Trier

Een Rijnlandse dame (Bischöfliches Dom- und Diözesanmuseum, Trier)

Een paar maanden geleden maakte ik met mijn zakenpartner een reisje door dat stuk van Europa waar je gedachteloos doorheen reist op weg naar échte buitenlanden: de Ardennen, de Moezelvallei, de Elzas, Champagne. Gebieden die eigenlijk prachtig zijn maar die we, blasé als we zijn, altijd hadden genegeerd. Ik blogde al over Bastogne en de Titelberg en neem u vandaag mee naar Trier, de enige bestemming op dit reisje waarvan ik kan zeggen dat ik die niet had genegeerd.

Trier is geweldig. Ik kom er al jaren tot mijn genoegen, al sliep ik dit keer voor het eerst in een hotel waar op mijn kamer een portret hing van Triers beroemdste zoon, de negentiende-eeuwse journalist, filosoof, politicus, econoom, publicist, oproerkraaier, visionair en socioloog K. Marx. Zijn familie woont nog steeds in de stad: als je de door de Romeinse keizer Constantijn gebouwde basiliek een beetje leuk op de foto wil zetten, is het onvermijdelijk dat je met je rug gaat staan naar Modehaus Marx.

Goed, de basiliek van Constantijn dus. Wat je tegenwoordig ziet is in feite een negentiende-eeuwse herbouw van een monument waar destijds nog een stevige ruïne van over was. Het dak is gebaseerd op de Sint-Paulus buiten de Muren in Rome, de rest was nog aan de hand van de ruïne te reconstrueren. Er is nu een ietwat saaie kerk, maar toch: het is historische grond. Hier luisterde Constantijn in de zomer van 310 naar de redevoering waarin hij de wereld liet weten dat hij een visioen had gehad van de zonnegod – een visioen dat hij later in christelijke sfeer zou uitleggen.

Even verderop is het keizerlijke badhuis, dat niet heel bijzonder is, maar wel heel groot. Ik zal er dinsdag nog even terloops over schrijven. Ook de Barbarabaden en de opgravingen onder de Viehmarkt zijn groot maar niet heel bijzonder en dat geldt eveneens voor de Romeinse brug. Eveneens in de buurt van de basiliek is het Rheinisches Landesmuseum, dat ook al heel groot is maar wél bijzonder. Het is moeilijk te benoemen wat mijn favoriete voorwerpen zijn, want het zijn er vele, maar de Hariulf-inscriptie behoort in elk geval tot de interessantere voorwerpen.

Iets verderop is het Bischöfliches Dom- und Diözesanmuseum, waarin veel voorwerpen zijn te zien die zijn opgegraven onder de huidige dom van Trier. De bouwgeschiedenis daarvan is extreem complex, maar er lijkt al in de tijd van Constantijn een kerk te zijn geweest én een keizerlijk paleis, waar een fenomenale fresco is gevonden, gewijd aan Constantijns echtgenote Fausta. Wie dit niet heeft gezien, heeft nooit een fresco gezien.

Een ander beroemd monument uit Trier is de Porta Nigra, waarvan we sinds vorige week weten dat die dateert uit het jaar 170. Dat is overigens geen werkelijk nieuws, want we wisten al dat deze stadspoort stamde uit de tijd van Marcus Aurelius, die regeerde van 161 tot 180.

Ik zou u graag een leuke anekdote hebben verteld over ons bezoek, maar we hebben dit keer in Trier alleen maar overnacht. We zijn in de schemering langs wat monumenten gewandeld, hebben op de Viehmarkt gedineerd en hebben een nachtelijke wandeling gemaakt, maar dat was het dan. We brachten dit keer zelfs geen bezoek aan het vlakbij ons hotel gelegen amfitheater, waar keizer Constantijn de Frankische leiders Ascaric en Merogaisus liet doden in wat wel eens een re-enactment kan zijn geweest van de mythe van de baby Herakles die twee slangen wurgde.

We kwamen, zagen en overnachtten in Trier. We bladerden door de Trierischer Volksfreund. En de volgende dag reden we verder, op weg naar het echte werk in een echt buitenland.

volksfreund

Deel dit:

6 gedachtes over “Trier

  1. mnb0

    Voor een Amsterdammer ben je soms toch wel een erge kosmopoliet. In deze hoofdplaats wordt het buitenland nog wel eens geacht bij de gemeentegrens te beginnen …..

    1. Mee eens! Omdat wij al mensen op leeftijd zijn, maar beroepshalve of voor ons plezier veel gereisd hebben over de hele wereld, stak het ons dat een piepjonge ober van een eethuisje in de Van Baerlestraat bij het opnemen van onze bestelling ons vroeg of we eens een dagje kwamen winkelen in de grote stad. Waarschijnlijk goed bedoeld, maar wel een behoorlijke zelfoverschatting van het belang van zijn stad. Wij zijn zo beleefd geweest om niet te vragen wat hijzelf al gezien had van de wereld buiten de grenzen van de Nederlandse hoofdstad.

  2. Kees Claassen

    Mooie stad. Wel jammer dat het huis van Triers beroemdste zoon is ingericht door de sociaal-democraten die te weinig op hebben met die polemist, armoedzaaier, vluchteling en vreemdganger.

  3. Rob Duijf

    Voor iemand die de ‘echte buitenlanden’ laat beginnen bij de Moezelvallei en de Ardennen, had je ook best de Vulcaneifel even mogen noemen…

Reacties zijn gesloten.