De koninklijke lier van Ur

Een van de lieren uit Ur in een verlaten Nationaal Museum in Bagdad.

Mijn betere helft en ik waren vorig weekend in Brugge en daar deden we wat mensen zoal doen als ze in Brugge zijn. Kerken bekijken en wafels eten dus, en het bloedreliek bewonderen, flauwe grappen maken over Vlaamse primitieven, lunchen, je machteloos voelen om het gesloten archeologiemuseum, boekhandels in en uit lopen, flaneren langs middeleeuwse (en middeleeuwachtige) huizen, koffie drinken, schilderijenmusea bezoeken, filmlocaties herkennen, uitwijken voor andere toeristen, de laatste Ken Broeders aanschaffen en vooral: je laten verrassen.

Harpconcert

Dat laatste bijvoorbeeld bij een concert van harpist Luc Vanlaere. Zijn concertzaaltje is nauwelijks te missen, want het zit meteen naast het Sint-Janshospitaal, dat museum met al die schilderijen van Hans Memling. Drie keer per dag verzorgt Vanlaere daar een kort concert. Het trok onze aandacht omdat hij leek te gaan spelen op een reconstructie van de lieren uit Ur, waarover ik al eens schreef. Een Sumerisch snaarinstrument is niet het eerste dat je verwacht in Brugge en dus met recht een verrassing.

Ondeugende stier

We waren zo’n beetje de eersten die in het zaaltje zaten. Recht tegenover de lier, die nog in een foedraal stond, hoewel de stier ondeugend het zaaltje in keek. Vanlaere speelde ook op een concertharp, op een iets minder grote Keltische harp (zeg maar het wapen van Ierland) en nog enkele andere instrumenten uit de hele wereld.

Stiergebrul

Volgens een kleitablet zou een Sumerische lier, zoals het koninklijke instrument uit Ur, klinken als het brullen van een stier. Vanlaere vertelde dat hij, toen hij het oeroude instrument reconstrueerde, aanvankelijk snaren had gebruikt van darm, maar later had gekozen voor zijde. Dat leverde een meer sonore klank op, ergens tussen een sitar en een moderne harp. Ik verbeeldde me dat ik er wel iets van rundergeloei in herkende.

De vier Sumerische lieren uit Ur moeten zo rond 2600 v.Chr. zijn bespeeld en zijn later als grafgift meegegeven aan een van de heersers van de Eerste Dynastie. Leonard Woolley, die in de jaren twintig van de vorige eeuw de opgravingen leidde en over wie ik het al eens heb gehad, groef de instrumenten in 1929 op in de zogenaamde “Death Pit”. Hier lagen achtenzestig koninklijke dienaressen en zes dienaren begraven, die vermoedelijk gif hadden gedronken en bewusteloos zijn neergelegd toen men de grafkamer verzegelde. Woolley schreef dat het was alsof een van de dienaressen haar arm over een instrument hield en hij interpreteerde dat alsof zij had gespeeld tot het moment van haar dood. Dat klinkt romantisch maar blijkt niet uit de tekening, waarop de skeletten zijn te zien en (links) de muziekinstrumenten.

Woolleys opgravingsschets (klik = groot)

De vier lieren behoren bij de collecties van het het Penn-museum in Philadelphia, het British Museum in Londen en het Nationaal Museum van Irak in Bagdad. De grootste van het viertal is beschadigd bij de plundering, maar teruggebracht door de pardonregeling. De andere drie verkeren in betere staat.

Reconstructie

De instrumenten zijn gemaakt van cederhout en de klankkasten zijn versierd met mozaïeken van Afghaanse lapislazuli, parelmoer en stukjes rode kalksteen, ingelegd in bitumen. De stierenkoppen zijn van goud, de curieuze baarden van lapislazuli.  Op de door Vanlaere gereconstrueerde lier zijn onder de stierenkop vier mythische scènes aangebracht, waaronder een leeuw en een hyena die tribuut brengen, de halfgod die bekendstaat als de Schorpioenman met een geit, een held met twee lamassu’s, en een beer die luistert naar een lier-spelende geit.

De koninklijke graven in Ur

Vanlaere, die drie jaar heeft gewerkt aan de reconstructie, vertelde dat hij een CD wilde opnemen waarbij hij zou samenwerken met zangers. We weten immers dat de Sumeriërs lieren gebruikten ter begeleiding van liederen in de tempel en aan het koninklijk hof (en graf). Zover is het nog niet.

De concerten van Vanlaere zijn gratis, want hij wil een breed publiek kennis laten maken met iets waardevols. Nu reist niet iedereen eventjes naar Brugge, dus ik link naar zijn website Harpmuziek.be, waar u zijn muziek kunt kopen. Voorlopig nog geen muziek van de koninklijke lier van Ur echter, maar wel andere harpmuziek.

Deel dit:

5 gedachtes over “De koninklijke lier van Ur

  1. huibree

    Ik was er najaar 2020. Van Laere is niet te missen bij een bezoek aan Brugge. De zorgvuldigheid die hij in acht nam bij de reconstructie van de bijna 5000 jaar oude lier is indrukwekkend.

  2. Hans Overduin

    Dit lijkt mij iets voor Podium Klassiek (voorheen: Podium Witteman) ! Ken je overigens het boek ‘De lier van Trossingen’ (2019) van Luit van der Tuuk ?

  3. Rob Duijf

    De lier van Trossingen is sinds zijn vondst in 2002 al door verschillende instrumentbouwers gereconstrueerd. Daar zitten werkelijk juweeltjes van houtbewerking bij.

    Michel J. King laat hier zien hoe het houtsnijwerk tot stand kwam.

    https://youtu.be/U8WmwVQe3X4

    Zanger en dirigent Benjamin Bagby is expert op gebied van middeleeuwse muziek en het bespelen van middeleeuwse lieren, zoals die van Trossingen, Oberflacht en Sutton Hoo (reconstructies van Rainer Thureau).

    https:youtu.be/2lRThAPJbUY

Reacties zijn gesloten.