M6 | De dood van Filippos II

Het theater van Aigai, waar Filippos II werd vermoord

Eén van de kenmerken van een vroege staat, waarin één aristocraat zijn collega’s overtreft en een koninkrijk consolideert, is dat de vorst goddelijke eerbewijzen krijgt. In Macedonië was dat niet anders. Kort voordat Filippos II naar Azië wilde oversteken om het Perzische Rijk aan te vallen, liet hij zich vereren. We weten dat zijn beeld stond in sommige tempels. Zijn afscheidsfeest in Aigai paste in het programma: ten overstaan van de Grieken zou hij zich presenteren als isotheos, “godgelijk”, en synthronos, “een troon delend”.

Het was de bedoeling dat het Macedonische vorstenhuis, na de onenigheid van het voorafgaande jaar, de Griekse stadstaten duidelijk zouden maken dat de eendracht was hersteld. Men moest niet hopen onder de verplichtingen van de Korinthische Bond uit te kunnen komen. Alles was nu gericht op de oorlog tegen Perzië. Het offerdier stond klaar om geslacht te worden, zoals het orakel in Delfi had gezegd. Het was feest in Aigai.

Lees verder “M6 | De dood van Filippos II”

M5 | Verdeeld Macedonië

Op een van de koninklijke graven van Macedonië, mogelijk dat van Filippos II, is deze schildering aangebracht. Er is geopperd dat een van de jagers Alexander is. (Ik ben zelf niet overtuigd.)

Het nieuws dat koning Filippos van Macedonië het Perzische Rijk wilde binnenvallen was ook Pixodaros ter ore gekomen, de satraap van Karië. Het leek hem verstandig zich in te dekken voor het geval de Macedoniërs succes zouden hebben. Daarom liet hij Filippos weten dat hij een huwbare dochter had. De Macedoniër antwoordde dat zij mocht trouwen met Arridaios, zijn tweede zoon, die zwakbegaafd lijkt te zijn geweest. Filippos moet in de handen hebben gewreven van plezier, want de Karische hoofdstad was de vrijwel onneembare marinebasis Halikarnassos. Aan de vooravond van de oorlog kreeg hij het bolwerk op een presenteerblaadje aangeboden.

De Pixodaros-affaire

Helaas kwam er iets tussen, zoals Ploutarchos vertelt:

Lees verder “M5 | Verdeeld Macedonië”

M4 | De Korinthische Bond

De Korinthische Bond vergaderde vermoedelijk in de tempel van Poseidon op de istmus van Korinthe.

Zoals in het vorige stukje verteld, had koning Filippos II van Macedonië aan het Perinthos-incident de conclusie verbonden dat hij Perzië moest aanvallen, had hij zijn Griekse achtertuin op orde gebracht in de slag bij Chaironeia en was hij op weg naar Sparta toen hij vernam dat in het Perzische Rijk burgeroorlog was uitgebroken na de dood van Artaxerxes III Ochos. Filippos realiseerde zich dat het enige tijd zou duren voordat Artaxerxes IV Arses zijn macht zou hebben gevestigd, en begreep dat een grootschalige en afschrikwekkende strooptocht in Azië zelden zo eenvoudig was geweest. Het noopte hem echter ook om sneller dan voorzien een regeling te treffen voor de Griekse stadstaten.

Garnizoenen en diplomatie

Hij legerde garnizoenen in Thebe, dat gestraft moest worden voor de oorlogsverklaring, en in Korinthe, dat de toegang bewaakte tot de Peloponnesos. Kroonprins Alexander ging met de machtige hoveling Antipatros naar Athene. Die stad had de oorlog willen voortzetten maar kreeg een vredesaanbod dat het niet kon afslaan: de ambassadeurs eisten slechts dat de verslagen vijand zijn bondgenootschap ontbond. Aangezien de meeste bondgenoten zich toch al weinig aantrokken van Athene, was dit een geringe concessie. Zelfs de eilanden Lemnos en Samos, waarvan de Atheners de oorspronkelijke bewoners hadden verdreven om plaats te maken voor kolonisten, mochten Atheens blijven.

Lees verder “M4 | De Korinthische Bond”

M3 | Filippos II en Alexander

Het slagveld bij Chaironeia, waar Filippos II afrekende met de Grieken. Achteraan de Parnassos.

Alexander, die later de bijnaam De Grote zou krijgen, maakte zijn debuut in de geschiedenis in het najaar van 341 v.Chr.: zijn vader Filippos II benoemde hem tot regent over Macedonië terwijl de koning zelf ten strijde trok. Hoe de benoeming verliep, weten we niet, maar we mogen speculeren dat Alexander een zegelring kreeg overhandigd. Er zullen getuigen zijn geweest: misschien generaal Parmenion, na Filippos de machtigste man in Macedonië, en wellicht ook Antipatros, die bij eerdere gelegenheden regent was geweest. Hun aanwezigheid was belangrijk omdat ze zich daarmee committeerden aan de kroonprins. Als Filippos II iets zou overkomen, kon Alexander bij zijn troonsbestijging rekenen op de steun van twee machtige families.

Het Perinthos-incident

Zelf trok Filippos naar de Zee van Marmara, waar hij hoopte Perinthos in te nemen. Ik heb al eerder verteld dat het anders liep. De Perzische koning Artaxerxes III Ochos beschouwde de Macedonische aanval op de havenstad als inmenging in de Perzische vitale belangen en greep in. In het voorjaar van 340 v.Chr. stuurden de Perzen niet minder dan drie legers naar Europa. Zoiets was sinds de dagen van Xerxes niet meer gebeurd.

Lees verder “M3 | Filippos II en Alexander”

M2 | Filippos II van Macedonië

Filippos II, portret uit de villa van Welschbillig (Landesmuseum, Trier)

Ik blogde gisteren over het koninkrijk Macedonië. De bekendste koning is Alexander de Grote, de op één na bekendste is zijn vader en voorganger Filippos II. Hij is de grote organisator van het koninkrijk, maar hij had wel veel geluk. De Grieken waren verdeeld door de Bondgenotenoorlog en de Derde Heilige Oorlog, waarover ik eerder heb geblogd. Dat gaf Filippos een betrekkelijk vrije hand. Ook de Perzische koning had zijn aandacht elders. Egypte was al enige tijd onafhankelijk en daaraan moest een einde komen.

Vroege staat

Zo had Filippos alle gelegenheid om ongestoord zijn koninkrijk, een schoolvoorbeeld van een “vroege staat”, uit te bouwen. Handige diplomatieke huwelijken, grote hoeveelheden edelmetaal en doelgericht beleid gingen hand in hand. En alles draaide om een leger dat alleen trouw was aan de koning, en niet aan de traditionele aristocratie.

Lees verder “M2 | Filippos II van Macedonië”

Wat is prosopografie?

Varus (Römisch-Germanisches Zentralmuseum, Mainz)

“Prosopografie” is een wat vage term. Of beter, er is wel een definitie, maar oudheidkundigen wijken daar iets van af. De gangbare definitie is dat het gaat om de gedeelde kenmerken van een afgebakende groep mensen, bijvoorbeeld de Zeeuwse middenklasse, de journalisten uit Hasselt, de geestelijke stand in Fryslân of de Antwerpse boekdrukkers in de zestiende eeuw. De prosopograaf brengt daarbij tevens hun loopbanen in kaart, want daarin zijn niet zelden patronen te herkennen.

In de oudheidkundige praktijk is “prosopografie” daarom vooral dit loopbaanonderzoek. Het is niet de enige keer dat het jargon een tikje afwijkt van wat gangbaar is. Oudhistorici bedoelen bijvoorbeeld met “comparatisme” niet het vergelijkend-oorzakelijk verklaringsmodel maar etnografische parallellen. Dat geconstateerd zijnde, de resultaten van oudheidkundig loopbaanonderzoek zijn leuk genoeg.

Lees verder “Wat is prosopografie?”

Alexander de Grote: het einde van Perzië

Alexander (Ny Carlsberg Glyptotek, Kopenhagen)

[Dit is het tweede van vier stukjes over Alexander de Grote. Het eerste vindt u hier en een poging de veroveringstocht te contextualiseren vindt u daar.]

In de zomer van 331 v.Chr. staken de Macedoniërs de Eufraat over. Ze zouden, net als Xenofon, hebben willen oprukken langs die rivier richting Babylon, maar de Perzische bevelhebber Mazaios wachtte hun op. Dat dwong hen tot een noordelijker route, die hen bracht naar de vlakte ten oosten van de Tigris. Bij Gaugamela wachtte Darius III Codomannus Alexander op. Helaas voor de Perzische koning was er een maansverduistering, en de voortekenen waren uiterst ongunstig: precies dit voorteken voorspelde een nederlaag voor de heerser van Babylonië en Perzië, plus een succesvolle, achtjarige heerschappij voor een indringer uit het westen. Dit bleek een self-fulfilling prophecy: de enige contemporaine bron waarover we beschikken, de Babylonische Astronomische Dagboeken, vermeldt hoe Darius’ mannen hun koning in de steek lieten.

Lees verder “Alexander de Grote: het einde van Perzië”

Alexander de Grote: de eerste veroveringen

Alexander de Grote: de Azara-herme is het enige tijdens zijn leven gemaakte portret. Nu te zien in het Louvre, Parijs.

Het is met Alexander de Grote zoals met elke biografie: we moeten beginnen bij de ouders van de gebiografeerde. Wie daar iets over weet, begrijpt de achtergronden van het leven waarover je begint te lezen. Zeker bij Alexander is nuttig te weten dat zijn vader Filippos koning was van Macedonië. Hij had dit achtergebleven gebied gemoderniseerd en veranderd in een sterke staat met een machtig leger. Dat hij al vroeg de goudmijn van Amfipolis had bemachtigd, hielp daarbij buitengewoon. Verder had hij een agressieve buitenlandse politiek gevoerd. Ik noemde zijn interventie in de Derde Heilige Oorlog al. Ieder jaar trok hij ten strijde, steeds keerde hij terug met buit en daar liet hij de Macedonische aristocraten in delen. De gouden voorwerpen in het archeologische museum in Thessaloniki zijn de erfenis. Simpel samengevat: externe expansie garandeerde interne consolidatie, waardoor een achtergebleven regio veranderde in een sterk koninkrijk. Kortom, een “vroege staat”, om de term van Hans Claessen te gebruiken.

Het begin van de oorlog

In 340 v.Chr. was een conflict ontstaan met de Perzen. Filippos zag een kans, zeker toen twee jaar later koning Artaxerxes III Ochos overleed. Een burgeroorlog tussen Artaxerxes IV Arses en de satraap van Armenië was het gevolg, met hier en daar lokale opstanden. Uiteindelijk zou de Armeense satraap onder de naam Darius III Codomannus de oorlog winnen, maar zover was het nog niet. Filippos stuurde zijn voorhoede dus naar Azië, maar hij werd vermoord voordat hij zelf kon vertrekken (336).

Lees verder “Alexander de Grote: de eerste veroveringen”

Sisygambis, Barsine, Antigone

Portret van een koningin of prinses uit Persepolis. Omdat dit de enige Achaimenidische afbeelding is van een vrouw, is ook wel aangenomen dat het een baardloze prins voorstelt (Nationaal Museum, Teheran).

[Laatste deel van een achttiendelige reeks over de slag bij Issos (6 november 333 v.Chr.), waarin de Macedonische koning Alexander de Grote zijn Perzische collega Darius III versloeg. Dat was het begin van het einde van het Achaimenidische Rijk. Het eerste deel was hier.]

Koningin Stateira was niet de enige vrouw die na de slag bij Issos in Alexanders handen viel. In haar gezelschap bevond zich Darius’ moeder Sisygambis, met wie Alexander het opvallend goed kon vinden. Culturele misverstanden waren echter onvermijdelijk, zoals Curtius Rufus aangeeft:

Het gebeurde eens dat Alexander uit Macedonië als geschenk Macedonische gewaden en veel purper kreeg toegezonden, met de vrouwen die het vervaardigd hadden. Hij beval die aan Sisygambis te geven – want hij vereerde haar met het plichtsgevoel van een zoon – en liet haar zeggen dat als de kleding naar haar zin was, ze haar kleindochters moest leren ze te maken, en dat hij vrouwen meegaf die het hun konden leren. Bij het horen van deze boodschap sprongen Sisygambis de tranen in de ogen, want ze was woedend om dit geschenk. (Geschiedenis van Alexander 5.2.18-19; vert. Daan Stoffelsen)

Lees verder “Sisygambis, Barsine, Antigone”

Nieuwe plannen

Faravahar, het zichtbare aspect van Ahuramazda (Persepolis)

[Voorlaatste deel van een achttiendelige reeks over de slag bij Issos (6 november 333 v.Chr.), waarin de Macedonische koning Alexander de Grote de Perzische heerser Darius III versloeg en de ondergang van het Achaimenidische Rijk inluidde. Het eerste deel was hier.]

Het veld van eer stonk naar uitwerpselen. Doden beheersen hun sluitspier immers niet. Toen de zon de volgende ochtend opkwam lagen de oevers van de Pinaros vol gesneuvelden, een enkele stuiptrekkende stervende, en hier en daar nog wat kermende gewonden, prooi voor honden en vogels. De Macedoniërs zagen eindeloos veel lichamen en het is niet vreemd dat sommige bronnen schrijven dat er wel honderdduizend Perzen waren gesneuveld. Terwijl soldaten probeerden enkele loslopende paarden te vangen en de verstijfde lijken ontdeden van harnassen, wapens en kostbaarheden, bekeek Alexander de strijdwagen van Darius, waarin deze de middag ervoor zijn mantel en boog had moeten achterlaten:

De wagen was aan weerszijden versierd met beelden van goden, vervaardigd uit goud en zilver. Schitterende edelstenen verfraaiden het juk daartussen, en twee gouden beelden van voorouders, elk een el lang, staken erboven uit, de een van Nabu, de ander van Marduk. Daartussen hadden ze een afbeelding van een gouden adelaar met gestrekte vleugels geplaatst. (Curtius Rufus, Geschiedenis van Alexander 3.3.16; vert. Daan Stoffelsen)

Lees verder “Nieuwe plannen”