
Misverstand: In Babylon waren Hangende Tuinen
Terwijl in Italië en Griekenland de eerste steden ontstonden, werden de oeroude steden van het Nabije Oosten verenigd in één wereldrijk, dat aanvankelijk werd bestuurd door de Assyriërs uit het noorden van Irak, en na 612 door de Babyloniërs, die leefden aan de benedenloop van de Eufraat en de Tigris. Hun hoofdstad Babylon gold als de culturele hoofdstad van het oude Nabije Oosten. Sommige monumenten zijn beroemd geworden, zoals de stadspoort die tegenwoordig staat in het Vorderasiatisches Museum in Berlijn of de negentig meter hoge tempeltoren die was gewijd aan de oppergod Marduk: de “Toren van Babel”. Niet minder fameus zijn de Hangende Tuinen die koning Nebukadnezar II (r. 605-562) zou hebben laten bouwen voor zijn koningin, een jonge vrouw uit het huidige Iran die terugverlangde naar de bergen van haar vaderland.
Deze tuinen worden genoemd door verschillende Griekse auteurs: de geograaf Strabon, de historicus Flavius Josephus, de redenaar Filon van Byzantion en Kleitarchos, die een biografie schreef van Alexander de Grote. Dat boek is verloren gegaan maar wordt geciteerd door de Siciliaanse historicus Diodoros en diens Romeinse collega Curtius Rufus. Bronnen genoeg dus. Het beeld dat we krijgen is dat van een tuinencomplex van anderhalve hectare groot, even hoog als de stadsmuren en rustend op zware fundamenten van natuursteen.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.