
Als ik zeg dat ik bovenstaand reliëf mooi vind, wat is er dan mooi? Bedoel ik het kunstwerk zelf of de afgebeelde mannen? Of bedoel ik dat het knap is gemaakt? En nog iets. Als we van mensen constateren dat ze mooi zijn, is dat dat een objectief gegeven, is dat dan pure subjectiviteit of is dat iets daar tussenin? Gegeven het feit dat mensen die er goed uitzien makkelijker een baan vinden, betere evaluaties krijgen en meer geld verdienen, is de vraag “Wat is schoonheid?” niet onbelangrijk.
Wat heet mooi?
De expositie “Sterven in Schoonheid” in het Drents Museum stelt zulke vragen centraal. Voor de Griekse en Romeinse denkers, zo lezen we, was schoonheid geen kwestie van subjectieve smaak, elck wat wils. De schoonheid van een voorwerp was een afspiegeling van iets groters en echters, en het was belangrijk.
Voor de klassieke filosoof Plato zit schoonheid bijvoorbeeld niet alleen in de dingen die je kunt zien of ervaren, maar ook in wat je doet. Zo kunnen wetten “mooi” zijn, en mensen die geen oog hebben voor schoonheid zouden automatisch ook onrechtvaardig zijn. Sterker nog, het kijken naar iets aantrekkelijks als kunst zou ervoor zorgen dat je ook mooiere gedachten denkt en mooier spreekt.
Het museum wil ons met vondsten uit Pompeii en Herculaneum uitnodigen onze eigen ideeën naast die uit de Oudheid te leggen, zodat we denken over de wijze waarop we zelf onze leefomgeving vullen. Dat is immers waarvoor we geesteswetenschappen hebben: om te herkennen dat onze eigen opvattingen niet de enig mogelijke zijn en zo ons eigen gedachtegoed beter te begrijpen. Ik ben blij dat een museum deze geesteswetenschappelijke ambitie zo centraal stelt.

Functionele schoonheid
Dat het museum gebruik maakt van vondsten uit Pompeii, Herculaneum en Stabiae, is daarbij eigenlijk niet zo belangrijk. Het verhaal kon ook worden verteld aan de hand van voorwerpen uit Alexandrië, Efese, Thessaloniki, Rome, Milaan of Trier. De bezoeker passeert verschillende situaties uit het Romeinse leven en wordt geconfronteerd met de wijze waarop men schoonheid benutte.
Welbeschouwd is het allemaal één groot theater. In de openbare ruimte presenteerde de gemeenschap zich als Romeins, met beelden van Romeinse keizers en plaatselijke notabelen.
Alleen: wat die schoonheid inhoudt, is niet aan iedereen om te bepalen. Vrouwen, slaafgemaakte mensen en personen zonder burgerschap hebben sowieso niet zo veel te zeggen. Hoe de ruimte wordt ingevuld, wordt vooral door de overheid bepaald.
In de huizen daarentegen vinden we wandschilderingen en sculptuur met een Grieks karakter, waarmee iemand kon laten zien dat hij niet van de straat was. De gekozen mythen lagen voor de hand: dat je de wijngod Dionysos afbeeldde in de kamer waar je een glas wijn dronk met je gasten, was logisch. Een Egyptisch interieur was natuurlijk ook een optie: het lijkt in de eerste eeuw na Chr. een mode te zijn geweest. Kortom, schoonheid had een functie. Men koketteerde wat af.
Wat ontbreekt
Tot de behandelde thema’s behoren de tuinen, de fonteinen, het meubilair, portretten, wandschilderingen, sieraden. En de bezoeker kijkt verbluft toe kunstig het is gemaakt. Ik was verbaasd over het houtsnijwerk hieronder. Tafelpoten konden van steen of metaal zijn en waren niet zelden ook versierd. “Sterven in schoonheid” is in elk geval esthetisch een belevenis, want de geselecteerde voorwerpen zijn zo gekozen dat ze ook ons aanspreken.

Toch is dat ook wat problematisch. De Grieken en Romeinen beschilderden hun standbeelden (voorbeeld) en wij vinden dat lelijk. Een reconstructie van zo’n beeld zou nuttig zijn geweest. Waarom wilden de Romeinen geen witte beelden en herkennen wij in zo’n beeld wél een zekere schoonheid? (Ik weet het antwoord niet.)
Wat ik ook miste: wat meer uitleg van het antieke schoonheidsideaal. Bestond dat namelijk wel? Gymnasiasten mogen een Latijns woord als pulcher dan leren vertalen als “mooi”, het betekent in de meeste gevallen weinig meer dan “goed gemaakt”. Het Griekse to kallos betekent schoonheid, maar heeft vrijwel altijd betrekking op mensen en dicht hun ook deugdzaamheid toe. Zie het eerste citaat, waarin we lezen dat wie de schoonheid van de wet niet herkent, een slecht mens wordt.
Maar bovenal drukt to kallos iets uit waarnaar je (seksueel) verlangen kunt. Ik had wel wat meer over dat fysieke aspect willen leren. Wat maakt een mooi lichaam, volgens de Grieken en Romeinen, tot een mooi lichaam? Veel verder dan een kleine penis (die duidt op beheersing van de seksuele drift) komt het niet.

Pompeii & Herculaneum in Assen
Laat deze constateringen u niet weerhouden om naar Assen te gaan. Er zijn wel meer exposities over Herculaneum en Pompeii geweest, maar ik vond die weinig diepgang hebben. U weet wel, seks en erotiek. Of luxe om de luxe. Het Drents Museum probeert te tonen dat er diverse visies op schoonheid zijn, zodat we onze eigen visie beter doorgronden en – zo hoopt het museum – misschien iets beter in de smiezen hebben als we worden gemanipuleerd.
Misschien had dat iets explicieter uitgelegd gekund. Zelf zou ik een iets andere selectie van voorwerpen hebben gemaakt, maar het is een genoegen om door de expositie te lopen. Ik merk nog op dat “Sterven in schoonheid” prettig ruim is ingericht, zodat je niet over de hoofden hoeft te lopen om alle voorwerpen uit Pompeii en Herculaneum te bekijken.
Dus gaat dat zien, daar in Assen. De expositie is tot en met 26 maart 2023.
Het Drents Museum heeft het enorme voordeel van die geweldige, steeds nieuw in te richten grote expositiezaal. Ook Armenië kon ruim worden opgezet. In tijden van corona wel zo aangenaam.
Hmmm… Twijfelgevalletje. Ik krijg de indruk dat men de bezoeker een bepaalde kant op wil sturen en dat er erg veel teksten bij de voorwerpen zijn. En ik ga niet naar een museum om te lezen. Zeker niet als ze dat irritante woke taaltje gebruiken, wat helaas dus ook al is doorgedrongen in de musea.
Ik ben niet zo gesteld op allerlei woke uitingen maar “slaafgemaakten” of (in het citaat) “slaafgemaakte mensen” vind ik wel treffende termen voor slaven.
Slaaf=slaaf.
‘De onfortuinlijken werden als slaven weggevoerd’ geeft precies hetzelfde aan zonder krampachtig afgrijselijk Nederlands taalgebruik. ‘To enslave’ is niet goed in het Nederlands om te zetten.
‘X werd weggevoerd in slavernij’
‘De overwonnen bevolking werd tot slaaf verlaagd’, veel beter Nederlands.
Uhm… wat is ‘woke? 🤔
https://www.hpdetijd.nl/columns/wokeland-hoe-een-piepkleine-bende-van-krijsende-gekkies-al-jaren-de-politiek-de-overheid-de-universiteit-en-de-media-terroriseert-en-gijzelt/?share_code=kOVTE0xLqq0c
Dat kan Arthur van Amerongen uitleggen als de beste.
Pingback: Herculaneum en Pompeii in Assen | apenstaartjeweblog
“Waarom wilden de Romeinen geen witte beelden en herkennen wij in zo’n beeld wél een zekere schoonheid? (Ik weet het antwoord niet.)”
Ik weet het ook niet, maar ik vermoed dat het een kwestie van herhaling is – het is er bij ons ingeramd. Ook moderne beelden en architectuur is veelal ‘kaal’, met nadruk op het gebruikte materiaal (een beschilderd beeld laat niet meer het mooie marmer zien). En zo vinden wij betonnen grijze muren nog steeds mooier dan een likje bonte verf erover – diverse welstandscommissies weigeren dat goed te keuren.
Natuurlijk is dit lokale cultuur, er zijn ook zat moderne culturen waar alles bont beschilderd is – ik ben benieuwd of men daar een andere mening heeft over beschilderde klassieke beelden.
“Als we van mensen constateren dat ze mooi zijn, is dat dat een objectief gegeven, is dat dan pure subjectiviteit of is dat iets daar tussenin?”
Zodra we ergens iets van ‘vinden’, dan is dat subjectief. We vormen ons ergens immers een idee over en zo abstraheren we rationeel dan wel irrationeel de werkelijkheid, op basis van verwoording en verbeelding.
Dat geldt ook voor ‘schoonheid’. Bestaat er objectieve schoonheid? Als dat zo is, dan ligt die schoonheid niet in het woord, niet in de definities van dat woord, niet in het concept, dus niet in kennis. Dat zijn cultureel bepaalde begrippen waarmee we worden opgevoed en die we naar believen aanhangen, danwel verwerpen en inruilen voor andere begrippen.
Dus als we de vraag willen objectiveren wat schoonheid werkelijk is – dus niet wat we wel of niet mooi vinden – dan zullen we ons er voor open moeten stellen, vanuit het besef dat elke mening, elk idee, onze perceptie beperkt.
Ik ben overigens van plan de expositie in Assen te bezoeken. In 2013 zag ik in het British Museum de tentoonstelling ‘Life and death in Pompeii and Herculaneum’. Zeer indrukwekkend. Ik ben benieuwd wat er nu in Assen is te zien.