De vroege Stoa (3): De weg naar geluk

Kleanthes, de tweede leider van de Stoa (Ny Carlsberg Glyptotek. Kopenhagen)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School en het Epicurisme. De bekendste was de Stoa. Het eerste deel van deze vijfdelige reeks was hier.]

Zenon van Kition was behalve stoïcijn ook asceet. Net als de cynici leefde hij eenvoudig. Hij was echter minder provocatief dan de cynici en had een meer conformistisch karakter. Ook hield hij er niet van de aandacht te trekken, of zich te omgeven met veel mensen. In die zin lijkt hij op Epikouros.

Alles ligt van tevoren vast

Op theoretische gronden verschilt hij echter sterk van de epicuristen. De verwerping van het (epicurese) geloof in toeval is fundamenteel voor het stoïcijnse deterministische geloof. Dat alles van tevoren vastligt, staat aan de basis van de stoïcijnse opvatting dat de mens fundamenteel verbonden is met de wereld waarin hij leeft.

Lees verder “De vroege Stoa (3): De weg naar geluk”

De vroege Stoa (1): Zenon versus Krates

Zenon van Kition (Museo archeologico nazionale, Napels)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School en het Epicurisme. De bekendste was de Stoa.]

Het woord ‘stoïcijns’ staat in onze taal voor ‘onbewogen’. De stoïcijnse filosofen, aan wie onze taal dit woord heeft te danken, staan er dan ook om bekend dat ze pleitten voor soberheid, en het vermijden van al te heftige emoties.

In dat streven stond de Stoa, zoals deze school ook wel heet, echter niet alleen. De lijfspreuk van Solon van Athene was al ‘alles met mate’, en dat bleef een lijfspreuk van veel Grieken. Ook Plato vond dat de geest zich niet teveel moest aantrekken van emoties, omdat die hoorden bij het lichaam. Plato’s leerling Aristoteles pleitte voor een evenwichtig leven: extreme emoties keurt hij af. En we zagen hoe ook Epikouros, een filosoof van het genot, uiteindelijk pleitte voor kalmte en soberheid.

Lees verder “De vroege Stoa (1): Zenon versus Krates”

Cynisme (4): De doorgedraaide Sokrates

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici. Het eerste deel was hier.]

Plato had Diogenes een doorgedraaide Sokrates genoemd. Toch had de cynische filosoof veel bewonderaars, tot aan Alexander de Grote toe, die hem zelfs zou zijn komen opzoeken. Toen de koning voor Diogenes stond, zei Alexander dat de filosoof hem kon vragen wat hij maar verlangde. Waarop de filosoof antwoordde dat hij dan wenste dat de heerser een stap opzij deed, want hij stond in zijn zon.

Kennelijk kon Alexander dit wel waarderen, want hij zou geantwoord hebben dat als hij Alexander niet was, hij het liefst Diogenes zou zijn. Waarop Diogenes geriposteerd schijnt te hebben dat als hij Diogenes niet zou zijn, hij óók het liefst Diogenes zou zijn.

Lees verder “Cynisme (4): De doorgedraaide Sokrates”

Cynisme (3): Weg met de beschaving!

Diogenes van Sinope (Römisch-Germanisches Museum, Keulen)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici. Het eerste deel was hier.]

Beschaving, getheoretiseer en hogere cultuur? Volgens Diogenes van Sinope, over wie we het gisteren hadden, leidde het allemaal maar tot complicaties. Ze stonden het menselijk geluk in de weg. Diogenes raadde ons daarom aan een voorbeeld te nemen aan de honden. Honden zijn immers niet door de beschaving verpest, zoals mensen dat zijn. Een hond eet alles wat hem maar voor de kaken komt. Hij maakt zich niet druk om waar hij slaapt. Honden zijn eerlijk. Ze grommen naar hun vijanden, kwispelen met hun staart als ze een vriend tegenkomen, copuleren in het openbaar en schamen zich nooit. Bovendien houden honden zich niet bezig met ingewikkelde zaken als politiek geneuzel en abstracte filosofie. De term cynicus komt dan ook van het Griekse kynikos: hondachtig.

Lees verder “Cynisme (3): Weg met de beschaving!”

Cynisme (2): Diogenes van Sinope

Diogenes van Sinope (Capitolijnse Musea, Rome)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici. Het eerste deel was hier.]

Diogenes werd geboren als de zoon van een rijke bankier in de stad Sinope, een stad in Noord-Turkije, aan de Zwarte Zee. Hij werd echter de stad uitgejaagd omdat hij van een groot aantal munten het gezicht had afgehakt. Waarom hij dit deed, is niet duidelijk. Misschien was het een politieke daad, of wie weet wilde hij gewoon de machthebber die op die munt stond voor het hoofd stoten.

Provocaties

In elk geval schuwde Diogenes in zijn verdere leven het choqueren bepaald niet. Volgens sommige legenden zou hij na zijn verbanning uit zijn geboorteplaats een groot deel van zijn leven hebben gebivakkeerd in een regenton dicht bij het marktplein van Athene. Helaas, regentonnen bestonden destijds nog niet, dus dit verhaal kan niet waar zijn. Maar het is wel mogelijk dat hij leefde in een grote voorraadkruik.

Lees verder “Cynisme (2): Diogenes van Sinope”

Cynisme (1): Niets weten met Antisthenes

Antisthenes (Capitolijnse Musea, Rome)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici.]

Ten tijde van Plato kwam een markante filosofische tegenstroming op: die van de cynici. Het woord ‘cynisch’, dat overigens ‘honds’ betekent, is wat misleidend. Het gaat hier om een groep filosofen zonder vaste leer, die in hun gedachten en gedragingen echter wel overeenkomsten hadden. Kort door de bocht zijn die samen te vatten als een oproep gevestigde waarden kritisch te bezien.

Antisthenes

Antisthenes wordt gezien als de eerste cynicus. Hij was net als Plato een volgeling van Sokrates en minstens zo trouw aan zijn leermeester. Antisthenes zag zichzelf zelfs als Sokrates’ ware opvolger.

Lees verder “Cynisme (1): Niets weten met Antisthenes”

Hipparchia

Barbara Stok is een van de bekendste striptekenaars van Nederland. Haar tekeningen doen mij altijd denken aan Dick Bruna, waarmee ik niet wil zeggen dat ze kinderlijk zijn maar dat elk lijntje precies goed moet staan. Staat het ook maar een millimeter verderop, dan is de tekening wezenlijk anders. Dat maakt het werk spannend. Het is de spanning die je ook ziet in een schilderij van Saenredam of Mondriaan. Ik heb dat altijd machtig knap gevonden.

Hipparchia

En nu heeft Stok een graphic novel gemaakt over de Griekse filosofe Hipparchia, De filosoof, de hond en de bruiloft. In de vierde eeuw v.Chr. gingen in de Griekse wereld nogal wat zekerheden op de helling. Was de stadstaat ooit een vanzelfsprekende woonplaats geweest, steeds meer Grieken verloren zo’n vast honk. Huurlingen verhuisden naar Sicilië of Perzië, kooplieden bevoeren alle zeven Mediterrane zeeën, ballingen moesten hun oude woonplaatsen verlaten. Het moet vrij grootschalig zijn gebeurd. Mensen raakten ontworteld. Er ontstond een nieuw soort burgerschap, niet meer ingebed in de stadstaat, maar in een wijdere wereld. De kosmopolieten hadden allerlei nieuwe ideeën. Zo keerde het koningschap terug. Men begon bibliotheken aan te leggen met de ambitie alle kennis van de wereld samen te brengen. En er waren ineens vrouwelijke filosofen.

Lees verder “Hipparchia”

Het Mytilene-debat

gerasa_mosaic_thucydides_siii_altes_museum2
Thoukydides, de auteur van het Mytilene-debat (Altes Museum)

Je ziet in antieke teksten alleen wat je zien kúnt. Dat klinkt als het intrappen van een open deur, maar het is vrij principieel: je kunt in een tekst alleen dat herkennen wat aansluit op jouw denkcategorieën. De middeleeuwse Arabieren, die geen toneel hadden, hebben nooit begrepen wat Aristoteles bedoelde met de Poëtica, zijn boek over tragedies.

Toch kom je in een bron een enkele keer iets tegen dat je tot inzicht brengt. Michael Polanyi heeft uitgelegd hoe dat komt: je hebt al eerder, halfbewust, een idee opgedaan van wat waar zou kunnen zijn en identificeert iets dus als waar als het daarop lijkt. Zoiets had ik met het Mytilene-debat in de Geschiedenis van de Peloponnesische Oorlog van de Atheense historicus Thoukydides. Levend in een cynische tijd, kan ik een cynische boodschap herkennen.

Lees verder “Het Mytilene-debat”