in die velden…
    Kortom, de verwarring is geen wonder. Dat het dorpje van Asterix ook geen boeren lijkt te bevatten, verbaast me meer.

      1. Arjen Dijkgraaf

        Nu je het zegt… maar dat zijn hooguit moestuintjes. Daar kun je bij lange na niet met een heel dorp van eten.

        1. Rob Duijf

          Een ambachtman als Hoefnix en een detailhandelaar als Costunrix hebben geen tijd om te tuinieren; specialisten doen aan ruilhandel…

  11. Dirk

    Jagen op everzwijnen zal eerder een tijdverdrijf van de elite zijn geweest, een kans om je mannelijkheid te bewijzen. In de Arthurlegenden vind je dat ook terug: Twrch Trwyth.
    Ik ben nu in de Ardennen, in het gebied van de Treveren. Gisteren een uurtje gaan lopen in het woud (bos is niet het geschikte woord voor deze omgeving) en ik ben daarbij toch enigszins op mijn hoede. Aan een jagershut was een slager een everzwijn van de ingewanden aan het ontdoen. Speciaal.

    1. Arnold den Teuling

      Je vindt het hier zelden in de winkels, maar in België koop je everzwijnpaté in de supermarkt, tenminste in het najaar. Erg lekker.

    2. Rob Duijf

      ‘(…) en ik ben daarbij toch enigszins op mijn hoede.’

      Dat kan geen kwaad, maar een wild zwijn zal niet zomaar aanvallen (het aantal confrontaties is nihil en valt bovendien vaak te vermijden). Ze zijn van nature mensenschuw en gaan ons uit de weg, tenzij ze zich bedreigd voelen. In de rauschtijd van september tot maart zitten de keilers vol testosteron; ook als de zeugen frislings hebben – tussen maart en april – kan het link zijn.

      Wat mensen echter vaak vergeten, is dat ze te gast zijn in het woud; ze gaan van de paden af, de rustgebieden in, ze houden de hond niet aangelijnd en hun kinderen niet in toom. Bovendien vinden mensen het leuk om die varkentjes te voeren – niet doen! – waardoor ze veeleisend kunnen worden.

      Zwijnen kunnen slecht zien, maar des te beter ruiken. Mensen hebben het wild naar de schemering gedrongen; dat geldt ook voor het everzwijn. Mochten ze je pad kruisen, dan kun je het beste gewoon heel stil blijven staan. Zo wek je geen schrik en agressie op en kun je rustig genieten van dit oer-zwart wild.

  12. Remco

    “de varkens leven in de velden en voor wie er geen ervaring mee heeft, zijn ze zo gevaarlijk als wolven.”

    Bij Strabo staat iets anders: het is voor iemand zonder ervaring gevaarlijk de zwijnen te benaderen, en ook voor een wolf is het gevaarlijk de zwijnen te benaderen.

    In het Grieks staat er bovendien: αἱ δ᾿ ὕες καὶ ἀγραυλοῦσιν … Dat καί wordt door vertalingen weggemoffeld. Het suggereert dat er zwijnen OOK in de velden leven (naast blijkbaar de gedomesticeerde). Maar misschien lees ik te veel in dat καί. Door beperkingen in de UB kan ik het commentaar van Radt op Strabo moeilijk raadplegen.

    Overigens doet dit niets af aan je suggestie dat dit de (een?) bron is voor de opvatting dat Galliërs op everzwijnen joegen.

    1. Rob Duijf

      ‘(…) Het suggereert dat er zwijnen OOK in de velden leven (…)’

      Natuurlijk! Wilde zwijnen wroeten de bodem om op zoek naar lekkers: knollen, truffels, regenwormen, engerlingen e.d. en ze zijn gek op beuken- en hazelnoten en eikels. En tja, een strak gazon of een akker is natuurlijk een buitenkansje dat evertje zich niet laat ontglippen; onze eigentijdse aardappel- en maïsvelden zijn dan ook zeer in trek bij knorrepot.

  13. Knotwilg

    Zoals anderen hier ironisch opmerken, heb je de invalshoek “misverstanden door populaire media” zelf al meermaals bekritiseerd, waardoor je hem voor jezelf hebt ontnomen. Het is moeilijk om van dit stukje te genieten als we eerst volop meegegaan zijn in je discours dat er een wijd spectrum aan liefhebbers van geschiedenis is en niet alleen maar kenners of kritiekloze volgers van de film Spartacus of de Asterix-strips.

  14. Truus Pinkster

    Ik ken een jager, Gilbert, heet hij, uit La Sibotière, bij Moutiers-au-Perche, in Zuid-Normandië, in Frankrijk, een verwoed jager, die me het volgende vertelde: Jagend op wilde zwijnen ging hij handig op een heuveltje staan. Edoch het bleek een wild zwijn te zijn, die zich schuil hield, maar hier niet van gediend was, dus hij vluchtte weg, waarbij hij deze Gilbert onderuit trok. Dit exemplaar was dus allerminst schuw zou je zeggen.
    Gilbert kon overigens hartelijl lachen om deze poets.

    Pek van Andel op de PC van Truus Pinkster.

  15. Roger Rymen

    De cultus van de Keltische godin ARDUINNA vinden we terug in de Ardennen, het grootste woud van gans Gallië. Zij was jacht- en woudgodin en werd voorgesteld als een op een mannelijk everzwijn schrijlings rijdende jageres wat de belangrijkheid van dit dier voor de toenmalige bewoners aantoont. Zij is een jonge vrouw en draagt een korte tuniek. Soms draagt ze een soort harnas en een boog en is ze vergezeld van een hond. Door de Romeinen werd Arduinna gelijkgesteld met hun godin Diana. In Hürtenwald-Grey (8 km ten zuidwesten van Düren) is in 1859 een stele met inscriptie ter ere van Arduinna gevonden en eerder onopvallend bevindt zich nabij de dorpsplaats een kopie van de wijsteen. Het origineel vindt men in het Rheinischen-Landesmuseum Bonn.
    De naam van de godin betekent waarschijnlijk “verhevene” of “godin van de hoogten” omdat het gallische woord “Arduo-“ – “hoogte” betekent, anderen daarentegen wijzen op het Keltische “Ar Duen” wat wil zeggen “De Zwarte”, misschien verwijzend naar het donkere, dichte woud (cfr.: Zwarte Woud). We komen haar ook soms tegen als “Arduina, Arduenna, Ardvinna of Ardbinna” en haar naam zou dus aan de oorsprong liggen van de Ardennen. Dit gebied was tevens de streek waar zij werd vereerd.

    1. Erik Bouwknegt

      De etymologie van die naam zal eerder omgekeerd zijn, afgeleid van de naam van de Ardennen, en ze lijkt me als godin vooral een genius loci, m.a.w. erg gebonden aan een bepaalde plek of streek.
      Overigens lijkt de Latijnse naam van de Ardennen veel logischer dan de Gallische verklaring, ook al is de wortel verwant, in het Latijn betekent Arduenna silva zoiets als steil bos, en vergeleken met andere Europese gebieden zijn de Ardennen niet bijzonder hoog, maar steil zijn ze wel, zoals wielerliefhebbers vanmiddag nog hebben kunnen zien.

  16. FransL

    Eigenlijk op zoek naar de betekenis van het zwijn/varken in (antieke) godsdiensten, kwam ik o.a.bij dit bij artikel. Hier een onderdeel van de conclusies.

    Pigs Into Europe
    Beginning about 7,000 years ago, central Asian people moved into Europe, bringing their suite of domestic animals and plants with them, following at least two main paths. The people who brought the animals and plants into Europe are known collectively as the Linearbandkeramik (or LBK) culture.
    For decades, scholars researched and debated whether Mesolithic hunters in Europe had developed domestic pigs prior to the LBK migration. Today, scholars mostly agree that European pig domestication was a mixed and complex process, with Mesolithic hunter-gatherers and LBK farmers interacting at different levels.
    Soon after the arrival of LBK pigs in Europe, they interbred with the local wild boar. This process, known as retrogression (meaning successful interbreeding of domesticated and wild animals), produced the European domestic pig, which then spread out from Europe, and, in many places replaced the domesticated Near Eastern swine.

    Dus tegen de tijd dat Obelix bezig was had hij te maken met harig varken dat in de bossen nootjes zoekt. En misschien ook wel truffels.

    Het artikel begint met de vaststelling dat het heel ingewikkeld is e.e.a. te onderzoeken.
    The domestication history of pigs (Sus scrofa) is a bit of an archaeological puzzle, in part because of the nature of the wild boar that our modern pigs are descended from. Many species of wild hog exist in the world today, such as the warthog (Phacochoreus africanus), the pygmy hog (Porcula salvania), and the pig-deer (Babyrousa babyrussa); but of all the suid forms, only Sus scrofa (wild boar) has been domesticated.

  17. Rob Duijf

    ‘This process, known as retrogression (meaning successful interbreeding of domesticated and wild animals), produced the European domestic pig, which then spread out from Europe, and, in many places replaced the domesticated Near Eastern swine.’

    Retrogressie of terugkruisen betekent dat het gedomesticeerde ‘Lineaire Band-varken’ het uiterlijk cq de genetische eigenschappen van het Europese wilde zwijn erfde. Een ‘harig varken’ is dit geval dan ook te kort door de bocht geformuleerd; Obelix’ everzwijntjes zagen er net zo uit als het wilde oerzwijn, maar hadden andere genen.

    Iets vergelijkbaars zie je bij andere gedomesticeerde dieren, zoals de tamme duif en de huiskat.

    De stadsduif – helaas ten onrechte ‘vliegende rat’ genoemd – werd ooit voor consumptie gekweekt uit de rotsduif. Nadat duif niet meer op het menu stond, eerst van de adel en later van het gewone volk, verwilderde deze consumptieduif en kreeg door retrogressie weer de tekening van de rotsduif terug. Het is genetisch echter een andere soort.

    Huiskatten die verwilderen krijgen na verloop van generaties door retrogressie de cyperse tekening van de oorspronkelijke Europese wilde kat terug. Het is in dit verband wel aardig te vermelden dat de zeldzame Europese wilde kat weer terugkeert in ons land. Vanuit populaties in de Eifel en de Ardennen wordt de kat al waargenomen in het Limburgse heuvelland.

  18. Arjen Dijkgraaf

    Ik word nu wel benieuwd hoe lang die zwijnen de gelegenheid hebben gekregen om terug te kruisen. Ooit moet iemand het hek rond de varkensstal hebben uitgevonden om de tamme beesten binnen en de wilde buiten te houden. Dat zal wel ver na Obelix’ tijd zijn geweest, maar wanneer?

  19. Rob Duijf

    ‘Dat zal wel ver na Obelix’ tijd zijn geweest (…)’

    Dat denk ik niet. Sedentaire boeren hielden hun vee binnen een omheining of op stal. Gedomesticeerde varkens werden gehoed op velden en in het bos, net zoals schapen en geiten. Dat moest ook wel, want ze zouden een puinhoop maken van de akkers en het was gevaarlijk, want wolven, lynxen en beren lusten wel een varkentje. Die omheiningen zijn archeologisch aangetroffen, denk bijvoorbeeld aan de raatakkers (‘Celtic fields’} uit de late bronstijd, ijzertijd en Romeinse tijd, maar ook aan de vele huisplattegronden van boerderijen uit de late steentijd, bronstijd en ijzertijd.

    Er zijn allerlei redenen denkbaar om aan te nemen dat gedomesticeerde zwijnen weer konden kruisen met hun wilde soortgenoten, zoals conflicten, ziekten of misoogsten waarbij de veestapel moest worden achtergelaten, ontsnapte of werd vrijgelaten. En er zullen wel eens wat varkentjes zijn weggelopen…

  20. Arjen Dijkgraaf

    Weer wat geleerd!
    Al verwacht je bij weggelopen of achtergelaten dieren eerder dat ze de genenpool beïnvloeden van de wilde zwijnen, en juist niet die van de tamme. Er blijft genoeg te onderzoeken.

  21. Rob Duijf

    Die gedomesticeerde dieren laten hun genen ook wel achter, maar ben je een paar generaties verder (zwijnen werpen elk jaar) dan komt uiteindelijk het meeste dominante gen tot uiting. Die latere generaties zijn echter niet identiek aan het oorspronkelijke.

  22. Arjen Dijkgraaf

    Dat verklaart nog steeds niet hoe tamme varkens binnen het hek aan de genen komen van wilde zwijnen buiten het hek.

    1. Rob Duijf

      Dat zou kunnen wanneer de boer het hek openzet om een geile keiler binnen te laten… 😉

      M.a.w. de jager-verzamelaars zouden in hun transitie bewust kunnen zijn gaan fokken door de gedomesticeerde varkens te kruisen met Europese wilde zwijnen. Fokken doe je doorgaans om bepaalde eigenschappen die je belangrijk vind te behouden en te versterken. Op die manier kun je tot retrogressie komen.

      Dat suggereert althans het artikel dat @FransL hierboven aanhaalt:

      “Today, scholars mostly agree that European pig domestication was a mixed and complex process, with Mesolithic hunter-gatherers and LBK farmers interacting at different levels.”

      want:

      “Soon after the arrival of LBK pigs in Europe, they interbred with the local wild boar.”

      Het gedomesticeerde varken dat zo werd verkregen, verdrong uiteindelijk het oorspronkelijke varken van de Bandkeramiekcultuur, maar behield ook bepaalde eigenschappen. Wellicht werd de wildheid eruit gefokt, maar bleef er een groot en stevig varken over? In uiterlijk zal het dier niet heel veel hebben verschild van zijn wilde voorzaten.

    2. Rob Duijf

      Ik zie dat je zelf een uitstekend onderzoek aanhaalt, dat mogelijk antwoord geeft op deze vraag:

      “Although perhaps initiated as an accident, if the offspring of the wild-caught females were perceived to possess superior traits, the acquisition of wild female piglets may have become a regular practice.”

      Het idee is dat wilde zwijnenzeugen werden gevangen en dat men deze wellicht per ongeluk liet paren met gedomesticeerde varkensberen, zo per toeval goede eigenschappen in het nageslacht ontdekte en daarmee verder begon te fokken.

  23. Arjen Dijkgraaf

    Nu je het zegt… zo goed had ik dat artikel nog niet gelezen. Ik interpreteer de tekst iets anders: ze fokten niet verder met het halfwilde nageslacht maar vingen daar wilde vrouwelijke biggetjes voor.

    Ik kom nu ook een andere interessante zin tegen: ‘In Mediterranean regions, including Sardinia, Corsica, Spain, Greece, and Roman Italy, swineherd management often allowed for pigs to seasonally range freely away from human settlements.’ Klinkt alsof varkens daar net zo werden gehoed als je doet met schapen in de bergen: geen stal, min of meer los laten lopen, ze komen vanzelf terug, maar intussen kan die geile keiler van jou mooi zijn gang gaan.

    Maar het blijft speculeren, natuurlijk.

    1. Rob Duijf

      ‘Ik interpreteer de tekst iets anders: ze fokten niet verder met het halfwilde nageslacht maar vingen daar wilde vrouwelijke biggetjes voor.’

      Ja, dat is zo. Het is ook logisch.

      ‘Klinkt alsof varkens daar net zo werden gehoed als je doet met schapen in de bergen: geen stal, min of meer los laten lopen (…)’

      Ja, zo zie ik het ook. Min of meer vrij. Ze werden wel gehoed, hoor; je doet niet al die moeite om je vee op te laten vreten door wilde dieren. De hond was immers ook gedomesticeerd. In onze tijd zijn natuurlijke predatoren nagenoeg uitgeroeid, maar toen werd het vee bewaakt. Dat sluit intercourse met mijn geile keiler uiteraard niet uit…

      In september vallen de eikels en de nootjes van de bomen; dat is feest voor varkens. Die smaak gaat overigens ook in het vlees zitten. ’s Winters zullen de varkens dan ook binnen zijn gehaald…

      ‘Maar het blijft speculeren, natuurlijk.’

      Natuurlijk! Antropologisch onderzoek bij natuurvolken kan echter mogelijke aanwijzingen geven. Het onderzoek waar je naar verwijst, noemt dat ook. Geen gekke gedachte, hoor…

  24. FransL

    Er zijn een hoop dingen die je niet wilt weten. Onderstaande links laten zien dat er best veel wetenschappers zich met het varken bezig houden, maar wat ontzettend ver van ons afstaat.
    Tussen alle termen door kun je toch nog ietsje meenemen.
    Met dit stukje doe ik dus niks:
    “A sequence divergence of ~2% per million years for mtDNA has been found among mammalian species, corresponding to a nucleotide substitution rate of 1 × 10−8 substitutions/site/year in each lineage (Brownet al. 1979). The average pairwise nucleotide distance between European and Asian mtDNA cytB sequences belonging to clade E1 and A was 17 ± 1.4 substitutions (1.45 ± 0.12%)”.

    The Origin of the Domestic Pig: Independent Domestication and Subsequent Introgression | Genetics

    Patterns of East Asian pig domestication, migration, and turnover revealed by modern and ancient DNA | PNAS

Reacties zijn gesloten.