Syracuse

De Latomia dei Cappuccini in Syracuse, waar de Atheense krijgsgevangenen moesten werken

In 415 v.Chr. probeerden de Atheners Sicilië te veroveren. Alles wat verkeerd kon gaan, ging verkeerd: een van de generaals had eigenlijk geen zin, de tweede werd teruggeroepen en de derde sneuvelde in een vroeg stadium. Er was te weinig cavalerie. Veronderstelde bondgenoten bleken minder loyaal dan aangenomen.

En vooral: de aanvallers verzuimden Syracuse meteen aan te vallen, toen de bewoners het niet verwachtten. Toen de Atheners het beleg later wel opsloegen, was de machtige stad er klaar voor. Er begon een langzame stellingenoorlog op het rotsige plateau ten noorden van de stad, die de Atheners niet in hun voordeel wisten te beslissen.

Uiteindelijk moesten ze de aftocht blazen. Een maansverduistering zorgde ervoor dat ook dat verkeerd ging. Tot overmaat van ramp werd de Atheense vloot verslagen, zodat de aanvallers blij mochten zijn als ze zich konden redden door het binnenland in te trekken. De Syracusanen achtervolgden ze en dwongen ze terug te keren. Nu gingen de Atheners zuidwaarts, en ook dat mislukte: bij het huidige Cassibile volgde de onvermijdelijke capitulatie.

Ongeveer zevenduizend Atheners en bondgenoten werden opgesloten in de Syracusaanse steengroeve die tegenwoordig Latomia dei Cappuccini heet. Hun rantsoen was maar de helft van datgene waarop een slaaf recht had. De Griekse historicus Thucydides schrijft:

Ze leefden dicht opeen in een diepe, nauwe kloof en hadden geen dak boven hun hoofd, zodat zij aanvankelijk nog veel te lijden hadden van de zon en de verstikkende hitte. De daaropvolgende herfstnachten daarentegen waren koud, en de wisseling van temperatuur veroorzaakte ziekten. De nauwe ruimte dwong hen alles op dezelfde plaats te doen en bovendien verspreidden de opeengestapelde lijken van hen die aan hun wonden of door temperatuurverschil gestorven waren een ondraaglijke stank. Tevens werden zij gekweld door honger en dorst; zij kregen gedurende acht maanden ieder een kwart liter water en een halve kop graan per dag. Daarbij kwamen nog alle ontberingen die mensen, opgesloten in zulk een plaats, moeten lijden. Zo leefden zij dicht opeengepakt zeventig dagen. Daarna, met uitzondering van de Atheners en de Grieken uit Sicilië en Italië die zich bij hen hadden aangesloten, werden allen als slaaf verkocht. (Thucydides, Peloponnesische Oorlog 7.87; vertaling M.A. Schwartz)

De groeve meet zo’n 220 bij 90 meter, wat betekent dat er voor elk van de ongeveer zevenduizend mannen drie vierkante meter was. Thoukydides vermeldt niet wat er gebeurde met de Atheners die na de zeventigste dag achterbleven en de acht maanden vol maakten. Waarschijnlijk waren ze na de winter allemaal dood.

De foto toont de steengroeve, zoals ik die zag vanuit mijn hotelkamer in Syracuse. Ja, het is een antiek concentratiekamp, maar wat ik zie is geen schuldig landschap maar een mooi park.

Deel dit:

4 gedachtes over “Syracuse

  1. Han Borg

    Een buitengewoon treurige geschiedenis van hoogmoedigen, die des te dieper ten val kwamen.

    1. We weten dat een deel is verkocht als slaaf, maar verder is het simpelweg onbekend. Mary Renault, in haar roman “The Last of the Wine”, meent dat de Atheense krijgsgevangenen zijn vrijgekocht en deels sympathiseerden met de anti-democratische coups van 411. Het is een aantrekkelijke gedachte, maar compleet onbewijsbaar.

  2. mnb0

    Oef, dat klinkt net zo beroerd als het lot van allerlei omsingelde troepen aan het Oostfront ….

Reacties zijn gesloten.