Octavianus

Octavianus (Museum van Epidauros)

Ik had u, in mijn reeks over het handboek van De Blois en Van der Spek vorige keer achter gelaten bij de moord op Julius Caesar. Zijn moordenaars waren senatoren die de macht wilden teruggeven aan de Senaat. Maar het hoge college was verdeeld. Veel leden hadden leven en positie te danken aan de dictator en sympathiseerden met de nieuwe leider van zijn partij, Marcus Antonius. Binnen enkele dagen was hij meester van stad en imperium. De moordenaars kregen gratie als ze instemden met de maatregelen van de dictator en werden naar onbeduidende provincies weggepromoveerd.

In juli verscheen een komeet aan de hemel en opperpriester Marcus Aemilius Lepidus verklaarde dat dit betekende dat Caesar was opgenomen onder de goden. Dat gaf Antonius rugdekking: voortaan rechtvaardigde hij zijn optreden met een beroep op de vergoddelijkte Julius. Hij beheerste de situatie volkomen.

Lees verder “Octavianus”

Maecenas

Maecenas (Archeologische collectie, Arezzo)

Hij is een van de beroemdste Romeinen maar eigenlijk kent niemand hem: Gaius Maecenas. Zie boven. Geboren in 70 v.Chr. in Arezzo, behoorde hij tot de stedelijke aristocratie van Italië, die in de tijd van keizer Augustus steeds belangrijkere posities kreeg in het Romeinse Rijk. Maecenas zelf had een vliegende start: van vaderszijde kwam hij uit een vooraanstaande familie in Arezzo en van moederszijde behoorde hij tot het beroemde Etruskische geslacht van de Cilnii. Dan heb je alvast een aardig netwerk. Het hielp daarnaast dat hij bevriend raakte met Gaius Octavius, eveneens afkomstig uit de stedelijke aristocratie – ik meen dat zijn stad Velletri was maar heb geen zin om dat uit te zoeken.

Hoe dat ook zij, Octavius viel omhoog en sleepte Maecenas mee. Toen Caesar was vermoord, bleek Octavius de erfgenaam van de dictator. Voortaan heette Octavius “Gaius Julius Caesar”, waar historici “Gaius Julius Caesar Octavianus” ofwel “Octavianus” van hebben gemaakt – de Caesar uit de Octavius-familie. Vanzelfsprekend heeft de beste man die naam nooit gedragen. De naam “Caesar” was immers zijn fortuin.

Lees verder “Maecenas”

Misverstand: Octavianus

Een nog jonge Octavianus (Museum für Kunst und Gewerbe, Hamburg)

Misverstand: Octavianus noemde zichzelf Octavianus

Na de moord op Caesar werd zijn testament geopend en bleek dat hij zijn achterneef Gaius Octavius had geadopteerd. Het was niet ongebruikelijk dat adoptiefzonen een naam kozen waarin ze zowel hun echte als hun tweede vader eerden: Marcus Junius Brutus, de moordenaar van Caesar, had de naam Caepio aangenomen na te zijn geadopteerd, en een bekende Romeinse veldheer heette Publius Cornelius Scipio Aemilianus – de Scipio die was geboren in de Aemiliusfamilie. Caesars achterneef had zich dus Gaius Octavius Caesar of Gaius Julius Caesar Octavianus kunnen noemen.

Lees verder “Misverstand: Octavianus”

Groot huis

Twee keer het woord “farao” in de cartouches van de tempel van Dendur (Metropolitan Museum, New York)

Het bovenstaande Egyptische reliëf is te zien op de tempel van Dendur en als u denkt dat u ervoor naar Egypte moet, dan heeft u het mis, want dit heiligdommetje staat in het Metropolitan Museum in New York. Net als de tempel van Taffeh in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden is het gebouwtje uit Dendur door de Egyptische overheid geschonken aan een land dat meehielp bij het redden van oudheden toen die dreigden te verdrinken na de aanleg van de Aswandam.

De afbeelding zelf is niet zo heel bijzonder, maar de twee cartouches erboven zijn dat wel. Ze zijn niet alleen identiek, maar ook veelzeggend in hun nietszeggendheid. Zoals u ziet staan in beide cartouches dezelfde drie hiëroglyfen: een rechthoek, een soort pilaar en een mannetje. De rechthoek is het teken pr, “huis”, en het pilaartje, dat een soort dubbele a-klank weergeeft, maakt dit tot een groot huis. Het mannetje is een determinatief, een teken dat aangeeft hoe je het bovenstaande dient te duiden: in dit geval gaat het om een persoon die het Grote Huis is. De koning, met andere woorden, ofwel de farao, om de Hebreeuwse verbastering te citeren van het Egyptische woord voor Groot Huis. We hebben dus te maken met twee cartouches waarin niet de naam van de vorst staat, maar alleen de hiëroglyfen voor farao.

Lees verder “Groot huis”

Marcus Antonius

Zegelring met het portret van Marcus Antonius (British Museum, Londen)

Ergens is het gewoon een sprookje: de dappere soldaat die trouwt met de prinses en zou kunnen heersen als koning. Daarnaast is het een ontroerende tragedie als een koningstelg probeert haar land te redden, geen middel onbenut laat en faalt. Als het verhaal zich dan ook nog afspeelt in een mysterieus land als Egypte, is succes verzekerd.

En inderdaad. De Romeinse generaal Marcus Antonius en de Egyptische koningin Cleopatra behoren tot de bekendste personages uit de Europese cultuurgeschiedenis. In de Renaissance schreef Giovanni Boccaccio al over het tweetal, William Shakespeare bracht het verhaal op de planken, Blaise Pascal achtte Cleopatra’s neuslengte van wereldhistorische belang, ruim 210 schilders en 100 componisten benutten de stof. Er gaat geen jaar voorbij zonder dat een gemakzuchtige netwerkcoördinator de Hollywoodfilm met Elisabeth Taylor en Richard Burton programmeert. Nu de materie vervelend wordt, is er de parodie. De Duitse romantici wisten er al raad mee, stripliefhebbers koesteren Asterix en Cleopatra, en de moord op Julius Caesar in het pismelige Carry on Cleo is ooit uitgeroepen tot een van de hoogtepunten van de Britse komedie.

Lees verder “Marcus Antonius”

Velleius Paterculus (2)

Republikeinse officier (Louvre)
Republikeinse officier (Louvre)

[Deze week recycle ik de inleiding die ik in 2012 schreef voor Vincent Huninks vertaling van de Geschiedenis van Rome van de Romeinse auteur Velleius Paterculus. De Nederlandse titel is Van Troje tot Tiberius en het e-boek is nog leverbaar. Het eerste deel is hier. Vandaag: Velleius’ verleden.]

Toen de angst voor Karthago was weggenomen en de concurrent om de macht was verdwenen, verliet men het pad van de deugd en ging men over tot het tegendeel, en dat niet stap voor stap maar halsoverkop. De oude levensstijl werd opgegeven en verruild voor een nieuwe.

Zo begint Velleius Paterculus het tweede deel van De geschiedenis van Rome. Anders dan antieke historici, die halve moralisten waren, onthouden moderne oudhistorici zich zoveel mogelijk van waardeoordelen. Toch zien ook zij in de tijd waarin Karthago werd verwoest, het midden van de tweede eeuw v.Chr., een verandering in de Romeinse samenleving. In de voorgaande vijftig jaren was de Senaat terughoudend geweest met buitenlandse veroveringen, maar nu ineens veranderde het beleid: in 148 werd Macedonië geannexeerd en twee jaar later volgden Griekenland en het huidige Tunesië. Door steden als Korinthe en Karthago met de grond gelijk te maken, werd de wereld getoond wie er de baas was.

Lees verder “Velleius Paterculus (2)”