Misverstand: De triomfboog van Titus

De triomfboog van Titus (rechts), vele jaren geleden.

Misverstand: De triomfboog van Titus staat bij het Forum Romanum

Na de verwoesting van Jeruzalem vierde generaal Titus in Rome een triomftocht, en elke reisgids voor Rome vermeldt dat de toen gebouwde triomfboog staat op de heuvelrug tussen het Forum Romanum en het Colosseum. De boog is inderdaad gewijd aan Titus, maar de inscriptie maakt duidelijk dat het monument geen triomfboog kan zijn. Er is namelijk geen sprake van glorieuze overwinningen, maar wel van de divus Titus, “de vergoddelijkte Titus”. En aangezien keizers gewoonlijk pas na hun overlijden onder de goden werden opgenomen, moet het monument dateren van na Titus’ dood.

De echte triomfboog stond een paar honderd meter verder naar het zuiden in de bocht van het Circus Maximus. Een middeleeuwse reiziger, aangeduid als de Anonymus van Einsiedeln, heeft het overwinningsteken – dat later is gesloopt – nog gezien en citeert het opschrift:

Senaat en Volk van Rome aan generaal Titus, omdat hij op bevel van zijn vader, met diens adviezen en onder diens auspiciën, het Joodse volk onderwierp en de stad Jeruzalem verwoestte, wat alle leiders, koningen en volken voor hem óf vergeefs hadden geprobeerd óf geheel onbeproefd gelaten.

Naschrift

Niets van het bovenstaande was nieuw toen ik dit schreef in Spijkers op laag water. Ik had het ook al behandeld in Stad in marmer en u kunt het vinden in elk overzichtswerk van de topografie van Rome. Dat weerhoudt archeologen er natuurlijk niet van te veinzen dat ze nieuwe dingen ontdekten. Lees maar. Je zou het publiek toch eens wérkelijk nieuwe dingen moeten gaan melden, dat kun je als oudheidkundige toch niet willen natuurlijk, het is beter de mensen gewoon iets toe te werpen wat allang bekend is, dan kun je op je financiële administratie aanvinken dat je iets aan voorlichting hebt gedaan en ben je weer vanaf.

[Oorspronkelijk, zij het zonder de grom aan het einde, verschenen in mijn boekje Spijkers op laag water (2009)]

Deel dit:

5 gedachtes over “Misverstand: De triomfboog van Titus

  1. Geachte heer Lendering,

    Een kennis attendeerde mij op uw Beobachtungen . Inmiddels ben ik op uw teksten geabonneerd. Het is een verademing om uw teksten te lezen, die onder de noemer oudheidkunde verschijnen.

    In een wereld die barst van de meningen, citaten, bedrog ( mijn vak is jurist en ik heb er dagelijks mee te maken), stoere praat, zogenaamde wetenschappelijke zwets en zo voorts ( beter: etcetera!), verdient wat u aanduidt als Misverstand, een pluim. Laudatio dus. Uw teksten zijn niet te lang en niet te kort. Hetgeen het kenmerk is van mensen die kunnen schrijven.

    Genoeg geprezen. Quod licet Yovi, non licet bovi.

    Op een dag zal ik nog wel ontdekken wat het adjectief MAINZER mij duidelijk moet maken..!!!!

    Ave.

    1. Dank voor uw compliment. ik heb de vrijheid genomen het adres dat u meestuurde, even te verwijderen.

      De naam “Mainzer” was knipoogje naar Multatuli, maar niemand begrijpt het, wat ik aan mezelf heb te wijten, want ik wilde ooit een algemene blog beginnen zoals Multatuli in zijn “Ideën” alle kanten op stuitert, maar het werd een Oudheidblog. Dus zo vreemd is het niet dat niemand denkt aan de nepkrant van Douwes Dekker.

      https://mainzerbeobachter.com/jona_lendering/

      1. FrankB

        Je zou net als RichardK met “apofwatte?” een uitlegpagina in elkaar kunnen knutselen. Dat geeft je meteen een prima excuus om iets over Douwes Dekker te schrijven, geheel in erkend-subjectieve traditie uiteraard.

  2. Marcel Meijer Hof

    Nu er toch uitgedeeld wordt maak ik een compliment voor de goed gekozen ‹ krantenkop › van de Mainzer. De Liebfrauenplatz am Dom, in wat ik aanneem een negentiende-eeuwse uitvoering. Ik, die zo verknocht ben aan de Duitse schilderachtigheid van Anno dazumahl, beziet deze reeks stadshuizen, die er deels nog steeds zo bijstaan, telkenmale met leichtes Fernweh.

    En dat het Gutenbergmuseum ook aan dit fraaie marktplein staat is een extra aanbeveling.

Reacties zijn gesloten.