De Bataafse Opstand (slot)

De Romeinen herstellen orde op zaken (landkaart uit "Edge of Empire")
De Romeinen herstellen orde op zaken (landkaart uit “Edge of Empire”)

Korte inhoud van het voorafgaande: de Bataven zijn in opstand gekomen en boeken succes na succes. De steden in Gallië verklaren zich onafhankelijk. In Rome is men echter klaar om de orde te herstellen. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink).

***

Inmiddels had Rome het onverslaanbaar grote leger op de been gebracht waarvan de komst sinds Civilis’ aanval op Xanten viel te verwachten. De generaal, Cerialis, was niet alleen familie van Vespasianus, maar had bovendien in Brittannië gestreden in het leger waartoe ook de nieuwe keizer en Julius Civilis hadden behoord. Tacitus portretteert Cerialis als een ietwat excentrieke maar efficiënte ijzervreter. Onder zijn leiding stonden het Eenentwintigste Legioen Rapax, onderafdelingen van de Rijnlegioenen die met Vitellius naar Italië waren getrokken, en tot slot het door Vespasianus opgerichte Tweede Adiutrix (“helpster”). Met hen rukte Cerialis op naar Mainz.

Lees verder “De Bataafse Opstand (slot)”

De Bataafse Opstand (7)

Munt van het Gallische keizerrijk ter herdenking van het overlopen van XVI Gallica (Ashmolean Museum, Oxford)
Munt van het Gallische keizerrijk ter herdenking van het overlopen van XVI Gallica (Ashmolean Museum, Oxford)

Korte inhoud van het voorafgaande: Rome verkeert in crisis. De Bataven profiteren ervan door in opstand te komen, hebben in het najaar van 69 hun eerste successen geboekt en belegeren nu de Romeinse basis in Xanten. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink; landkaart hier).

***

In Italië begon het jaar 70 veelbelovend. De burgeroorlog was voorbij en er werden plannen gemaakt om de Rijnlegers te versterken. De grote vraag was of de versterkingen snel genoeg de winterse Alpen konden oversteken om de opstand een halt toe te roepen. Al snel bleek dat ze te laat waren.

Lees verder “De Bataafse Opstand (7)”

De Bataafse Opstand (6)

Een Bataafse ruiter, of althans een Bataaf met twee paarden (Valkhofmuseum, Nijmegen)

Korte inhoud van het voorafgaande: Rome verkeert in crisis. De Bataven profiteren ervan door in opstand te komen, hebben in het najaar van 69 hun eerste successen geboekt en belegeren nu de Romeinse basis in Xanten. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink).

***

De Romeinse gouverneur van het Rijnland, Hordeonius Flaccus, nam intussen maatregelen: het Vierde Legioen Macedonica achterlatend om Mainz te bewaken, stuurde hij het Tweeëntwintigste Primigenia onder bevel van Gaius Dillius Vocula naar het noorden, terwijl hij zelf de Rijn afzakte om zich in Bonn aan het hoofd van het Eerste Germanica te stellen. De troepen kwamen in Keulen samen en in Neuss sloten onderdelen van het Zestiende Legioen Gallica zich bij hen aan. Samen marcheerden ze naar het huidige Krefeld. Zie de landkaart.

Lees verder “De Bataafse Opstand (6)”

De Bataafse Opstand (5)

Romeins masker van een Germaan: let op het wonderlijke kapsel (British Museum)
Romeins masker van een Germaan: let op het wonderlijke kapsel (British Museum)

Korte inhoud van het voorafgaande: Rome verkeert in crisis. De Bataven profiteren ervan door in opstand te komen en hebben in het najaar van 69 hun eerste successen geboekt. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink; landkaart hier).

***

Het domste wat Civilis op dit moment kon doen, was een aanval op de legioenbasis te Xanten. Geen Romeinse keizer zou die vernedering ongestraft kunnen laten. Zodra er ook maar één speer naar de wallen geworpen zou zijn, was het onvermijdelijk dat er een onverslaanbaar groot Romeins leger naar het noorden zou marcheren om de smaad uit te wissen. Het conflict tussen keizer Vitellius en Vespasianus zou eerst voorbij moeten zijn, maar wie er ook mocht winnen, de nieuwe keizer was verplicht zo’n aanval af te straffen. De Bataven wisten genoeg van het Romeinse leger om dat te weten; Civilis met zijn Romeinse burgerrecht en vijfentwintig jaren in de hulptroepen wist het als geen ander. Toch waren de Bataven vastbesloten Xanten te verwoesten en zwoer Civilis zijn haar los te laten hangen en rood te verven totdat de basis in de as was gelegd.

Lees verder “De Bataafse Opstand (5)”

De Bataafse Opstand (4)

Medaillon van Aquillius van VIII Augusta (Valkhofmuseum, Nijmegen)

Korte inhoud van het voorafgaande: Rome verkeert in crisis. Keizer Vitellius voelt zich bedreigd door Vespasianus, opstandeling in het oosten, en zoekt versterkingen. Gouverneur Hordeonius Flaccus van het Rijnland kan die echter niet leveren omdat het Rijnland onrustig is. Eén van de leiders is de Bataaf Julius Civilis, maar er zijn meer potentiële rebellen en die hebben andere motieven. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman; de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink; landkaart hier).

***

Zoals de Treveren ooit een opstand tegen Julius Caesar waren begonnen door de Eburonen de kastanjes uit het vuur te laten halen, zo liet Julius Civilis een cliëntstam als eerste rebelleren: de Cananefaten uit Zuid-Holland.

Lees verder “De Bataafse Opstand (4)”

De Bataafse Opstand (3)

De opstand van de Bataven (uit: "Edge of Empire")
De opstand van de Bataven (uit: “Edge of Empire”)

Korte inhoud van het voorafgaande: Rome verkeert in crisis. Keizer Vitellius voelt zich bedreigd door Vespasianus, opstandeling in het oosten, en zoekt versterkingen. Gouverneur Hordeonius Flaccus van het Rijnland kan die echter niet leveren omdat het Rijnland onrustig is. Eén van de leiders is de Bataaf Julius Civilis. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman).

***

Civilis, tweemaal gearresteerd maar nooit veroordeeld, had goede persoonlijke redenen om een opstand tegen de Romeinen te organiseren: wraak op de moordenaars van zijn broer. Het is bovendien aannemelijk dat hij, al is het maar even, heeft gedacht aan het herstel van de koninklijke macht die zijn familie ooit had bezeten. Civilis’ motivatie verklaart echter niet waarom anderen meededen. Zij hadden hun eigen beweegredenen.

Lees verder “De Bataafse Opstand (3)”

De Bataafse Opstand (2)

Een Bataafse ruiter, of althans een Bataaf met twee paarden (Valkhofmuseum, Nijmegen)

Korte inhoud van het voorafgaande: de regering van keizer Nero heeft het Romeinse Rijk gedestabiliseerd en Vitellius heeft in 69 de macht gegrepen. Hij moet echter rekening houden met Vespasianus, die in het oosten in opstand is gekomen. Het feuilleton in deze Romeinenweek is gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman); de vertaling van de Tacitusfragmenten is van Vincent Hunink.

***

Ik eindigde vorige week met het verzoek van Vitellius om versterkingen. Die vroeg de nieuwe keizer ook van de commandant van de troepen die aan de Rijngrens waren achtergebleven. Over deze Hordeonius Flaccus heeft Tacitus, onze belangrijkste bron voor de gebeurtenissen van deze maanden, weinig goeds te melden. Dat komt doordat de historicus in zijn verslag van de Bataafse Opstand steeds gebruik maakt van de vertrouwde tegenstellingen tussen barbarij en beschaving, dapperheid en decadentie, vitaliteit en defaitisme. Hij laat deze tegenpolen belichamen door de Bataafse en de Romeinse aanvoerders, Julius Civilis en Hordeonius Flaccus. Ze zijn welbeschouwd niet meer dan stereotypen.

Lees verder “De Bataafse Opstand (2)”

De Bataafse Opstand (1)

Vitellius (Ny Carlsberg Glyptotek, Kopenhagen)
Vitellius (Ny Carlsberg Glyptotek, Kopenhagen)

Ik zou dit stukje kunnen openen met de opmerking dat de Bataafse Opstand in 70 n Chr. dé centrale gebeurtenis is uit de Romeinse geschiedenis van Nederland, maar dat zou wat onzinnig zijn. Welke andere gebeurtenissen kennen we immers in enig detail? Eigenlijk geen enkele. Dat gezegd zijnde: het verhaal is spannend en verdient het te worden verteld, vandaar dat ik er deze Romeinenweek een feuilleton van maak, gebaseerd op mijn boek De randen van de aarde (2000) en Edge of Empire (2012, met Arjen Bosman).

***

Eerste bedrijf: de crisis in het Romeinse Rijk. Als de centrale overheid niet in de problemen zou zijn geraakt, was een opstand onmogelijk geweest. Vandaar dat we beginnen in Rome, waar de senatoren, Romes bestuursklasse, het tijdens de regering van keizer Nero het hard te verduren kregen. Tot degenen die meenden dat moest worden ingegrepen, behoorde Gaius Julius Vindex. Afkomstig uit een vooraanstaande Gallische familie had hij het gebracht tot senator en gouverneur van een van de provincies in Gallië. Dat hij meer dacht als een Romeinse senator dan als een inheemse aristocraat, blijkt uit zijn pogingen de onderdrukker zo constitutioneel mogelijk te vervangen. In april 68 dacht hij een waardige opvolger voor Nero te hebben gevonden in de persoon van de man die in 41 de Germaanse Chatten had verslagen, Servius Sulpicius Galba.

Lees verder “De Bataafse Opstand (1)”

Het Romeinse Rijk van Fik Meijer (2)

Moeilijk leesbaar, maar deze beroemde inscriptie uit Caesarea vermeldt in de tweede regel Pontius Pilatus en in de derde zijn functie,
Volgens Fik Meijer was Pontius Pilatus procurator. Deze beroemde inscriptie noemt hem prefect. Het origineel is in het Israel Museum in Jeruzalem; dit is een goede kopie.

[Dit is het tweede deel van een beschouwing over Macht zonder grenzen van Fik Meijer. Het eerste deel leest u hier. Ik leg hieronder uit wat een historicus doet met bronnen.]

Jaren geleden leidde Fik Meijer in – ik meen – Felix Meritis een gesprek met Tom Holland, de auteur van Persian Fire. In dit boek over de Perzische Oorlogen beweert Holland dat dat conflict verklaart waarom het vrije, humanistische westen zo anders is dan het religieuze, despotische Nabije Oosten. Zo’n eeuwenlang beslaande tegenstelling moet je bewijzen – als je het alleen claimt, ben je geen historicus maar een als historicus verklede ideoloog. Het toeval wil dat de beslissendheid van de Perzische Oorlogen een voorbeeld is uit een essay van Max Weber dat wordt behandeld in handboeken voor geschiedtheorie, zoals Chris Lorenz’ De constructie van het verleden. Een eerstejaarsstudent weet dus waarom Hollands beweringen kulleklap zijn. Het curieuze is nu dat Meijer, hoewel toch hoogleraar oude geschiedenis, Holland prees: hij had bij het lezen van Persian Fire niet gemerkt dat Holland niet was opgeleid als oudhistoricus.

Vanzelfsprekend schrijft de beleefdheid voor dat we soms iets aardigs zeggen over een wanproduct – in de tweede alinea van dit stuk beschreef ik een veel voorkomende situatie waarin ik beleefdheid liet gaan vóór eerlijkheid – maar voor beleefdheid gaat Meijers uitspraak te ver. Veel te ver: dit is alsof een lid van de directieraad van het RIVM in het openbaar Jomanda complimenteert met de woorden dat hij niet had gemerkt dat ze niet was opgeleid als arts. Ik vrees dat de verklaring voor Meijers misplaatste compliment is dat hij de waarheid sprak: hij had inderdaad niet gemerkt dat Holland niet was opgeleid als oudhistoricus. Zou hij dat wel hebben herkend, dan zou hij de organisator van de bijeenkomst immers hebben gezegd dat geesteswetenschappers ideologie plegen door te prikken (“deconstrueren”) en dat hij zich niet leende voor het respectabel laten lijken van kwakgeschiedenis.

Lees verder “Het Romeinse Rijk van Fik Meijer (2)”

Jeruzalem en Nijmegen

Het borstpantser van een standbeeld van Vespasianus uit het Libische Sabratha toont een Victoria, een geboeide Jood en een Bataaf, gezeten op enkele inheemse schilden.
Het borstpantser van een standbeeld van Vespasianus uit het Libische Sabratha toont een Victoria, een geboeide Jood en een Bataaf, gezeten op enkele inheemse schilden.

In 68 pleegde keizer Nero zelfmoord en kwam de oude senator Galba aan de macht. Volgens de Romeinse historicus Tacitus zou iedereen het erover eens zijn geweest dat Galba een capabel heerser was als hij niet zou hebben geheerst, en dat is niet alleen mooi gezegd maar ook waar: Galba verspeelde in minder dan geen tijd al zijn krediet en werd in januari 69 geconfronteerd met een tegenkeizer, Vitellius, die vanuit het Rijnland bliksemsnel oprukte naar Italië.

Toen zijn legioenen daar aankwamen, was Galba al dood: in Rome had Otho de macht gegrepen en zijn voorganger laten lynchen. De Rijnlegers maakten korte metten met de troepen van Otho voordat deze versterkingen van de Beneden-Donau had ontvangen, de verslagen keizer pleegde zelfmoord en Vitellius kon beginnen aan zijn regering. Al onze bronnen oordelen negatief over hem maar kunnen niet verbergen dat hij als eerste mensen uit de ridderstand aanstelde als ministers en daarmee een einde maakte aan de door velen als misstand ervaren rol van vrijgelatenen. Vitellius had de visie om een van Romes betere keizers te zijn.

Lees verder “Jeruzalem en Nijmegen”