Mummieportretten in Amsterdam

Mummieportret uit Luxor (Louvre, Parijs)

Henry Salt was van 1815 tot 1827 de Britse consul-generaal in Egypte. Hij is ook een vrijwel vergeten geleerde, maar niet de onbelangrijkste. Toen Champollion in 1822 het systeem van de hiërogliefen had begrepen en erover had gepubliceerd, paste Salt het ontdekte principe toe op enkele nog niet in Europa bekende inscripties. Omdat hij een betekenisvolle tekst kon reconstrueren, was er een argument dat Champollion het bij het rechte eind had. Salt deed ook een andere ontdekking: in 1826 verwierf hij in Luxor het bovenstaande mummieportret, dat sindsdien behoort tot de collectie van het Louvre. Het was een van de eerste mummieportretten in een Europese collectie – en het trok destijds niet veel aandacht.

Dat veranderde in 1887, toen de Franse arts Daniel-Marie Fouquet twee soortgelijke portretten aantrof in een (al geplunderde) grot in de Fayyum: de regio rond een groot meer ten zuidwesten van Cairo. Sindsdien noemde men deze op hout aangebrachte schilderingen “Fayyumportretten”.

Lees verder “Mummieportretten in Amsterdam”

De palimpsesten van het Catharinaklooster

Het Catharinaklooster

Onder aan de voet van de Sinaïberg ligt al eeuwenlang het Catharinaklooster. Volgens de overlevering ligt het bij de plek van het Brandende Braambos. In 337 na Chr. zou keizerin Helena, de moeder van Constantijn de Grote, er een kapel hebben laten bouwen. Later, in de zesde eeuw, liet de Byzantijnse keizer Justinianus rond de kapel een versterkt klooster aanleggen. Dat bestaat nog en heeft zijn naam te danken aan de heilige Catharina van Alexandrië.

Catharina

Volgens een losjes op de historische Hypatia geïnspireerde legende was Catharina de dochter van de gouverneur van Alexandrië en was keizer Maxentius verliefd op haar. Ze sloeg hem af, omdat ze had beloofd maagd te zullen blijven. Maxentius liet het er niet bij zitten en stuurde veertig filosofen op haar af om haar ervan te overtuigen haar geloof af te zweren. Het tegendeel gebeurde. Katharina, die al op haar vijftiende Plato uit haar hoofd kende, bekeerde de filosofen.

Lees verder “De palimpsesten van het Catharinaklooster”

Achaimenidisch Perzië (6)

Darius III Codomannus op het Alexandermozaïek (Pompeii, nu in het Archeologisch Museum van Napels)

[Laatste van zes blogs over Achaimenidisch Perzië, dat tussen het midden van de zesde eeuw v.Chr. en 330 heel het Nabije Oosten verenigde. Het eerste deel is hier.]

Ik vertelde in mijn vorige blogje dat de Griekse bronnen over de regering van Artaxerxes IV Arses niet heel erg betrouwbaar zijn. Feitelijk woedde een burgeroorlog. Als een koning uit de dynastie der Achaimeniden zijn macht vestigde, wilde nog wel eens een satrapie in opstand komen. Vaak was de leider een halfbroer, door de vorige koning verwekt bij een andere echtgenote.

Burgeroorlog in Achaimenidisch Perzië

Ook Artaxerxes IV werd ermee geconfronteerd. Er is weinig bekend over de opstand van Nidin-Bel in Babylonië, die wordt genoemd op slechts één, beschadigd kleitablet. Meer zekerheid is er over de revolte van een zekere Chababash, die de onafhankelijkheid van Egypte wilde herstellen. Dat in het verre westen de steden der Yauna in opstand kwamen, is bekend uit verschillende Griekse bronnen, die melden dat in het voorjaar van 336 het Macedonische leger op sommige plaatsen met open armen werd ontvangen. De voor Artaxerxes gevaarlijkste opstand lijkt in Armenië te zijn begonnen en wordt genoemd in de zogeheten Dynastieënprofetie, een Babylonische tekst die op cryptische wijze de regering van enkele heersers beschrijft. Artaxerxes IV, zo lezen we,

Lees verder “Achaimenidisch Perzië (6)”

De vuurtoren van Alexandrië

Maquette van de Vuurtoren van Alexandrië (Dieter Cöllen)

De Vuurtoren van Alexandrië is een van de beroemdste bouwwerken uit de oude wereld. Het is een van de zeven wereldwonderen en er is zowaar iets van over, wat je niet kunt zeggen van pakweg het beeld van Zeus in Olympia. Dat de Hangende Tuinen van Babylon zelfs nooit hebben bestaan, ook niet in een andere Mesopotamische stad, zullen we maar buiten beschouwing laten.

De opdracht tot de bouw van het monument in Alexandrië werd in 299 v.Chr. gegeven door koning Ptolemaios I Soter. De architect heette Sostratos. Twintig jaar later wijdde Ptolemaios’ zoon en opvolger Ptolemaios II Filadelfos de vuurtoren in. Het monument wordt vaak de Faros genoemd, naar het eiland waarop het is gebouwd. In allerlei romaanse talen betekent het woord faro nog altijd vuurtoren.

Lees verder “De vuurtoren van Alexandrië”

VI Ferrata, het Gestaalde Legioen (1)

Ere-inschrift uit Smyrna voor een officier van VI Ferrata (vertaling; Louvre, Parijs)

Een tijdje geleden ben ik begonnen met bloggen over de geschiedenis van de diverse Romeinse legioenen. Ik begon met de eenheden die een rol speelden in de Tweede Burgeroorlog, waarover ik immers ook blog: III Gallica, V Alaudae en X Gemina kwamen zo al aan bod. Vandaag het zusterlegioen van het Vijfde: VI Ferrata. Je zou het kunnen vertalen als “het gestaalde legioen”. Het Engelse iron-clad dekt de lading ook mooi. Het zal verwijzen naar de pantserhemden die de soldaten droegen, de lorica hamata.

Ontstaan

Net als het Vijfde legioen, de Leeuweriken, is het Zesde Legioen, in 52 v.Chr. door Julius Caesar gelicht op de Povlakte. Zoals ik al vertelde, was dat eigenlijk niet toegestaan, aangezien de bewoners van dat gebied geen Romeins burgerrecht hadden. Toen Caesar, na het uitbreken van de Tweede Burgeroorlog, eenmaal in Rome was, hielp hij zichzelf aan legitimatie met de Lex Roscia.

Lees verder “VI Ferrata, het Gestaalde Legioen (1)”

Raymond III van Tripoli (2)

Zegel uit de tijd van Raymond III (Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)

Ik vertelde gisteren hoe Nur-ad-Din een machtsbasis had in Syrië en de Kruisvaarders in 1164 had verslagen. Graaf Raymond III van Tripoli was bij Harim (in het noorden van Syrië) gevangen genomen en koning Amalrik I van Jeruzalem was regent in Tripoli. Ook hij had niet kunnen verhinderen dat Nur-ad-Din het zwakke graafschap had geplunderd. Iedereen was het erover eens dat de Kruisvaardersstaten zich in een conflict met Nur-ad-Din niet voldoende zouden kunnen verdedigen.

Tenzij Nur-ad-Din zelf in moeilijkheden zou geraken. En gelukkig voor de christenen was daar zijn eigenzinnige adjudant Saladin. Nur-ad-Din had al gemeend hem weg te moeten promoveren naar Egypte, waar de (shi’itische) dynastie der Fatimiden ernstig verzwakt was. Saladins machtsovername aldaar bevredigde zijn ambities echter niet en Nur-ad-Din voelde zich voldoende bedreigd om in te zien dat de Kruisvaardersstaten weleens een nuttige buffer konden zijn tegen zijn rivaal. Daarom liet hij Raymond III vrij, vermoedelijk in 1174, nadat deze tien jaar gevangen had gezeten. De Hospitaalridders moesten de losprijs voorschieten, want het graafschap Tripoli had het bedrag niet.

Lees verder “Raymond III van Tripoli (2)”

De geboorte van Caesarion

Caesarion (Museum Altemps, Rome)

Als ik u zeg dat het 29 sextilis was en toevoeg dat het was in het jaar waaraan Fufius Calenus en Vatinius enkele maanden later als consuls hun naam zouden geven, en als ik dat omreken naar 23 juni 47 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Nagenieten van de slag bij Zela. En dingen organiseren. De auteur van de Alexandrijnse Oorlog weet het volgende:

De dag na de slag vertrok hij zelf met lichtbewapende ruiters, het Zesde Legioen gaf hij order naar Italië te vertrekken om daar beloningen en onderscheidingen in ontvangst te nemen, de troepen van Deiotaros stuurde hij naar huis en twee legioenen liet hij met Marcus Caelius Vinicianus achter in Pontus. (Alexandrijnse Oorlog 78; vert. Hetty van Rooijen)

Lees verder “De geboorte van Caesarion”

De Nijl (2)

Langs de Nijl

Ik blogde gisteren al over de Nijl, de grootste rivier uit de oude wereld, en beschreef toen de loop vanaf de bronnen tot aan de zee. Vandaag wat andere aspecten.

Overstroming

Zowel de Blauwe Nijl als de Atbarah, die ik gisteren noemde, ontspringen in het hoogland van Ethiopië, waar in de vroege zomer zware moessonregens vallen. Dit water stroomt noordwaarts en veroorzaakt de beroemde, vijf maanden durende overstroming van de Nijl. De oude Egyptenaren vergeleken deze vloed met de chaos van de oertijd.

Omdat ze de bronnen van de Nijl niet kenden, vroegen Griekse bezoekers zich af wat de oorzaak van dit fenomeen kon zijn. Herodotos noemt verschillende theorieën. Dat de noordenwind het water terugblaast, zoals Thales van Milete had beweerd, was onzin:

Lees verder “De Nijl (2)”

De Nijl (1)

De Nijl

Ik heb de laatste tijd geblogd over antieke rivieren en rond vandaag en morgen af met de grootste van de oude wereld: de Nijl. Enigszins afhankelijk van de wijze waarop je de lengte berekent, is de 6850 kilometer lange stroom de langste rivier op deze planeet of de langste na de Amazone. Als je kijkt naar het afwateringsgebied, heel noordoostelijk Afrika dus, hoeft de Nijl alleen de Amazone en de Congo voor zich te laten.

Noordelijk Afrika bestaat grotendeels uit de onherbergzame Sahara. Als de Nijl geen vruchtbare corridor zou bieden door deze dorre zone, zou het vrijwel onmogelijk zijn om te reizen vanuit Sub-Saharisch Afrika naar het Middellandse Zeegebied of het Nabije Oosten. De Nijl is daarom een cruciale verbindingsweg en dat maakt het verleden van Nubië en Egypte tot het collectieve verleden van de gehele mensheid.

Lees verder “De Nijl (1)”

Caesar in Syrië

Antiochië

Als ik u zeg dat het 28 juni was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waaraan Quintus Fufius Calenus en Publius Vatinius later als consuls hun naam zouden geven, en als ik dat omreken naar 17 april 47 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Hij verliet Egypte om op te rukken tegen Farnakes II van Pontus. Zijn eerste doel was Cilicië in het zuiden van Turkije, wat zou dienen als uitvalsbasis. In zijn Burgeroorlog schrijft hij:

Het Zesde Legioen, bestaande uit veteranen, nam hij mee en de andere liet hij in Alexandrië achter, om de heerschappij te verstevigen van de koningen, die niet op liefde van hun landgenoten konden rekenen.

Bedoeld zijn Kleopatra VII en Ptolemaios XIII. Caesar had in hen precies de vazallen die hij hebben wilde: volkomen afhankelijk. Zie ook de volgende alinea.

Lees verder “Caesar in Syrië”