Hunebedden van de dag: D19 en D20 (Drouwen)

Hunebedden D20 en D19 bij Drouwen

De hunebedden van Drouwen staan ook bekend als de “Steenhopen”: een weinig verrassende naam voor twee verrassend mooie grafmonumenten. Ze liggen even ten westen van het dorp, tegen de bosrand, vlakbij een tunneltje onder de N34 Emmen–Eelde.

Tussen de hunebedden en Drouwen ligt, als een open plek in het bos, een oud meertje. Dat zien we wel vaker bij zo’n prehistorisch graf.

Hunebed D19 bij Drouwen

In het westen ligt hunebed D19: 15½ meter lang en 3½ meter breed. Het is in 1912 onderzocht door Jan Hendrik Holwerda, een duizendpoot die niet alleen directeur was van én het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden én het Museum Kam in Nijmegen (de voorloper van het Valkhof), maar ook werkte aan de Leidse universiteit en ook nog eens verdienstelijk uitleg gaf aan het grote publiek. O ja, hij groef de Hunenschans op bij Uddel, deed onderzoek naar Romeins Nijmegen, naar Dorestad en naar Ockenburgh. In hunebed D19 vond hij stukjes koper, 400 potten uit de trechterbekertijd, dertien bijlen, menselijke resten en negen kralen van barnsteen. Het was de eerste wetenschappelijke opgraving van een hunebed in Nederland.

Vuurstenen bijl uit hunebed D19 bij Drouwen
Kralen uit hunebed D19 (Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)

Het andere monument, het oostelijke, is hunebed D20. Het is 11¼ meter lang en bijna 3½ meter breed en het is, anders dan D19, omgeven door een buitenrand van kransstenen. Holwerda onderzocht ook dit monument en vond ook hier menselijke resten, zowel botten als kiezen. Later onderzocht Holwerda’s rivaal Van Giffen dit hunebed en hij vond buiten de kransstenen drie in elkaar geplaatste stuks trechterbekerkeramiek.

Hunebed D20 bij Drouwen

De menselijke resten uit hunebedden D19 en 20 zijn misschien het interessantst, want die zijn zeldzaam in Drenthe. Ik had er graag iets meer over gelezen, maar heb het niet gevonden. Ook de vondst van stukjes koper, zes in getal, is boeiend. Tenzij ze er later zijn achtergelaten, wat altijd mogelijk is, moeten ze zijn geïmporteerd uit Roemenië. Drenthe was via een uitgebreid netwerk verbonden met de grote wereld.

Het aardewerk uit hunebed D19 was rijk gedecoreerd, wat het mogelijk maakt het te dateren in de eerste helft van de Trechterbekercultuur, dus zeg maar tussen 3350 en 3000 v.Chr. Later aardewerk is wat soberder.

Moeilijk te vinden is het niet

Het is wat deprimerend dat een auteur uit 1711 vermeldt dat er bij Drouwen, behalve hunebedden D19 en 20, nog veertien hunebedden lagen. Daar staat dan weer tegenover dat het Hunebedcentrum in Borger een enorme hoeveelheid trechterbekeraardewerk uit D19 en D20 kan tentoonstellen, terwijl er ook vondsten zijn te zien in het Rijksmuseum van Oudheden.

Meer weten over de Trechterbekercultuur?

De hunebedden D20 (links) en D19 bij Drouwen

Google Earth: hier (D19) en daar (D20). Bezocht op 4 december 2020, fietsend van Emmen naar Assen, en opnieuw op 27 februari 2022, fietsend van Emmen naar Groningen.

Deel dit: