Nehemia (bis)

Jeruzalem, met een muurfragment dat van Nehemia zou kunnen zijn

Een tijdje geleden blogde ik over Nehemia, de Joodse leider die in de Perzische tijd Jeruzalem herbouwde.  Aanvankelijk werkte hij aan het hof van koning Artaxerxes I Makrocheir (r.465-424), die hem echter in 446 v.Chr. naar Juda stuurde. In mijn stukje wees ik erop hoe ontzettend goed het optreden van Nehemia past in de Mediterrane wereld van die tijd.

Ik vertelde ook over de stadsmuren die hij bouwde. Daarvan kan op dit moment geen steen met zekerheid worden geïdentificeerd, maar het Tempelterras bestaat uit verschillende stukken muurwerk en in het oosten is een verschil aan te wijzen tussen het steenwerk uit de tijd van koning Herodes de Grote en steenwerk dat veel ouder is. Dat laatste lijkt op muren uit de havensteden Sidon en Byblos, de bases van de Perzische vloot, al kan het ook dateren uit de hellenistische tijd. Ik toonde daarvan destijds een foto, maar kreeg gisteren van mijn evangelische vriend Jan-Pieter van de Giessen een veel betere. Zie boven.

Let ook op het niet uitgegraven deel rechtsonder het met rood omlijnde stuk muur. Als hier ooit een opgraving zal plaatsvinden, kunnen we wellicht weten hoe oud de stenen erboven zijn.

Er is nog iets interessants te zien op de foto. Links ziet u de Al-Aksa-moskee, met de grijze koepel. Daarvoor ziet u een kleine gele dragline geparkeerd staan. Die dingen vormen de inzet van een nare controverse. Het andere islamitische heiligdom op dit terras, de Rotskoepel, staat ruwweg op de plek waar ooit de joodse tempel heeft gestaan. Het tempelterras is daarom archeologisch waardevol. Veel Palestijnen hebben daarover een – hoe zeg ik het netjes? – nogal opvallende mening, namelijk dat de tempel ergens anders heeft gestaan. Er zit dus geen onvervangbaar archeologisch materiaal in het terras en je kunt er met draglines kabels leggen en geulen graven. U kunt zich voorstellen dat archeologen, joods of niet, daar slapeloze nachten van hebben.

Deel dit:

4 gedachtes over “Nehemia (bis)

  1. Mohammed Boubkari

    “Veel Palestijnen………………….”

    Geen Palestijn heeft wat te vertellen over werkzaamheden in dat gebied. Daar heeft Jordanië zeggenschap over. Dus wie zich zorgen maakt om verwoesting van archeologisch erfgoed moet in Amman gaan klagen.

    Verder is het ontkennen van het bestaan van de tempel op dat terrein door Palestijnse moslims en christenen een breuk met hun religieuze tradities.

    Een Palestijnse agnost/atheïst kan die traditie naar de prullenbak verwijzen echter gelovige Palestijnen kunnen dat niet.

    Dus wie zijn die islamitische/christelijke Palestijnen die het bestaan van de tempel op die plaats ontkennen?

    Ik zou graag wat namen genoemd zien worden van: Palestijnse geestelijke leiders, historici, politici, intellectuelen etc. die dat beweren.

  2. Mohammed Boubkari

    “Arafat in Camp David is een bekend voorbeeld.”

    Arafat nam in het publiek geen blad voor de mond vaak tot ergernis van zijn medestanders. En heeft dus veel gezegd wat door zijn vijanden, zelfs decennia later tegen hem instelling werd gebracht.

    Bij welke publieke gelegenheden of interviews heeft Arafat in persoon beweerd dat de Tempel niet daar gestaan heeft?

    En dan heb ik het niet over horen en zeggen van derden – vijanden – maar tijdens publieke optredens van Arafat door iedereen te verifiëren.

    Ik kijk uit naar de bron.

Reacties zijn gesloten.