Sadduceeën (1)

Schriftgeleerde met boekrol (Catacombe van Petrus en Marcellus, Rome)

Een Jood behoorde tot het uitverkoren volk; in dank daarvoor hield hij zich aan de Wet van Mozes; om dat zo goed mogelijk te doen, bediscussieerden schriftgeleerden de details. We spreken van halacha. Zo ontstonden diverse stromingen, waarvan de farizeeën de bekendste zijn. Je hoort ook over zeloten, sicariërs, essenen. Daarnaast was er de sekte die bekend is van de Dode-Zee-rollen uit Grot 1 bij Qumran. Volgens verouderd onderzoek is die sekte dezelfde als die van de essenen, maar dat is bepaald niet onomstreden. We lezen verder over herodianen, die misschien ook al gelijk zijn aan de essenen. En dan zijn er nog sadduceeën. Daarover wil ik het vandaag hebben.

De sadduceeën worden vaak gepresenteerd als rijke, pro-Romeinse joden, met veel invloed op de tempelcultus. Dit laatste lijkt in eerste instantie te zijn gebaseerd op weinig meer dan een terloopse opmerking uit de Handelingen van de apostelen (5.17), waarin staat dat hogepriester Annas medestanders had onder de sadduceeën. Inhoudelijker is de typering van Flavius Josephus dat de sadduceeën naast de Wet geen normatieve boeken hadden. Daarin verschilden ze van de andere halachische stromingen. De lijst van normatieve boeken van de farizeeën was bijvoorbeeld veel langer: min of meer wat nog altijd de joodse Bijbel is. De sekte van de Dode-Zee-rollen erkende naast de Wet en enkele profeten ook eigen geschriften (zoals 4QMMT), maar lijkt bijvoorbeeld Ester niet te hebben erkend.

Het dwaalspoor Josephus

Flavius Josephus helpt ons traditiegetrouw van de wal in de sloot. Hij reduceert de halachische veelkleurigheid tot drie stromingen – farizeeën, sadduceeën en essenen – en alsof die kaalslag nog niet voldoende is, presenteert hij de stromingen zó dat een Griekse of Romeinse lezer er stoïcijnen, epicureeërs en pythagoreeërs in herkent. Voor de sadduceeën geldt dan de epicurese visie dat God weliswaar de wereld heeft geschapen, maar zich er verder niet mee bezighoudt, zodat noch Noodlot noch Voorzienigheid bestaan. Dat laat mensen de vrijheid hun leven in te richten volgens hun eigen noties van goed en kwaad. Omdat de ziel met het lichaam sterft, is er geen hiernamaals en zijn er geen helse straffen of hemelse beloningen.

Helemáál uit de lucht gegrepen is dit niet. Dat de sadduceeën niet geloofden in het leven na de dood, vinden we ook bij Marcus 12.18-27 en in Handelingen 23.8.

Toch biedt Josephus een misrepresentatie. Die dient om een vierde stroming te delegitimeren: de armen die vanaf het midden van de eerste eeuw in toenemende mate geweld kozen en van Josephus de schuld krijgen van de ondergang van Jeruzalem en het einde van de tempelcultus in 70. Deze vierde stroming zou volgens Josephus aan het jodendom vreemd zijn geweest. Anders gezegd, als de armen erin hadden berust dat de elite de Romeinse belastingdruk op hen afwentelde, dan was alles pais en vree gebleven.

Dit is evident vooringenomen. De misrepresentatie roept de vraag op wat de diverse stromingen dan wel waren. Wat waren de sadduceeën?

Namen

Misschien is de naam afgeleid van şaddûqîn, wat dan zou betekenen dat de sadduceeën zouden afstammen van Sadok, de hogepriester van de koningen David en Salomo. De profeet Ezechiël (40.46) had gezegd dat Sadoks nageslacht zou voorgaan in de tempel en het kan zijn dat de sadduceeën zich via hun naam associeerden met het hogepriesterschap en de cultus in het heiligdom. Een tweede mogelijkheid is echter dat de naam het Hebreeuwse woord voor “rechtvaardige” weergeeft en dat de sadduceeën zich dus aanduidden als “de rechtvaardigen”. Verder komen we niet.

Een andere benadering zou zijn te kijken wie sadducee wordt genoemd. En hier blijkt Josephus weer onontkoombaar. Hoe misleidend hij ook te werk gaat, hij is wel een voorname bron. En hij is de enige die met naam en toenaam mensen identificeert als farizee, esseen of sadducee.

Welnu, het totale aantal geïdentificeerde sadduceeën bedraagt precies één: de hogepriester Ananos II. Josephus vertelt in de Joodse Oudheden 20.197 dat deze in 62 n.Chr. opdracht gaf tot de steniging van Jezus’ broer Jakobus de Rechtvaardige en prompt daarna zijn biezen kon pakken. Hij zou, zoals ik al eens vertelde, later leiding geven aan het verzet tegen de Romeinen, dus voorlopig wil ik even van niemand horen dat de sadduceeën pro-Romeins waren.

[Wordt vervolgd]

Deel dit: