Sisak

Šešonq (Sisak) in Karnak, omringd door de namen van de veroverde steden (© Wikimedia Commons | gebruiker Olaf Tausch)

Tijd voor weer een stukje over het handboek van De Blois en Van der Spek, Een kennismaking met de oude wereld. Zoals u weet zijn handboeken alleen maar een basis voor het echte onderwijs. In de colleges leert de student dat het niet zo is als de handboekstof, of dat het genuanceerder ligt, of dat het volslagen raaskalderij is, of de onverwachte bevestiging van het tegendeel, dat precies datgene is waarover de docent een grundlegende studie heeft gepubliceerd. Whatever. Vandaag een zinnetje dat mooi illustreert dat een handboek niet bedoeld is als meest complete behandeling.

De situatie: door de Zeevolken-crisis is het Bronstijdsysteem in elkaar gestort. Het gaat overal wat minder maar in sommige gebieden blijven orde & gezag & schrijfcultuur bestaan. Egypte is na de ondergang van de Twintigste Dynastie weliswaar verdeeld geraakt, en Libische potentaten nemen de macht over, maar ook in de “Derde Tussentijd” bestaat nog wel enig legitiem gezag. De koningen van de Eenentwintigste en Tweeëntwintigste Dynastie zijn zeker geen schlemielen. Dat bewijst bijvoorbeeld Šešonq I, die regeerde van 943 tot 922 v.Chr.

Lees verder “Sisak”

Sakkara

Pabes en Taweretemheb, beschermd door de godin Hathor

Egypte bestaat uit ruwweg twee delen: Boven-Egypte ofwel het Nijldal en Beneden-Egypte ofwel de Delta. Ergens rond 3100 v.Chr. raakten deze gebieden verenigd en vanaf dan spreken we van de Eerste Dynastie of Vroegdynastieke tijd. Of we die vereniging mogen typeren als staatsvormingsproces is een kwestie van definitie. Het heeft er in elk geval mee gemeen dat het tijdperk structurerend was voor de verdere geschiedenis van Egypte. Allerlei zaken ontstonden die sindsdien in de Egyptische cultuur aanwezig zijn gebleven en terug zijn blijven komen.

Zo werd Memfis een soort stedelijk centrum: een gebied met heiligdommen, paleizen, havens en woonhuizen dat zich uitstrekte over een lengte van zo’n dertig of veertig kilometer. Ook toen eeuwen later andere heiligdommen, zoals Thebe of Sais, voorname bestuurscentra waren geworden, bleef Memfis belangrijk.

Lees verder “Sakkara”

Byblos in de Late Bronstijd

El (Nationaal Museum, Beiroet)

De Late Bronstijd was de eerste grote bloeiperiode van de Mediterrane culturen. Ik zal er niet al te uitgebreid op ingaan – ik verwijs naar de stukjes die ik al eerder heb geschreven over de Hethieten in Anatolië, over het Mykeense schrift Lineair-B, over het scheepswrak bij Uluburun, over de tegenover Byblos gelegen Cypriotische havenstad Enkomi, over de godin Astarte, over de Egyptische buitenpost Kamed el-Loz, over de mythologie van Ugarit, over briefwisselingen en over Troje. Een fascinerende tijd, die in Egypte wordt getypeerd door de dynastieën 1819 en 20. Farao Toetmozes III veroverde Kanaän – ook daarover heb ik al eens geblogd – en bereikte de rivier de Eufraat.

Tussen de grote mogendheden

Byblos was nu een Egyptisch vazalkoninkrijk, maar herwon enige vrijheid toen de Hethieten naar het zuiden oprukten. Een stuk of zestig brieven, gevonden in het Tell Amarna, illustreren hoe de Egyptische heersers probeerden de Byblische vorsten Rib-Hadda (meer) en Ili-Rapih loyaal te houden. Overigens verwijst het eerste element in de laatste naam, Ili, naar de Kanaänitische godheid die we uit de Bijbel kennen als El. Zie het plaatje hierboven: dat er Egyptische invloed is aan te wijzen, is een understatement. Uit de kleitabletten van Ugarit, een havenstad ten noorden van Byblos, kennen we de mythologie rond deze god, die wordt vervangen door Ba’al maar een eerbiedwaardige oergod blijft.

Lees verder “Byblos in de Late Bronstijd”