
U heeft nog ongeveer een week om naar de Byblos-tentoonstelling in het Rijksmuseum van Oudheden te gaan. Misschien is het leuk nog één keer over Byblos te bloggen en daarvoor neem ik nog een citaat uit de Fenicische Geschiedenis van Filon van Byblos. De expositie legt de nadruk vooral op de Bronstijd, wat een perfect te verantwoorden keuze is, maar bij elke keuze vallen dingen overboord. Zoals de aanwijzingen die we hebben voor de godenverhalen die circuleerden.
Aanwijzingen. Méér is het niet. Over Filon heb ik al verteld dat hij een Griekstalige Romein was die schreef over het oude Fenicië. Zijn geschiedwerk bevatte euhemeristische delen, dat wil zeggen dat Filon – op gezag van een eerdere auteur Sanchouniathon? – de goden presenteerde als verdienstelijke stervelingen. Dit is een hellenistische interpretatie van de aloude mythen, maar dat laat onverlet dat die mythen dus wel ouder zijn en kunnen teruggaan op de IJzer- of Bronstijd.
Scheppingsverhaal zonder schepper
In een euhemeristisch wereldbeeld is natuurlijk geen ruimte voor een scheppende godheid. Hier is een deel van fragment 2, in een speciaal voor de gelegenheid gemaakte vertaling door Hein van Dolen.
Het eerste beginsel is een donkere lucht met wolken geweest, beter gezegd: een windvlaag van donkere lucht, een troebele chaos die duister was als de Erebos. Dit alles was onbeperkt en eeuwenlang grenzeloos.
Maar toen de wind verliefd werd op zijn eigen voorzaten en er een samenzijn plaatsvond, werd die verbintenis Verlangen genoemd. Dit was het begin van de schepping van alles. De wind zelf was zich overigens niet bewust van zijn eigen schepping.
Uit de omhelzing van de wind kwam ook Mot voort, volgens sommigen modder en volgens anderen een rottend, vochtig mengsel. Dit bracht al het zaad van de schepping voort en het ontstaan van het universum.
Er waren bepaalde dieren zonder bewustzijn, waaruit redelijke wezens ontstonden die Zofasemin werden genoemd, “waarnemers van de hemel”. Ze waren min of meer als een ei gevormd. Mot brak uit in licht, met de zon en maan, sterren en de grote hemellichamen.
Wat ontbreekt
Het is evident dat Filon, al dan niet op gezag van een Sanchouniathon, iets uit het scheppingsverhaal heeft weggelaten: namelijk dat El de hemel en aarde heeft geschapen. De Bijbel wijst die rol toe aan Elohim en elders was het de taak van de Sumerische Enlil, de Babylonische Marduk en de Hittitische Kumarbi.
Wil dit zeggen dat Filon een onbetrouwbare bron is? Het is mogelijk en het is ook wel verdedigd. Tegelijk corresponderen voldoende aspecten met de mythologie van de Bronstijd. Mot is inderdaad een Kanaänitische godheid, bekend uit de kleitabletten van Ugarit. Hij gold als god van de dood en dan is “een rottend, vochtig mengsel” natuurlijk niet de slechtste beeldspraak. Dat in de dode materie de kiemen van de schepping liggen, is ook geen al te vreemde gedachte en in de Ugaritische mythe staat Mot op uit de dood.

De Zofasemin zijn eveneens goede bekenden. De “wachters”, zoals ze ook wel worden genoemd, waren inderdaad redelijke wezens, waarvan sommige in opstand kwamen tegen de goden. De mythe van de gevallen engelen gaat hierop terug.
De oervloed
Dat er in den beginnen een donkere lucht of windvlaag was geweest met wolken, doet denken aan soortgelijke beschrijvingen uit andere culturen. In de Bijbel was de aarde aanvankelijk woest en doods, lag de duisternis over de oervloed en zweefde geest Gods over dat water. De woorden “geest Gods” kunnen ook worden vertaald als “een hevige wind”, waarmee de parallel met het Fenicische scheppingsverhaal nog nauwer is. Soortgelijke ideeën kennen we uit andere antieke culturen.
Wat ik maar zeggen wil: we hebben wel wat aanwijzingen over de oude Levantijnse kosmologie. Maar dat is niet waarover de expositie in het Rijksmuseum van Oudheden over gaat. Die gaat over het ontstaan van de wereldhandel en dat is een minstens even interessant thema.
Nog tot 12 maart en dan is het echt voorbij.
Het mooiste en m.i. het meest bijzonder op de tentoonstelling Byblos in het RMO te Leiden, is het prachtige kistje van pharao Amen-m-hat IV. Een afbeelding is te vinden op
https://mainzerbeobachter.com/2022/07/29/de-koninklijke-graven-van-byblos/#more-70016
Ja, mooi is dat hè!