Achaimenidisch Perzië (6)

Darius III Codomannus op het Alexandermozaïek (Pompeii, nu in het Archeologisch Museum van Napels)

[Laatste van zes blogs over Achaimenidisch Perzië, dat tussen het midden van de zesde eeuw v.Chr. en 330 heel het Nabije Oosten verenigde. Het eerste deel is hier.]

Ik vertelde in mijn vorige blogje dat de Griekse bronnen over de regering van Artaxerxes IV Arses niet heel erg betrouwbaar zijn. Feitelijk woedde een burgeroorlog. Als een koning uit de dynastie der Achaimeniden zijn macht vestigde, wilde nog wel eens een satrapie in opstand komen. Vaak was de leider een halfbroer, door de vorige koning verwekt bij een andere echtgenote.

Burgeroorlog in Achaimenidisch Perzië

Ook Artaxerxes IV werd ermee geconfronteerd. Er is weinig bekend over de opstand van Nidin-Bel in Babylonië, die wordt genoemd op slechts één, beschadigd kleitablet. Meer zekerheid is er over de revolte van een zekere Chababash, die de onafhankelijkheid van Egypte wilde herstellen. Dat in het verre westen de steden der Yauna in opstand kwamen, is bekend uit verschillende Griekse bronnen, die melden dat in het voorjaar van 336 het Macedonische leger op sommige plaatsen met open armen werd ontvangen. De voor Artaxerxes gevaarlijkste opstand lijkt in Armenië te zijn begonnen en wordt genoemd in de zogeheten Dynastieënprofetie, een Babylonische tekst die op cryptische wijze de regering van enkele heersers beschrijft. Artaxerxes IV, zo lezen we,

… zal de scepter van het koningschap overnemen van zijn vader. Gedurende twee jaar zal hij de heerschappij uitoefenen. Een ša reši zal die koning vermoorden en een prins zal optrekken en de troon nemen. Gedurende vijf jaar zal hij de heerschappij uitoefenen.

Een ša reši, “hoofdminister”, was een voorname hoveling. Omdat Griekse auteurs deze term consequent (en ongeacht ’s mans fysieke eigenschappen) vertalen als “eunuch”, mogen we aannemen dat de ša reši uit de Dynastieënprofetie dezelfde is als de vizier Bagoas die volgens Diodoros van Sicilië koning Artaxerxes IV uit de weg ruimde, maar verder wordt het Griekse verhaal tegengesproken. De “prins die zal optrekken en de troon zal nemen” is namelijk geen andere dan Darius III, die tot dan toe satraap was van Armenië. De auteur van de Dynastieënprofetie suggereert dus dat hij de troon met geweld nam en Bagoas eerder een handlanger was dan iemand die zelfstandig handelde.

Eenmaal aan de macht kon Darius de ša reši niet langer gebruiken. Bagoas had het pad naar de troon voor hem geëffend, maar een grote koning mocht zijn positie niet opzichtig te danken hebben aan een ander. Net als in het Romeinse Rijk behoorde degene die al te opvallend als king maker had gefungeerd tot de eerste slachtoffers van het nieuwe regime.

Darius III Codomannus

Zo begon in de zomer van 336 v.Chr. de regering van Darius III, de grote koning, koning der koningen, bij de gratie van Ahuramazda koning van Perzië, koning van alle landen, de Achaimenide. Hij heette eigenlijk Artašata, maar net als twee eerdere vorsten die na een burgeroorlog in Achaimenidisch Perzië aan de macht waren gekomen, nam hij de troonnaam Darayavauš aan, “handhaver van het goede”. Anders dan zijn voorganger, die jong en onervaren was geweest, mocht hij inderdaad in staat worden geacht het goede te handhaven, bijvoorbeeld door de opstandelingen te verslaan. Zijn persoonlijke moed stond niet ter discussie, ook niet bij Diodoros:

Hij had de naam verreweg de dapperste te zijn van alle Perzen. Op een keer namelijk, tijdens de oorlog van koning Artaxerxes tegen de Kadousiërs, daagde een van hen, een man die wijd en zijd bekend was om zijn kracht en moed, elke Pers uit een tweegevecht met hem aan te gaan. Niemand anders durfde te reageren, alleen Darius nam het risico en doodde de uitdager. De koning eerde hem met prachtige geschenken en de Perzen erkenden dat hij de allerdapperste was. (Wereldgeschiedenis 17.6.1; vert. Simone Mooij)

Artaxerxes III had hem hierop een hoftitel verleend die de Grieken weergaven als astandes, “koerier”. Waarschijnlijk wil dit zeggen dat Artašata verantwoordelijk was voor de koninklijke correspondentie of het onderhoud van de koninklijke wegen. Hij bezat dus ruime bestuurlijke ervaring.

En die zou hij hard nodig hebben. De opstanden van Nidin-Bel en Chababash waren eerder irritant dan alarmerend, maar in het westen begonnen de Yauna zich gevaarlijk agressief te gedragen. Lang was goud voldoende geweest om Achaimenidisch Perzië te beschermen tegen de westelijke barbaren, maar nu, voor het eerst sinds Xerxes, waren de Yauna verenigd en hadden ze capabele leiders, eerst Filippos en later Alexander.

Deel dit:

7 gedachtes over “Achaimenidisch Perzië (6)

  1. Marijn Taal

    Als Darius III dus Artaxerxes IV liet vergiftigen/vermoorden door vizier Bagoas om de macht over te nemen, had Alexander dus gelijk toen hij Darius III bestempelde als usurpator en dat als excuus gebruikte om weer van hem de macht over te nemen? De ‘propaganda’ van Alexander was dus de waarheid?

  2. Frans Buijs

    Leuk om het verhaal nou ook eens uit Perzisch oogpunt te lezen. Op deze manier zijn de Grieken niet de bakermat van de beschaving, maar een stel ruziezoekers aan de rand van die beschaving.

  3. Frans Buijs

    En met lieden als Plato en Sokrates waren ze ook best wel slim, dus dat van die bakermat is ook niet helemaal uit de lucht gegrepen.

  4. Ben Spaans

    Uit het Perzische rijk is geen geschiedschrijving gekomen, wat we denken te weten komt toch vooral uit Griekse bronnen, dus van de ‘Yauna’ , en de Babylonische kronieken, die het niet primair om geschiedschrijving ging.

Reacties zijn gesloten.