Ausonius in Trier

Cupido in actie: zijn slachtoffer is te identificeren met Psyche. Plafondschildering uit Trier (Bischöfliches Dom- und Diözesanmuseum)

Een jaar of vier geleden mocht ik op deze blog een gedichtje van Leo van Zanen publiceren over de Togatus Barberini. Het is opgenomen in de bundel De bezoeker, die vandaag officieel wordt gepresenteerd en die u hier kunt bestellen. Het eerste exemplaar zal vanavond in een (wegens de corona: helaas besloten) bijeenkomst in de Leidse boekhandel De Kler worden overhandigd aan Jean Pierre Rawie.

In de bundel zijn ook drie gedichten opgenomen over Van Zanens Romeinse voorganger Decimus Magnus Ausonius. Die moet u plaatsen in de vierde eeuw na Chr.; hij was – behalve dichter – ook de docent van keizer Gratianus (r.367-383).

Het motto Cupido cruciatus, “Cupido aan het kruis”, is de titel van een van Ausonius’ gedichten. De strekking ervan is dat vrouwen de liefdesgod straffen voor de martelingen die hij hen heeft opgelegd. Het is in het Nederlands vertaald door Patrick Lateur.

Lees verder “Ausonius in Trier”

Fausta

Fausta

Over Trier heb ik al eens eerder geschreven: oppidum van de stam der Treveri, legioenkamp uit de tijd van Caesar, een Romeins fort op de Petriberg, brug over de Moezel, voornaamste nederzetting van een belangrijke Romeinse gemeente, residentie van de Gallische keizer Victorinus en van de Romeinse heerser Constantijn de Grote, ballingsoord van Athanasios van Alexandrië, woonplaats van de jonge Ambrosius, hoofdstad van Arbogast de Jongere, middeleeuwse bisschopsstad. De stad ook van Karl Marx, waar de plaatselijke krant al sinds jaar en dag de Trierische Volksfreund heet (zie ook onder Marat, Jean-Paul) en het lokale bier reclame maakt met “Das Bier von Trier”.

Twee oudheidkundige musea: het grote en wat onoverzichtelijke Rheinisches Landesmuseum, waar vondsten uit de wijde omgeving zijn te zien, en het Museum am Dom, dat voorwerpen toont die zijn opgegraven rond de grote kerk. Die gaan terug tot de Oudheid, toen in dit deel van de stad enkele prachtige huizen stonden, die ten tijde van Constantijn werden geïntegreerd in het keizerlijk paleis. (U kunt de basiliek die daar deel van uitmaakte, kennen, want het is een van de bekendste monumenten van Trier.)

Lees verder “Fausta”

Op reis (schaamteloze reclame)

Fresco uit Trier (Bischöfliches Dom- und Diözesanmuseum)

Stel, u houdt van reizen en u wil op uw reizen oudheden zien. Zoiets komt in de beste families voor. Ik kan over uw reislust (en budget) geen uitspraken doen maar durf aan het feit dat u op dit moment deze niche-blog aan het lezen bent wel de conclusie te verbinden dat u op reis ook weleens gaat kijken naar een ruïne of in een oudheidkundig museum. Welnu, ik heb twee reizen te noemen die uw belangstelling zouden kunnen hebben. Ik zeg er meteen bij dat ik degene ben die de deelnemers soms attendeert op het interessante tempeltje links, op een aspect van het landschap voor ons en het aardige beeldje in de vitrine rechts.

Eén, Historizon organiseert in juli een reis langs de Neder-Germaanse limes. Ik heb eerder met deze club samengewerkt en dat was altijd opvallend prettig, menselijk. Daarom heb ik ook zin in een reis langs Xanten, Bonn en Trier. Zeg maar het reisje langs de Rijn, Moezel en Ardennen waar onze ouders van droomden, maar dan met een Romeins karakter. We bezoeken op de terugweg de expositie “Oog in oog met de Romeinen” in Tongeren, en zullen twee nachten doorbrengen in Mainz. Die stad is leuk om te beobachten, kan ik u verzekeren; ik heb er echt een zwak voor.

Lees verder “Op reis (schaamteloze reclame)”

De identiteiten van Hariulf

Grafschrift van Hariulf (Landesmuseum, Trier)

De Romeinse bronnen noemen eindeloos veel Germaanse volken en stammen. Een zo’n groep is die van de Bourgondiërs, die we, op gezag van de geograaf Ptolemaios van Alexandrië, in de tweede eeuw na Chr. ergens tussen de Oder-Neisse en de Weichsel kunnen plaatsen. Later, in de crisis van 406/407 (meer…), zou deze groep naar het westen trekken. Dit is een andere manier om te zeggen dat de Bourgondische elite aansluiting zocht bij het netwerk van de Romeinse elites. Ze kregen land toegewezen langs de Rijn, vrijwel zeker rond Worms, waar archeologen inderdaad Oost-Germaanse voorwerpen hebben gevonden. Het Nibelungenlied bevat echo’s uit deze tijd.

Al eerder waren Bourgondiërs naar het westen getrokken. Ze golden als de aartsvijanden van de Alamannen, zoals de Romeinen de bewoners van het huidige Baden-Württemberg aanduidden. Toen keizer Valentinianus I aan de macht was gekomen en zich in 367 via een machtsdemonstratie verder wilde legitimeren, zocht hij een van de Alamannische leiders, een zekere Macrianus, uit als vijand en rukte tegen hem op, samen met de Bourgondiërs. Ergens aan de Neckar versloegen de Romeinen en Bourgondiërs hun tegenstanders.

Lees verder “De identiteiten van Hariulf”

Trier

Deel van het Fausta-fresco (Trier, Bischöfliches Dom- und Diözesanmuseum)

Een paar maanden geleden maakte ik met mijn zakenpartner een reisje door dat stuk van Europa waar je gedachteloos doorheen reist op weg naar échte buitenlanden: de Ardennen, de Moezelvallei, de Elzas, Champagne. Gebieden die eigenlijk prachtig zijn maar die we, blasé als we zijn, altijd hadden genegeerd. Ik blogde al over Bastogne en de Titelberg en neem u vandaag mee naar Trier, de enige bestemming op dit reisje waarvan ik kan zeggen dat ik die niet had genegeerd.

Trier is geweldig. Ik kom er al jaren tot mijn genoegen, al sliep ik dit keer voor het eerst in een hotel waar op mijn kamer een portret hing van Triers beroemdste zoon, de negentiende-eeuwse journalist, filosoof, politicus, econoom, publicist, oproerkraaier, visionair en socioloog K. Marx. Zijn familie woont nog steeds in de stad: als je de door de Romeinse keizer Constantijn gebouwde basiliek een beetje leuk op de foto wil zetten, is het onvermijdelijk dat je met je rug gaat staan naar Modehaus Marx.

Lees verder “Trier”

Mainz en Trier

Boog van Dativius Victor (Mainz)

Als u hoopte op het tweede stukje over de communistische archeologie, moet u nog even wachten. U krijgt Trier en Mainz.

Mainz heeft verschillende musea, zoals het Landesmuseum (met een gave collectie Romeinse inscripties en reliëfs), een ondergrondse tempel voor Isis en het Römisch-Germanisches Zentralmuseum, waar je perfect kennis kunt maken met de antieke cultuur. Wat het museum niet bezit, is als replica aanwezig. Aan de andere kant van de stad is het Museum für antike Schifffahrt, met zes laatantieke scheepswrakken, talloze modellen en twee 1:1-replica’s van Romeinse oorlogsschepen. Op loopafstand is het Romeinse theater en nog iets verderop is het graf van Drusus.

Lees verder “Mainz en Trier”

De Bataafse Opstand (slot)

De Romeinen herstellen orde op zaken (landkaart uit "Edge of Empire")
De Romeinen herstellen orde op zaken (landkaart uit “Edge of Empire”)

Korte inhoud van het voorafgaande: de Bataven zijn in opstand gekomen en boeken succes na succes. De steden in Gallië verklaren zich onafhankelijk. In Rome is men echter klaar om de orde te herstellen. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink).

***

Inmiddels had Rome het onverslaanbaar grote leger op de been gebracht waarvan de komst sinds Civilis’ aanval op Xanten viel te verwachten. De generaal, Cerialis, was niet alleen familie van Vespasianus, maar had bovendien in Brittannië gestreden in het leger waartoe ook de nieuwe keizer en Julius Civilis hadden behoord. Tacitus portretteert Cerialis als een ietwat excentrieke maar efficiënte ijzervreter. Onder zijn leiding stonden het Eenentwintigste Legioen Rapax, onderafdelingen van de Rijnlegioenen die met Vitellius naar Italië waren getrokken, en tot slot het door Vespasianus opgerichte Tweede Adiutrix (“helpster”). Met hen rukte Cerialis op naar Mainz.

Lees verder “De Bataafse Opstand (slot)”

De Bataafse Opstand (7)

Munt van het Gallische keizerrijk ter herdenking van het overlopen van XVI Gallica (Ashmolean Museum, Oxford)
Munt van het Gallische keizerrijk ter herdenking van het overlopen van XVI Gallica (Ashmolean Museum, Oxford)

Korte inhoud van het voorafgaande: Rome verkeert in crisis. De Bataven profiteren ervan door in opstand te komen, hebben in het najaar van 69 hun eerste successen geboekt en belegeren nu de Romeinse basis in Xanten. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink; landkaart hier).

***

In Italië begon het jaar 70 veelbelovend. De burgeroorlog was voorbij en er werden plannen gemaakt om de Rijnlegers te versterken. De grote vraag was of de versterkingen snel genoeg de winterse Alpen konden oversteken om de opstand een halt toe te roepen. Al snel bleek dat ze te laat waren.

Lees verder “De Bataafse Opstand (7)”

Het wijnschip van Neumagen

Het wijnschip van Neumagen (Landesmuseum, Trier)

Het reliëf hierboven is een van de pronkstukken van het Rheinisches Landesmuseum in Trier. Ik kom graag in die stad: er is ook een prachtig Bischöfliches Dom- und Diözesanmuseum, een door Constantijn de Grote gebouwde basiliek, een Romeinse brug, twee badhuizen, een goed-bewaarde stadspoort en een amfitheater. En het huis van Karl Marx natuurlijk. En een krant met de geweldige naam Trierischer Volksfreund.

Het reliëf van het wijnschip hierboven lijkt te zijn gemaakt rond 220 na Chr. en stamt uit Neumagen, dat even verderop ligt langs de rivier de Moezel. Er zit een triest verhaal aan vast, want een poging het schip na te bouwen is uitgelopen op een catastrofe.

Lees verder “Het wijnschip van Neumagen”