Kybele in de Grieks-Romeinse wereld

Een Romeinse Kybele (Museum Carnuntinum, Petronell)

De cultus van de moedergodin was, zoals ik in het vorige stukje schreef, in Anatolië eeuwenoud en de naam Kybele kwam uit het oosten van die regio. De Frygiërs, die in de IJzertijd Anatolië waren binnengetrokken en zich in het westen van Anatolië hadden gevestigd, namen de cultus over. Zo bezien is het grappig dat de Griekse en Romeinse auteurs de cultus van Kybele typeren als Frygisch. Frygië was echter alleen een halteplaats bij de verspreiding van de cultus naar het westen. Een andere halteplaats kan de Lydische hoofdstad Sardes zijn geweest, waar een tempel stond voor Kubaba.

Griekse godin

De Grieken meenden dat de Anatolische geboortegodin dezelfde was als hun eigen Rhea, de moeder van de Olympische goden en godinnen Hestia, Demeter, Hera, Hades, Poseidon en Zeus. Deze gelijkstelling vergemakkelijkte de verspreiding van de cultus, die al in de zesde eeuw v.Chr. bekend was in Lokroi in Zuid-Italië. De Grieken waren geïntrigeerd door de extatische riten van “de grote moeder van de goden”, maar Kybele werd nooit deel van de gewone Griekse mythische wereld.

Lees verder “Kybele in de Grieks-Romeinse wereld”

De tempel van Elagabal in Rome

De schaarse resten van de tempel van Elagabal

Een van de meest curieuze personen uit de Oudheid was de kindkeizer Heliogabalus (r.218-222). Die heette eigenlijk Varius Avitus Bassianus, maar toen hij eenmaal keizer was, noemde iedereen hem Antoninus. De naam waaronder hij beroemd is geworden, Heliogabalus dus, is een verbastering van de naam van de door hem vereerde Syrische zonnegod Elagabal. Dat is ook al niet de echte naam van die god, want die heette in het Aramees Ila ha-Gabal, “heer van de berg”. De bijnaam Heliogabalus is daarvan dus een verbastering. Weliswaar zou Elagabalus meer voor de hand hebben gelegen, maar met het ietwat onlogische eerste element verwijst de weergave ook naar de Griekse zonnegod Helios.

Kortom: er was een kindkeizer die we gemakshalve Heliogabalus noemen en die vereerde een zonnegod die we Elagabal noemen.

Wie een mooi boek wil lezen over Heliogabalus’ wonderlijke regeringsperiode, kan terecht bij Louis Couperus. Zijn roman De berg van licht (1905) is in feite een omgekeerde Stille kracht: in het laatstgenoemde boek gaat een westerling ten onder in de Oost, in De berg van licht gaat een oosterling ten onder in het Westen. Het is trouwens interessant hoe Couperus een Syrische wereld toont waarin androgyniteit zo niet geaccepteerd dan toch denkbaar was. Wie nu fronst bij non-binariteit, zou eens Couperus kunnen gaan lezen.

Lees verder “De tempel van Elagabal in Rome”

Circus Maximus (3)

Wagenmenner uit het Circus Maximus (Palazzo Massimo, Rome)

[Laatste van drie stukjes over het Circus Maximus in Rome. Het eerste was hier.]

Keizer en volk

Zelfs keizers en gladiatoren waren minder populair dan wagenmenners. Gezien hun populariteit deed een keizer er goed aan zich te vertonen in zijn loge in het Circus. Iets van de populariteit van de sportlieden straalde dan op hem af. Bovendien kon de vorst, door openlijk te delen in de emoties die de races opriepen, tonen dat hij niet van zijn onderdanen verschilde. Zo bezien deed keizer Marcus Aurelius het verkeerd:

Hij had de gewoonte tijdens de Circusvoorstellingen te lezen, te luisteren en te signeren, en het verhaal gaat dat de menigte hem daarover dikwijls schertsend heeft gekapitteld. (Historia Augusta, Marcus Aurelius 15.1)

Lees verder “Circus Maximus (3)”

Circus Maximus (2)

Maquette van het Circus Maximus in de keizertijd. Het keizerlijk paleis is rechtsboven te zien. (Museo nazionale della civiltà romana, Rome)

[Tweede van drie stukjes over het Circus Maximus in Rome. Het eerste was hier.]

Het circus als tempel

De middenrail van het Circus Maximus, waar de vierspannen zevenmaal omheen moesten rijden was in de keizertijd ruim 335 meter lang. Op de keerpunten stonden beeldjes van zeven dolfijnen en zeven eieren, die tijdens de race zó werden verplaatst dat de jockeys konden zien hoeveel ronden ze nog hadden te gaan. Halverwege stond een door keizer Augustus uit Egypte geïmporteerde obelisk, die was gewijd aan de Zon en daarom voorzien van een gouden bol aan de top. Hij was vervaardigd voor farao Seti II en staat tegenwoordig op de Piazza del Popolo. Later zou keizer Constantius II er een tweede obelisk naast plaatsen, die nu staat bij de Sint-Jan van Lateranen. Gemaakt voor farao Toetmoses III is dit het oudste monument in Rome.

Lees verder “Circus Maximus (2)”

Circus Maximus (1)

Meppel, wie zou de gemeente misgunnen dat ze een historisch themapark krijgt? Ik vind het sympathiek en leuk. Maar laat het dan wel een béétje historisch correct zijn. Dus geen Romeinse paardenraces in een amfitheater, zoals op het plaatje hierboven, dat ik hier vond.

Even simpel samengevat, zoals het was in de Romeinse keizertijd:

  • theaters waren er toen voor grote toneelvoorstellingen;
  • odeons waren er voor kleine voorstellingen (denk ook aan muziek);
  • amfitheaters waren er voor jachtpartijen, executies en gladiatorengevechten;
  • stadia waren er voor atletiek;
  • en voor paardenraces ging je in de keizertijd naar het hippodroom of, zoals de Romeinen het noemden, circus.

En de beroemdste hippodroom van allemaal was het Circus Maximus in Rome.

Lees verder “Circus Maximus (1)”

Archaïsch Italië en het vroegste Rome

Oriëntaliserende kunst uit Italië: edelsmeedwerk uit de Bernardini-tombe bij Palestrina (Villa Giulia, Rome)

Ergens rond 300 v.Chr., nadat het in de slag bij Sentinum de macht van zijn Italische rivalen had gebroken, maakte Rome zijn opwachting in de geschiedenis. Een middelgrote hellenistische staat. In de loop van de derde eeuw bevocht Rome zich echter een plek onder de grootmachten. Eerst versloeg het koning Pyrrhos, vervolgens brak het de macht van Karthago, daarna verenigde het Italië in een slecht gedocumenteerde strijd tegen binnenvallende Galliërs, weer later viel het de Balkan binnen en veroverde het Andalusië. Dat laatste in de Tweede Punische Oorlog ofwel de oorlog tegen Hannibal.

Daarvóór, in de vijfde en vierde eeuw, was Rome een van de vele Italische stadstaten. En dáárvoor, in de zesde eeuw, regeerden koningen. Daar weten we heel weinig van, al staat vast dat de Karthagers rond 500 v.Chr. Romes gezag over enkele Latijnse havensteden erkenden. Maar wat daaraan voorafgaat, is even legendarisch als pakweg de heerschappij van Theseus over Athene. Wat doe je daarmee, als je De Blois of Van der Spek heet en Een kennismaking met de oude wereld schrijft?

Lees verder “Archaïsch Italië en het vroegste Rome”

De joden van Rome

Deel van een joodse sarcofaag met theatermaskers, die in een andere context zouden zijn uitgelegd als verwijzing naar de cultus van Dionysos. Deze god werd door menigeen echter aangezien voor de god der joden. (Nationaal museum, Rome)

De Nederlandse wet definieert universiteiten als instellingen die informatie overdragen aan de samenleving. Er staat niet dat ze informatie mogen verkopen of overdragen aan een commerciële uitgever. Omdat dat te vaak de praktijk is, ben ik altijd blij als een academicus zijn inzichten gewoon deelt. Zoals Leonard Rutgers in zijn uitstekende boek Israël aan de Tiber. Rutgers bestudeert de joodse catacomben in Rome en stelde bijvoorbeeld vast dat die ouder zijn dan eerdere onderzoekers vermoedden.

Zoals gezegd: een uitstekend boek. Goed opgebouwd, vlot verteld, functioneel geïllustreerd. Een handvol persoonlijke anekdotes, maar niet teveel. Geen pseudogeleerde verwijzingen naar ontoegankelijke hyperspecialistische literatuur. Wel een heldere rode draad: dat de joden in Rome volledig geïntegreerd waren in de stedelijke samenleving.

Lees verder “De joden van Rome”

Roman Holiday

Het nichtje van mijn vriendin was in Italië geweest en ik vroeg welke stad ze het leukste had gevonden. Even aarzelde ze, en toen zei ze: “Rome, absoluut, Rome.” Ik moest denken aan een filmscène die ik wel tien keer heb gezien – hoewel nooit in de bioscoop. “Rome, by all means, Rome.” De eindscène van Roman Holiday dus.

Wat een film! Rond de kerst zag ik hem weer een keer terug en opnieuw was het smullen. Het cliché “wervelende komedie” mag hier voor één keer worden gebruikt. Werkelijk alles, maar dan ook echt alles, klopt in Roman Holiday. De mooiste actrice die u ooit zag. De mooiste acteur. De beste locaties. Het beste scenario. De beste kostuums. En vooral: het beste einde. Bitterzoet. En daardoor troostrijk.

Lees verder “Roman Holiday”

De triomf van Hercules

Hercules (Capitolijnse Musea, Rome)

Het bovenstaande standbeeld is ten tijde van paus Sixtus IV (r.1471-1484) in Rome opgegraven. Tussen de startboxen van het Circus Maximus en de Santa Maria in Cosmedin, om precies te zijn. Dat wil zeggen: op de plaats van een oude tempel van Hercules, waarvan u de resten nog onder de genoemde kerk kunt zien (de ara maxima). Het beeld is vrijwel zeker opgericht door de Romeinse generaal Scipio Aemilianus, die in 146 v.Chr. Karthago had verwoest. De appels van de Hesperiden die de halfgod in zijn hand heeft, zijn een verwijzing naar Afrika. Er is wel beweerd dat de Romeinen zich graag presenteerden als Hercules en hoewel ik daarvan niet overtuigd ben, ben ik er wel van overtuigd dat dit beeld de eindzege over de Karthagers moest gedenken.

Ik heb over de drie oorlogen tussen Rome en Karthago twee boeken geschreven: De vergeten oorlog, dat tevens probeert de Karthaagse cultuur te presenteren, en Hannibal in de Alpen, waarin ik het non-probleem van ’s mans route naar Italië benut om oudheidkundige methoden te tonen. U bestelt de twee boeken hier en daar. Ook heb ik naast deze blog een tweede, kleinere Karthago-blog bijgehouden, waar ik vandaag een punt achter zet. Er zijn grote artikelen, die eerder ook op deze blog zijn verschenen, en ook een hele batterij kleine stukjes. Hier is een overzicht.

Lees verder “De triomf van Hercules”

Het Forum Romanum

Er zijn maar een paar plekken op aarde die je écht, zonder marketing-hype, kunt aanduiden als werelderfgoed. Eén zo’n plek is het Forum Romanum in Rome. Hier – en hier in de omgeving – zijn dingen gebeurd die u en mij nog altijd raken en die ook betekenis hebben voor mensen in pakweg Rio de Janeiro, Manila of Nairobi. Niet per se positief, niet per se door iedereen benoembaar, maar wel reëel. Leuk is daarbij dat er volop onderzoek plaatsvindt. Of het nu gaat om de hoek achter de tempel van Vesta, waar in de jaren tachtig grote huizen uit de zesde eeuw v.Chr. zijn opgegraven, of om het huidige onderzoek voor het Senaatsgebouw, er is nog volop ruimte voor andere visies en nieuwe inzichten.

Stenen en stemmen

Onlangs publiceerden Guido Cuyt (wereldberoemd in Antwerpen) en Michiel Verweij hierover Het Forum Romanum. Stenen en stemmen. Simpel samengevat: een volledige en actuele beschrijving van een van de allerbelangrijkste archeologische sites in Italië. Ik zou liegen als ik zei dat het rijk geïllustreerd was, maar de illustraties zijn goed gekozen en gaan voor een deel terug op de maquette die Cuyt van het Forum Romanum heeft gemaakt.

Lees verder “Het Forum Romanum”