De gesel Gods (2)

Petrus en Paulus op een glazen penning van bisschop Damasus (Vaticaanse Musea, Rome)

[Tweede deel van een zevendelige reeks over Attila de Hun. Het eerste deel was hier en behandelde de doorbraak van enkele Germaanse stammen over de Rijn, het Romeinse Rijk binnen. In 410 viel Rome.]

De inname van Rome was voor de Visigoten en hun leider Alaric een middel om een regeling af te dwingen. Ze wilden land. De Romeinse auteur Orosius beschrijft de gebeurtenissen in zijn Wereldgeschiedenis. De vertaling is van Hein van Dolen.

Daar komt Alaric! Hij belegert het doodsbenauwde Rome, schept verwarring en doet een inval, zij het na tevoren opdrachten te hebben gegeven: in de eerste plaats moesten zijn mannen al degenen die hun toevlucht hadden gezocht in de heilige plaatsen – en met name in de basilieken van de heilige apostelen Petrus en Paulus – ontzien en ongedeerd laten, en vervolgens moesten zij in hun zucht naar buit zo min mogelijk bloed vergieten. […]

Terwijl de barbaren zich overal in de stad verspreidden, trof een van de Goten, die zelf een machtig man én een christen was, een bejaarde non aan in een of ander godshuis. Hij vroeg haar beleefd om goud en zilver. Ze zei met een onwankelbaar geloof dat ze heel veel bezat en beloofde alles spoedig te brengen. Dat deed ze ook en toen ze bemerkte dat de barbaar bij het zien van deze schatten verbaasd stond over de grootte, het gewicht en de schoonheid van het vaatwerk zonder de waarde ervan te beseffen, zei de maagd van Christus tegen hem: “Deze heilige voorwerpen zijn nog door de apostel Petrus gebruikt. Neem het gerust als je durft, maar weet wel wat je doet. Ik ben immers te zwak om erover te waken en schroom om het vast te houden.” De godsvrucht en het geloof van de maagd maakten dat de barbaar vol piëteit een bericht hierover naar Alaric stuurde.

Deze gaf bevel al het aanwezige vaatwerk onmiddellijk naar de kerk van de apostel terug te brengen. Onder militair escorte moesten ook de maagd en alle christenen die zich bij haar aansloten, daarheen worden gebracht. Men zegt dat die kerk halverwege de stad lag en ver van de Sint-Pieter. Onder grote belangstelling van alle aanwezigen werd het gouden en zilveren vaatwerk dus over elke man verdeeld en voor ieders ogen boven de hoofden getild. Links en rechts zorgden getrokken zwaarden voor het veilige verloop van de vrome processie. De Romeinen en barbaren zongen eenstemmig en luidkeels een hymne ter ere van God. […] Overal vandaan werd het vaatwerk van Christus haastig bij het vaatwerk van Petrus gevoegd en een grote massa, ook van ongelovige heidenen, sloot zich aan bij de belijdende christenen en bleef zo voor korte tijd behoed – om des te meer te worden ontregeld. Hoe talrijker de gevluchte Romeinen zich aaneensloten, des te gretiger verdrongen zij zich rond het geleide van de barbaren. […]

Twee dagen na hun intocht in de stad gingen de barbaren uit eigen beweging weer weg, weliswaar na een aantal gebouwen in brand te hebben gestoken, maar niet zoveel als er bij eerdere catastrofes.

Orosius, wiens Wereldgeschiedenis was bedoeld om te bewijzen dat het christendom niet de Ilias van rampen had opgeleverd die de heidenen soms vreesden, bagatelliseert de plundering van de Eeuwige Stad door vooral aandacht te besteden aan het feit dat Alaric het asielrecht van de kerken had gegarandeerd en geen mensen had willen doden. Dit mag onwaarschijnlijk lijken, maar het kan waar zijn. Veel Visigoten waren christelijk, of hadden althans Christus opgenomen onder de door hen gerespecteerde goden, en ze brachten door middel van het doden van Romeinen het begeerde land niet dichterbij.

Toch had Orosius ook een ander verhaal kunnen vertellen. Hij had kunnen ingaan op het lot van de voorname Romeinse dames die werden ontvoerd; hij had verslag kunnen doen van de brand op het Forum; hij had kunnen vertellen welke voorwerpen de Visigoten meenamen; en hij had kunnen vertellen welke mensen waren gedood ondanks Alarics opdracht zo min mogelijk bloed te vergieten. Zo’n verslag zou meer in lijn zijn geweest met de gevoelens van de Romeinen.

[Wordt vervolgd]

Deel dit:

46 gedachtes over “De gesel Gods (2)

  1. jacob krekel

    Zo te zien deden die Visigothen het, evenals 50 jaar later de Vandalen, het allemaal veel gecontroleerder en gedisciplineerder dan de troepen van Karel V bij il sacco di Roma.
    Zegt dat iets over de commandostructuur van de Germanen?

      1. FrankB

        Wat is de titel ervan? Ik kon zo gauw niets vinden.
        Al is de kans niet zo groot dat ik het ga lezen – voor Tim Snyder’s Bloedlanden is mijn maag ook niet sterk genoeg.

        1. Martin

          Dat boek van Snyder heb ik ook: Bloodlands.

          De vraag is waarom zoiets gebeurt. Daar zat wel degelijk een idee achter, zij het een idee waar wij nu van gruwen. Tegenwoordig hoor je wel eens dat de Jodenvervolging plaats vond alleen maar omdat de Joden in de minderheid waren. Maar dat was helemaal niet de reden. De commandant van Auschwitz (Rudolf Hoess) zei na de oorlog voor de rechtbank dat er voorafgaand aan de oorlog bij het RSHA, waar ook Eichmann werkte, dat het voor het voortbestaan van Duitsland noodzakelijk was om zoveel mogelijk Joden te elimineren. Als je daarvan overtuigd bent, dan is de Holocaust zogezegd een rationeel gevolg; de nazi’s meenden dat dat nou eenmaal gedaan moest worden. Zie het boek van Arends over het Eichmann proces: de banaliteit van het kwaad. Maar waarom raak je van zoiets overtuigd? Waarom raken mensen overtuigd van het Christendom, etc? Zal wel aan mijn achtergrond liggen dat ik daar met verbazing naar kijk.

          1. Rob Duijf

            ‘Waarom raken mensen overtuigd van het Christendom, etc?’

            Dat is een hele goede vraag, Martin! Je zou die vraag overigens nog veel scherper kunnen stellen: waarom raken mensen überhaupt van wat dan ook overtuigd? Dat geldt dus niet alleen voor geloof, politiek – zeg maar de duidelijk in het oog springende zaken – maar voor iedere subtiele vereenzelving met het ene ten opzichte van het andere. Overtuiging sluit kritische vragen uit, behalve die vragen die leiden tot bevestiging van de eigen overtuiging, het eigen gelijk.

            Die geslotenheid uit zich in onverdraagzaamheid, ongelijkheid, discriminatie, rassensegregatie, nationalisme, godsdiensttwisten, genocide, revolte en contrarevolte; alle vormen van gecultiveerd tribalisme en de gewelddadigheden die daaruit voortkomen, hebben we in de geschiedenis tot de dag van vandaag de revu zien passeren. Sommige succesnummers blijven op het programmaboekje staan, omdat we er geen genoeg van schijnen te krijgen. Zelfs onder het dunne laagje vernis dat we ‘beschaving’ noemen, broeit en gist het, omdat we verdeeld zijn en niet wezenlijk nader tot elkaar komen.

            De oorzaak is psychologische angst. Die wordt veroorzaakt door het mechanisme van het menselijk denken, de manier waarop het denken functioneert. Dat heeft zich in de loop van vele duizenden jaren ontwikkeld. Het is misschien geen prettige constatering omdat het onze ijdelheid niet streelt, maar dit geldt voor ons allemaal, ‘Homo sapiens sapiens’. Deze constatering is overigens geen veroordeling van het denken, maar onze problemen ontstaan, omdat we ons niet feitelijk bewust zijn van de werking dat mechanisme.

            We denken ons namelijk los van de werkelijkheid en we creeëren onszelf, de ander en het andere, de wereld. Dat komt omdat het denken fragmentarisch is: het verdeelt de waarneming. Een van die fragmenten is het ‘ik’, dat een op zichzelf bestaande entiteit lijkt te zijn, maar in werkelijkheid een creatie is van het denken. Een hoeveelheid ‘enen en nullen’, meer niet. Trek de stekker eruit en het is weg.

            Dat ‘ik’ scheidt zich af en identificeert zich met de onderscheiden delen. Die afgescheidenheid veroorzaakt psychologische angst, want nadat het ‘ik’ zich heeft losgedacht, vormt de ander in potentie een gevaar. Daardoor ontstaat gemis aan verbondenheid met de ander en het zoeken naar aansluiting met gelijkgestemden. Die psychologische afgescheidenheid is de dualiteit die onze conflicten veroorzaakt.

            We kunnen de historie op verschillende manieren en volgens de juiste wetenschappelijke methodieken benaderen om tot een beter begrip te komen van de gebeurtenissen, hun oorzaken en gevolgen. Op kennisniveau kunnen we daar iets van leren, in die zin dat het ons historische begrip kan verhelderen en verbreden.

            Als we echter iets willen leren over de diepere oorzaken van onze conflicten, dan kunnen we niet om onszelf heen! De wortel van het conflict ligt namelijk in onszelf. Als we dat niet inzien – dus niet theoretisch uit een boekje of volgens bovenstaand betoog – maar zoals het zich feitelijk voordoet en kan worden doorzien, dan blijven we conflict veroorzaken op alle niveaus van ons leven. Dat betekent dus dat we onszelf onder ogen moeten komen, de naakte waarheid over onszelf in moeten zien.

            De prijs die we voor dat inzicht moeten betalen, is ons ego.

            1. Martin

              Ja, dat is zo, Rob. Maar boekjes zijn ook relevant. Ik lees wel eens wat over Kalman filters (=Bayesian inferencing), dan realiseer je je dat we eigenlijk altijd beslissingen nemen op de basis van onzekere informatie, gewoon omdat we geen betere informatie hebben. Dat kan, vooral als we een redelijk model hebben van het systeem waar we naar kijken. Maar is dat model wel goed genoeg? Dus je hebt “dynamic models”. Wij hebben een model van “de ander” en interpreteren die ander overeenkomstig. Dat soort technologie is zeer interessant, en ook heel effectief, zeker nu dat tegenwoordig met AI wordt gecombineerd. Alleen als de overheid dat doet dan levert dan nog wel eens politieke ophef op.

              Ik moet mij overigens schamen, ik schreef “Arends” terwijl het “Arendt” is (Eichmann in Jerusalem).

              1. FrankB

                “We eigenlijk altijd beslissingen nemen op de basis van onzekere informatie”
                Psychologisch onderzoek wijst keer op keer uit dat dat er niet of nauwelijks toe doet. We nemen eerst beslissingen en zoeken daarna de rationalisaties erbij, ongeacht de (on)zekerheid van onze informatie. In minstens één geval heb ik me daardoor een hoop vermijdbare ellende op mijn hals gehaald.

              2. Rob Duijf

                ‘Maar boekjes zijn ook relevant.’

                Boekjes kunnen relevant zijn. Er is – en wordt nog steeds – ook een heleboel volslagen flauwekul geproduceerd.

                ‘Boekjes’ kunnen de weerslag zijn van wetenschappelijk onderzoek, een bundeling van kennis dus. Kennis is niet de ‘heilige graal’, maar altijd beperkt. Het is een afspiegeling van de werkelijkheid, niet de werkelijkheid zelf.

                We zijn lerende wezens, dus we zijn in staat te onderzoeken, te evalueren, bij te stellen en onze grenzen te verleggen. Er blijft echter altijd onzekerheid, ook al proberen we zekerheden aan onze kennis te ontleden.

                Zelfreflectie – in overdrachtelijke zin ‘kijken in de spiegel’ en heel helder waarnemen wat daarin is te zien – is niet overdraagbaar. Het valt niet te verkopen, is niet te corrumperen. Feitelijk inzicht gaat aan onze beperkte cognitieve beeldvorming voorbij; in cognitieve zin valt dat niet te begrijpen. Zelfkennis is in die zin niet het juiste woord, want dat verwijst naar statische, beperkte, overdraagbare beeldvorming, terwijl inzicht juist dynamisch is.

                Als we het feitelijke inzicht ontberen dat we verdeeld denken, dan is ons bewustzijn verdeeld – en dat is het al vele duizenden jaren! – en is de kwaliteit van alles wat dat bewustzijn voortbrengt verdeeld. Dat betekent dat de kwaliteit van AI niet meer dan een product is van ons verdeelde bewustzijn, een afspiegeling dus van onszelf.

                Maar wat is die kwaliteit wanneer er besef is van heelheid?

            2. FrankB

              “waarom raken mensen überhaupt van wat dan ook overtuigd?”
              De twee belangrijkste factoren zijn indoctrinatie (kan hier ook een positieve betekenis hebben) voor het twaalfde jaar en gezag. Dat hoeft beslist geen politiek, ambtelijk of wetenschappelijk gezag te zijn; denk aan de momenteel zo populaire influencers. Macchiavelli wees bovendien al op het belang van beeldvorming. Daarom is de antiracisme beweging momenteel zo succesvol. Ook daarom maak ik me zorgen over het Zwarte Blok (VSA: the Black Bloc), die zich net als ik op anarchistische ideeën beroepen.
              Naarmate mensen ouder worden (en hier moeten we denken in termen van waarschijnlijkheid) zullen ze minder geneigd zijn hun overtuigingen overboord te zetten. Daarom zullen Martin en ik, ongeacht al onze verdere meningsverschillen, het er over eens zijn dat altijd meer mensen in een samenleving minstens een elementair begrip van de wetenschappelijke methode(s) moeten verwerven.

              1. Martin

                Ja, ik bedoelde eigenlijk dat we, als we proberen zo rationeel mogelijk te oordelen, altijd informatie te kort komen. En als we niet rationeel willen of kunnen oordelen dan wordt het nog veel erger. Ik vind eerlijk gezegd anarchisme nogal naïef, en een typisch wereldvreemd idee van intellectuelen die geen contact hebben gehad met “het volk”. Bv D66 is nu zeer tegen referenda, wat uiteraard voorspelbaar was nog voordat de eerste referenda hadden plaatsgevonden. Ik vind D66 mensen altijd heel aardig, maar heb nooit op D66 gestemd om de genoemde reden.

              2. Rob Duijf

                ‘De twee belangrijkste factoren zijn indoctrinatie (…) en gezag.’

                Kennis en vaardigheden verwerven is een kwestie van conditionering: routine opdoen door herhaling, zodat de routines inslijpen. Herhaling beklijft, nietwaar? Dat is praktisch als we complexe handelingen moeten verrichten, zoals autorijden.

                Psychologisch gezien vindt er ook conditionering plaats, bijvoorbeeld door indoctrinatie en door gezag, zoals je terecht opmerkt. Conditioneren betekent het gewenste gedrag aanleren door straf en beloning. Dat betekent dat ons doen en laten wordt bepaald door wat er van ons wordt verwacht. Dat is wat er doorgaans met ons gebeurt en dat noemen we opvoeding. Op die manier verkrijgen we echter geen inzicht in waarom we iets doen of niet doen en we leren dus ook niet wat het betekent om volledig verantwoordelijk te zijn voor ons eigen doen en laten.

                We gaan op zondag naar de kerk, zingen onze psalmen en zeggen onze gebeden op. Zo hebben we dat nu eenmaal geleerd. Volgend jaar mogen we weer stemmen en dat doen we braaf, want in een parlementaire democratie horen we partijdig (= verdeeld) te zijn en niemand vraagt zich werkelijk af of dat eigenlijk wel klopt. Zo volgen we de oude, diep uitgesleten sporen in ons bewustzijn, waarin we iets of iemand moeten zijn, iets moeten aanhangen of iets moeten volgen. We denken ons te onderscheiden van anderen, maar die doen precies hetzelfde.

                En zo is het ‘zwarte blok’ een logische reactie op het ‘witte blok’, wat weer leidt tot nieuwe reacties etc, etc. Kortom: identificatie en afscheiding in uitvoering. Je kunt je wel op ‘anarchistische ideeen’ beroepen – of op wat voor ideeën dan ook – maar per saldo verandert er niets, omdat je geen verandering toelaat. Verandering betekent het oude loslaten en dat doe je niet; je klampt je vast, maar je ziet niet in waarom je dat doet.

                Inzicht betekent echter dat je volkomen kritisch bent en psychologisch onafhankelijk van iedere vorm van gezag.

        2. Bert Schijf

          Judith Hook, Sack of Rome (2004). Zo te vinden op Amazon.de. Maar daar bent u geen voorstanden van, geloof ik. Erg duur.

          1. FrankB

            Dank u wel. Nee, bij Amazon bestel ik het hoe dan ook niet. Maar nu heb ik gemakkelijk twee recensies kunnen vinden; het boek is veel meer dan alleen een beschrijving van eindeloze gruwels. Dus wie weet lees ik het nog een keer.
            Dat de Plundering van Rome het einde van de Italiaanse Renaissance (uit de recensies) markeerde wist ik al; Bertrand Russell schrijft hetzelfde in History of Western Philosophy. Dat er langdurige politieke machinaties aan vooraf gingen wist ik niet.

    1. FrankB

      U had ook de inname van Jeruzalem in 1099 CE kunnen noemen.
      Nogal een verschil met de inname van Toledo een paar jaar eerder en de houding van Salah ad-Din een kleine eeuw later.
      Het beschavend vermogen van het christendom is een tikje beperkt.

  2. Ben Spaans

    Huurlingenlegers in de 16e eeuw waren altijd slecht nieuws. Altijd soldij-achterstanden, slechte discipline. Ironisch genoeg bestond een groot deel van het leger dat Karel V naar Rome stuurde ook nog eens uit Duitse huursoldaten die Luthers waren. En dan een schat vol rijkdom en kunstschatten…

  3. FrankB

    “Zo’n verslag zou meer in lijn zijn geweest met de gevoelens van de Romeinen.”
    Dit ondersteunt de hypothese dat Constantijn althans op de lange termijn een fout maakte door het christendom tot staatsgodsdienst uit te roepen. Zoals bij vrijwel alle georganiseerde religies kwam machtsstreven bovenaan de agenda te staan en die agenda was niet Romeins.

    1. Robert

      “Dit ondersteunt de hypothese dat Constantijn althans op de lange termijn een fout maakte door het christendom tot staatsgodsdienst uit te roepen.”

      Constantijn riep het Christendom niet tot staatsgodsdienst uit. Zijn signalen waren duidelijk genoeg, en zijn bekering op het sterfbed mag van alles geweest zijn tussen overtuiging en politiek testament, maar het is mar de vraag of hij een eeuw vooruit kon of wilde denken.

      Ik ben het ook niet met de conclusie eens, want het christendom mag dan een enorme splijtzwam zijn geweest, het betekende ook een enorme verbinding met de Romeinse cultuur die de val van het rijk grandioos overleefde.

      1. FrankB

        U spreekt mij geenszins tegen.

        “het is maar de vraag of hij een eeuw vooruit kon of wilde denken”
        Dat beweer ik ook nergens. Niemand is immuun voor de Wet van de Onbedoelde Gevolgen; ook u, ik en keizer Constantijn niet. Wat ik wel beweer is dat met zijn bekering het christendom de plaats innam van het Romeinse polytheïsme in de politieke arena. Daarmee werd het de staatsgodsdienst (en over de exacte betekenis van dit woord, dat hier ongetwijfeld anders is dan tegenwoordig, omdat de politiek destijds nu eenmaal anders was, ga ik niet discussiëren).

        “de Romeinse cultuur”
        De hypothese gaat niet over de Romeinse cultuur, maar over het westelijk deel van het Romeinse Rijk. En daaruit volgt de belangwekkende vraag – waar u niet aan toe komt als u weigert Constantijn’s fout te erkennen – waarom het christendom in het oostelijk deel uiteindelijk geen splijtzwam bleek. Nu ben ik nooit bang voor een potje speculeren: omdat in het oostelijk deel de keizers er uiteindelijk in slaagden de Patriarchen van Constantinopel onder de duim te houden. Opmerkelijk is dat die in die tijd in hoger aanzien stond dan de Paus van Rome.

  4. Robert

    “Zo’n verslag zou meer in lijn zijn geweest met de gevoelens van de Romeinen.”

    Afgezien van het feit dat Orosius niet zo’n verslag wilde schrijven vraag ik me af of dat sowieso wel zo was.

    De inwoners van Rome waren niet het slachtoffer van (christelijke) barbaren maar van een ordinaire machtsstrijd. Het ging er gewoon om wie er het meest voor het zeggen had – Alaric nam Rome namelijk niet in maar de poorten werden voor hem geopend. De ‘plundering’ was een schok voor de klassieke wereld maar onvergelijkbaar met de twee weken durende plundering van 455 door de Vandalen, die blijkbaar nog wat overliet voor een plundering in 571. De ‘val van Rome door de barbaren’ in 410 was net zo min een ‘val’ als dat het een verovering door barbaren was – en de Romeinen (ik bedoel nu de stadsbewoners) wisten heel goed dat het om een ordinaire burgeroorlog ging.

    Honorius en zijn hof hadden de legitimiteit maar stonden militair zwak. Alaric had de soldaten maar was en bleef slechts een ‘ingehuurde generaal’. Dat was ook de kern van zijn eis: niet zozeer land (hij sloeg de provincie Noricum af) maar erkenning als reguliere generaal met toegang tot alle financiële, en vooral materiele middelen van het rijk. Zo kon hij zijn aanhangers aan zich binden met geld, voedsel en wapens en – op termijn – een gooi doen naar de absolute macht. Gainas had dat ook geprobeerd maar zonder militaire overmacht (dat werd hem fataal) maar Ricimer had uiteindelijk meer succes.

  5. Jeff

    Uit deel 1: “Maar de migranten wilden land, en om duidelijk te maken dat het hun menens was, …”
    Uit deel 2: “… en ze brachten door middel van het doden van Romeinen het begeerde land niet dichterbij.”

    Wat is dat toch, die zogenaamde zucht naar land? Ik kan me maar weinig voorstellen bij dit vaak aangehaalde argument voor migratie. Welke basis heeft dat? Waar komt dat vandaan?

      1. Jeff

        Jona L.: “Het was een agrarische economie. Mensen hadden land nodig om van te kunnen leven.”
        Huh ?? ‘Wij willen land, want we hebben het niet’?? Ben ik nu zo simpel ??
        Er was toch een agrarische economie in het land waar men kennelijk zo graag wilde vertrekken.
        Waarom meende men dat het gras bij de buren groener was? En wie was die mening toegedaan? Toch niet die boeren in het ‘oude’ land die daar de agrarische economie draaiend hielden en die dan ineens de opdracht kregen om hun boeltje te pakken?

        1. Het idee dat een volk een “eigen” land had, was niet zo populair in de Oudheid, al bestond het wel. Maar men trok bij hongersnood of vijandelijkheden makkelijk verder. Dat dit niet alleen beeldvorming in de bronnen is maar ook echt gebeurde, is de conclusie van het onderzoek van de laatste jaren:isotopen, DNA.

        2. FrankB

          “Er was toch een agrarische economie in het land waar men kennelijk zo graag wilde vertrekken.”
          Overbevolking en de daarmee samenhangende ondervoeding speelde een rol; in het geval van de Noormannen en de Vikingen is daar empirisch bewijs voor.
          In de Vierde en Vijfde Eeuw waren er oprukkende nomaden uit Oost-Azië. Stel je bent boer in wat nu de Oekraïne is; met andere bewoners heb je een agrarische economie opgebouwd. Je handelt een beetje met de Griekse nederzettingen op de Krim. Komt er een klimaatverandering of uit het oosten komen onoverwinnelijke plunderaars aanzetten. Kun je vier dingen doen:

          – je laten vermoorden;
          – doodhongeren;
          – je boeltje pakken en ergens anders land zoeken, waar het hopelijk wel veilig is;
          – je aansluiten bij de veroveraars.

          Alaric en de zijnen kozen de derde mogelijkheid.

          1. Jeff

            Wie waren dan die oprukkende nomaden in de vierde eeuw?
            Toen de nomaden in de vijfde eeuw verschenen (de Hun) was Alaric al lang kastje wijlen, overleden in Zuid-Italië.

            “Overbevolking en de daarmee samenhangende ondervoeding speelde een rol; in het geval van de Noormannen en de Vikingen is daar empirisch bewijs voor.”

            Nu maak je me héél nieuwsgierig.

            1. Frans

              De Hunnen. Die waren in de loop der eeuwen in westelijke richting getrokken en dreven anderen voor zich uit. Dit leidde tot de slag bij Adrianopolis , waar ook al Hunnen bij waren. Dus ze speelden een rol, zij het in die tijd nog niet in West Europa.

          2. Anders Winroth schrijft in “The Age of the Vikings” (Princeton UP, 2014) dat overbevolking in Scandinavië niet de primaire reden was om te gaan vikingen. “We should not forget that this was an emigration of power-hungry chieftains [en hun krijgers], not primarily of people” (p. 51). Hij stelt verder dat overbevolking grotendeels door malthusiaanse ‘checks’ werd ‘opgelost’; migratie is wat de Noormannen/Vikingen betreft een relatief marginaal verschijnsel.

  6. Er was een teveel aan mensen of het klimaat veranderde, zodat er niet genoeg eten was voor iedereen. Dus trok men naar andere gebieden. maar doordat er geen lege gebieden meer waren, moesten ze veroverd worden. En met die ellende zitten we nu nog want de aarde ia overbevolkt.

    1. FrankB

      Zoals bekend levert een teveel aan krijgsgeweld ook altijd volksverhuizingen op. Plus ca change, plus c’est la meme chose.

  7. Bert Schijf

    Bij de alle aandacht aan de plundering van Rome, is het misschien goed om in herinnering te brengen dat de rampzalige plundering van de Oost-Romeinse hoofdstad Constantinopel in 1204 door christelijke fanatici, kruisridders, werd uitgevoerd. Vooral de Venetianen hebben er zeer van geprofiteerd.

    1. Frans

      Er zijn zoveel steden en landen geplunderd. Ik geloof niet dat het veel zin heeft om kriskras door de geschiedenis er van alles en nog wat erbij te slepen.

      1. Bert Schijf

        Kriskras door de geschiedenis? Er van alles en wat nog bij slepen? Het ging mij alleen maar om de tweede Romeinse hoofdstad en de gesel Gods van de kruisridders.

      2. Dirk

        Tenzij je gaat kersenplukken in een voorspelbaar en saai rondje christendom bashen. Mensen plunderen. Het gebeurde al voor er een paus in Rome was, het gebeurde ook door christenen en het zal nog gebeuren als de laatste gelovige het licht in de kerk heeft uitgedaan.

        1. Bert Schijf

          “gaat kersenplukken”. Ik ben geen voorstander van dit soort Anglicismen. Ten eerst is dat kersenplukken alleen begrijpelijk als je de Engelse uitdrukking cherry picking kent, waarmee idiomatisch zoiets bedoeld wordt als dingen eruit pikken die je het beste uitkomen. Met letterlijk kersenplukken heeft het weinig van doen.

          1. FrankB

            Ik ben er voorstander van als het werkt en liefst ook toevoegt. Dat heet taalverrijking. Het omgekeerde ook – talrijke Nederlandse gezegdes werken prima in het Engels, zoals looking for nails at low tide.
            Sinds wanneer moeten gezegdes en uitdrukkingen veel van doen hebben met de letterlijke betekenis?

            “dingen eruit pikken die je het beste uitkomen”
            Dat is een uitstekende omschrijving van het figuurlijke kersenplukken – dan haal je ook de lekkere vruchtjes er tussen uit, terwijl je de rest laat hangen. En voorheen hadden we in het Nederlands er geen term voor.

            1. Bert Schijf

              OK FrankB, hoewel ik vermoed dat toch niet iedereen in Nederland onmiddellijk snapt wat dat kersenplukken in de tekst van Dirk betekent. Maar ik geef een ander voorbeeld van zo’n Anglicisme. Laatst las ik in een Nederlandse tekst dat iemand ‘de vloer kreeg’. Daar is wel een heel goede Nederlandse uitdrukking voor: dat iemand het woord kreeg. Het verschil tussen gewichtdoenerij en taalvernieuwing is niet zo groot.

        2. FrankB

          “Tenzij je gaat kersenplukken in een voorspelbaar en saai rondje christendom bashen.”
          Zij die aan hun christelijk geloof morele superioriteit ontlenen zullen van harte met u instemmen. Bovendien is hier een patroon te ontwaren. Dergelijke wandaden worden nogal eens gerechtvaardigd door religies en ideologieën die precies het tegenovergestelde beweren na te streven. Hierboven noemde ik al het Black Bloc, dat mij onlangs afkerig heeft gemaakt van de term anarchisme om mijn politieke gedachtengoed te omschrijven.
          Dan is kersenplukken geen drogredenering meer. Voor een bewering als “het christendom faalt in zijn doel om mensen nederigheid bij te brengen” is Franciscus van Assisi, hoe bewonderenswaardig hij ook was, irrelevant. Op dezelfde manier zijn geweldloze anarchisten als ik irrelevant voor “anarchisme inspireert mensen tot willekeurig geweld”. Ik vind het net zo min leuk als u. Toch ben ik bereid het onaangename te accepteren. Blijkbaar u ook.

          “Mensen plunderen.”
          En bent u van plan u daarbij neer te leggen, in de trant van de loze christelijke kreet “mensen zijn nu eenmaal zondaars”? Dat is de hamvraag, waar u tot nu toe volstrekt niet aan toe komt. Het is natuurlijk volstrekt niet representatief, maar op internet kom ik bedroevend weinig christenen tegen die die vraag wel onder ogen zien. Ook dat zegt natuurlijk maar weinig, want wellicht heb ik niet goed genoeg gezocht.

  8. Dirk

    Ik heb niet de intentie om me bij eender welk onrecht neer te leggen. Ik geloof dat de mens het in zich heeft om stap voor stap te leren omgaan met zijn zelfdestructieve kant. Ik denk alleen niet dat het voor morgen is. Met de uitspraak “mensen plunderen” bedoel ik dat het een menselijke activiteit is die niet per se door geloof wordt uitgelokt. Het feit dat een leger dat zich gedraagt als dieven en verkrachters zich een religieuze rechtvaardiging aanpraat, toont op zijn minst aan dat ze zich bewust zijn van de gruwel van hun daden.

    Morele superioriteit zou ik liefst vermijden en ik hoop dat me dat vaak genoeg lukt om geen onuitstaanbare etter te zijn. Nog een voorbeeld van een betreurenswaardig menselijk trekje waar je geen traditioneel gedefinieerde religie voor moet aanhangen. Ook atheïsten hebben er al eens last van. Net als veganisten, cultuursnobs en mensen die voetbal niet snappen.

    Ik vind troost in mijn christendom, voor het feit dat we sociale en intellectuele prutsers zijn, voor de angst dat het een hopeloze zaak is om het ooit beter te doen. Voor mij is dat geloof geen rotsvaste overtuiging. Het is een continu twijfelen en zoeken, maar dat staat me wel aan. Misschien dat ik het op een dag helemaal achter me laat.

    1. Rob Duijf

      ‘Misschien dat ik het op een dag helemaal achter me laat.’

      Wanneer? Als de dood je komt halen en je uiteindelijk toch alles moet loslaten wat je je hele leven aan ballast hebt verzameld en waar je je in je doodsnood nog aan vastklampt? Wat een drama…

    2. Rob Duijf

      ‘Het is een continu twijfelen en zoeken, maar dat staat me wel aan.’

      Sorry dat ik er nog even op terug kom, maar ik geloof echt geen bal van wat je zegt, al ontken ik je intenties niet. Wat jij twijfelen en zoeken noemt, is met je ogen dicht tasten in helder licht. Als dat je aanstaat, doe je je mooier voor dan je bent.

      Onderzoeken echter is in beweging komen en dat betekent niet alleen dat je vrij moet zijn om te kunnen bewegen, maar tegelijk dat je je ogen open doet en kijkt.

      Of ‘atheïsten, veganisten, cultuursnobs en mensen die voetbal niet snappen’ last hebben van ‘morele superioriteit’ doet helemaal niet terzake. Ze dolen net zo in het rond als jij.

  9. arnold rots

    arnold rots

    Over een ander onderdeel van deze bijdrage.

    Jona zet als onderschrift bij de illustratie “glazen penning”.

    Maar dat is het helemaal niet.
    Het is de vergulde bodem van een avondmaalglas.
    Veelal wordt Christus daarin zichtbaar als men tot de bodem leegdrinkt. Ter bevestiging van de eucharistie.
    Deze variant heeft de apostelen als onderwerp. eveneens een geliefd thema in de vroeg christelijke kerk.

    Voor meer Info : het blad Wapenveld, 2018, met een bijdrage van Jan Veldman.

Reacties zijn gesloten.