
Hunter S. Thompson was ooit te ver heen – drugs of alcohol, daar wil ik vanaf zijn – om de reportage die hij moest inleveren, fatsoenlijk af te ronden. Daarom leverde hij toen bij wijze van ooggetuigenverslag zijn aantekeningenbriefjes maar in. Zo ontstond de gonzo-journalistiek. Eigenlijk zou ik de grotendeels onbewerkte, notitieachtige filmpjes die mijn geliefde en ik maakten in Irak en in Byblos, gonzo-filmpjes moeten noemen. De draad van de microfoon komt regelmatig in beeld, de horizon ligt scheef, op de achtergrond gebeurt van alles, er duiken Kruisvaarderskastelen op zonder dat iemand daarom heeft gevraagd. Wij waren niet dronken of stoned. De reden van onze gonzo-filmpjes is dat we een telefoon als camera gebruikten en in het felle licht niet goed konden zien wat we precies filmden.
Dame van Byblos
Nou ja, het gaat om de inhoud. Vandaag de Dame van Byblos ofwel Ba’alat Gubla. De Egyptenaren identificeerden haar lange tijd met hun godin Hathor. Na de IJzertijd lijkt ze gelijkgesteld te zijn aan Astarte. In de hellenistische tijd kwamen identificaties met Afrodite en met de gehelleniseerde Egyptische godin Isis. De Romeinen dachten dan weer aan Venus. De vraag is wel gesteld hoe de bewoners van Byblos hun godin noemden, maar dat is misschien de verkeerde vraag. In de Levant heette de oppergod gewoon Ilu of El of Allah (“god”), Balu of Ba’al (“heer”), of Adon (“meester”). Een godin heette Allat (“godin”) of Ba’alat (“heerseres”). De Dame van Byblos heette dus gewoon Dame.

Haar tempel was oud en is enkele malen uitgebreid met extra zalen en trappen. Blijkbaar waren er veel bezoekers. De farao gaf, steeds als de vorst van Byblos hem cederhout ten geschenke had gegeven, mooie voorwerpen aan de Dame van Byblos. Als vertegenwoordiger van de mensheid tegenover de godheid was de farao vanzelfsprekend verheven boven contante betaling: hij gaf geschenken aan wie hem geschenken gaf.
Vrouw en man
In de Fenicische religie stond tegenover elke oppergodin een mannelijke godheid. We mogen aannemen dat deze in Byblos is vereerd in de L-vormige tempel ofwel Obeliskentempel, maar helemaal zeker is dat niet. Over die twee heiligdommen later meer.
Tot slot: het beeldje hierboven fotografeerde ik eerder deze week in de (zwaar onderschatte) Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis in Brussel, waar ook een perfect afgietsel is te zien van de sarcofaag van Ahirom. Het beeldje zal vanaf 14 oktober te zien zijn in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden op de expositie over Byblos.
[Full disclosure: het RMO betaalde een deel van mijn reiskosten naar Libanon.]
Wat een heerlijk verhaal over die uitruil van cadeautjes. Dit maakt het vak toch zo mooi.
Het verhaal over dat ruilen is prima. Maar bij de video: ik ben een slecht lezer van een paar stenen hoge ruïnes. Ik kan me er niets bij voorstellen. Maar dat kruisvaarderskasteel op de achtergrond maakt diepe indruk. Dat smaakt eigenlijk naar meer.
“Als vertegenwoordiger van de mensheid tegenover de godheid was de farao vanzelfsprekend verheven boven contante betaling: hij gaf geschenken aan wie hem geschenken gaf.” Over welke periode gaat dit? Geld dateert van de zesde eeuw. Wat niet wegneemt dat het in het begin niet door statusbezitters werd gebruikt.
Het gaat over de Bronstijd. Over de IJzertijd weten we niet zo veel. De tijd erna is ook niet heel goed bekend.