Voorislamitisch Iran (4): de Parthen komen

Voor de Parthen waren er in Iran Grieken, die deze charmante Herakles maakten in Behistun

[Dit is het vierde deel van een reeks; het eerste is hier.]

Het is makkelijk het belang van de ondergang van het Achaimenidische Rijk te overschatten. De Seleukiden, die sinds de regering van Alexander de macht uitoefenden, namen tal van Perzische instellingen over en voor de gewone Iraniër of Babyloniër veranderde er weinig. De nationaliteit van de bestuursklasse was weliswaar veranderd, maar dat was in het Nabije Oosten niet voor het eerst: de Assyriërs waren opgevolgd door de Babyloniërs, die door de Perzen waren afgelost, en zij maakten nu plaats voor Europeanen.

Wat wél veranderde was de oriëntatie van het bestuur. Het zwaartepunt van het Perzische Rijk had altijd gelegen in Zuid-Irak en West-Iran, met Sousa en Persepolis als hoofdsteden, maar voortaan hadden de heersers óók belangen in het Middellandse-Zeegebied, en waren de hoofdsteden Seleukeia (bij Bagdad) en Antiochië. Dat wil echter niet zeggen dat Iran werd genegeerd. Het schattige beeld van Herakles (links) bewijst dat Behistun nog steeds belangrijk was; Persepolis was nog altijd bewoond; in Nihavand is een lange Griekse inscriptie opgegraven die momenteel in het museum van Teheran is te zien. Dat is een zeldzaamheid: de Griekse periode is niet populair in Iran. De laatste sjah sprak niet voor niets van de “post-Achaimenidische tijd” en de huidige religieuze autoriteiten moeten evenmin veel hebben van de Griekse beschaving.

Arsakes I

Net als de Achaimeniden regeerden de Seleukiden vaak via plaatselijke dynastieën, waarmee ze huwelijksbanden onderhielden. Eén zo’n plaatselijke clan was die van de Arsakiden, die afstamde van een halflegendarische Arsakes, die in de derde eeuw vanuit het huidige Oezbekistan is getrokken naar Parthië, het land rond het huidige Mashhad in het noordoosten van Iran.

Deze dynastie gedroeg zich steeds onafhankelijker, breidde zijn invloed gestaag uit naar het westen en oosten, nam rond het midden van de tweede eeuw Irak over en voegde daar tot slot Khuzestan aan toe, het laatste stukje Iran dat ze nog niet beheersten.

De Arsakiden waren meesters in het aanpassen. Ze accepteerden de Grieks-sprekende elite en omdat de handel veelal ook in handen van Grieks-sprekenden was, sloegen ze munten met Griekse opschriften. Andere nationaliteiten in hun rijk werden eveneens zoveel mogelijk met rust gelaten: wie deze periode bestudeert moet behalve het Pahlavi (de taal van de Parthen) en Grieks ook Babylonisch, Aramees en nog enkele talen leren. Tolerant als ze waren, ontwikkelden ze ook geen erg herkenbare architectuur, zodat ze geen erg grote plaats innemen in de boeken kunstgeschiedenis.

[Wordt vervolgd]

Deel dit:

2 gedachtes over “Voorislamitisch Iran (4): de Parthen komen

Reacties zijn gesloten.