Kobarid

Theo Toebosch, de auteur van het vorige maand verschenen boek Kobarid. Het dorp met te veel geschiedenis, woont bij me om de hoek. Af en toe halen we op de markt koffie en bespreken we het reilen en zeilen van oudheidkundig Nederland. Een paar jaar geleden, in de tijd waarin Toebosch werkte aan zijn boek over de eerste soldaten die tijdens de Eerste Wereldoorlog waren gesneuveld, De eerstgevallenen, vertelde hij me dat hij in Slovenië was geweest in een dorp met een voetbalteam dat in twee jaar in drie verschillende nationale competities had gespeeld. Zijn liefde voor Kobarid was geboren. De afgelopen negen jaar moeten Toebosch en zijn vrouw zeker 45.000 kilometer hebben afgelegd, op en neer reizend naar het Sloveense dorp. (Eén van de vruchten heeft u al eens kunnen plukken.)

Ik was, om eerlijk te zijn, altijd wat verbaasd over Toebosch’ fascinatie. Nu ik Kobarid. Het dorp met te veel geschiedenis heb gelezen, begrijp ik die echter helemaal. Over dat voetbalelftal vernemen we weinig, maar de rest van het verhaal is heel erg boeiend. Dat ik de materie zo onderschatte, verraadt ongetwijfeld mijn West-Europese, stedelijke vooringenomenheid tegenover het voormalige Oostblok en het leven in een dorp. Toebosch stelde me dus in het ongelijk.

Lees verder “Kobarid”

Frigidus, de koude rivier

De Frigidus

[Archeologiejournalist Theo Toebosch werkt al enige tijd aan een boek over het Sloveense dorp Kobarid. Hij sluit zijn ogen niet voor oudheidkundige bezienswaardigheden in de omgeving en ging een paar jaar geleden op zoek naar het laat-Romeinse slagveld aan de rivier de Frigidus.]

Het regent een beetje en Zeljko, in het dagelijks leven conservator van het Kobarid Museum, heeft me onder z’n afdakje uitgenodigd. Een Citroën C3 rijdt het terrein op.

“M’n vrouw; ze is naar haar familie in Vipava geweest.”

“Toevallig, daar wil ik later deze week ook nog naartoe.”

“Aha, Ad Frigidum!”

Zeljko kent zijn klassieken, hij weet dat in 394 in een vlakte in de buurt een grote veldslag is geweest.

Lees verder “Frigidus, de koude rivier”

De Titelberg (en andere Keltische heuvelforten)

Gereconstrueerde kelder op de Titelberg

Ik blogde onlangs over een recent bezoek aan Bastogne, waar we een curieus oorlogsmonument zagen. Op die druilerige vrijdagmiddag reden we verder naar het zuiden, richting Luxemburg, waar we de Titelberg wilden bekijken. Dat is een oud Keltisch heuvelfort, vrijwel zeker de voornaamste nederzetting van de stam van de Treveri. Later zou Augusta Treverorum hun hoofdstad zijn, het huidige Trier.

Laat ik maar eerlijk zijn: de Titelberg viel tegen. Om te beginnen omdat je moet weten hoe je er moet komen (de weg naar het plateau begint aan de zuidelijke kant van de heuvel, niet aan de noordkant). Eenmaal boven staan er op sommige plekken in het bos weliswaar borden met uitstekende uitleg, maar wat er feitelijk valt te zien is een beetje teleurstellend. Op twee plaatsen zijn de ruïnes aanschouwelijk gemaakt, maar ja, dat zijn alleen wat kelders en putten. Een gereconstrueerde boerderij zou leuker zijn geweest.

Lees verder “De Titelberg (en andere Keltische heuvelforten)”

Fluitende neanderthalers

Fluit (Nationaal Museum van Slovenië, Ljubljana)

Cerkno is een dorpje in westelijk Slovenië, richting Italiaanse grens. Archeologen vonden in een grot die “Divje babe” wordt genoemd het bovenstaande voorwerp: een stuk bot, afkomstig van een holenbeer, waarin gaten waren geboord. Een fluit.

Een leuke vondst natuurlijk, maar de echte sensatie was de ouderdom: het voorwerp is 60.000 jaar oud. Dat is fors ouder dan twee andere fluiten, die beide zijn gevonden in zuidelijk Duitsland, te Hohler Fels en Geiβenklösterle. Die zijn zo’n 39.000 tot 40.000 jaar oud. De fluit uit Cerkno is dus niet zomaar wat ouder, maar heel erg veel. En dat maakt het ook heel erg veel leuker.

Lees verder “Fluitende neanderthalers”