Caesar in Syrië

Antiochië

Als ik u zeg dat het 28 juni was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waaraan Quintus Fufius Calenus en Publius Vatinius later als consuls hun naam zouden geven, en als ik dat omreken naar 17 april 47 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Hij verliet Egypte om op te rukken tegen Farnakes II van Pontus. Zijn eerste doel was Cilicië in het zuiden van Turkije, wat zou dienen als uitvalsbasis. In zijn Burgeroorlog schrijft hij:

Het Zesde Legioen, bestaande uit veteranen, nam hij mee en de andere liet hij in Alexandrië achter, om de heerschappij te verstevigen van de koningen, die niet op liefde van hun landgenoten konden rekenen.

Bedoeld zijn Kleopatra VII en Ptolemaios XIII. Caesar had in hen precies de vazallen die hij hebben wilde: volkomen afhankelijk. Zie ook de volgende alinea.

Door Syrië

Tegelijkertijd achtte hij het van belang voor het aanzien en algemeen nut van ons rijk dat de koningen, als ze trouw bleven, beveiligd zouden zijn door onze troepen, en, als ze ondankbaar bleken, door diezelfde troepen in bedwang konden worden gehouden. Nadat hij zo alle zaken had afgehandeld en geregeld vertrok hij zelf over land naar Syrië. (Burgeroorlog 33; vert. Hetty van Rooijen)

Caesar reisde naar Cilicië over de kustroute. Uit Flavius Josephus’ Joodse Oudheden weten we dat hij al eerder de Joodse hogepriester Hyrkanos II had erkend en we mogen aannemen dat er nieuwe contacten zijn geweest toen de Romein oprukte naar het noorden. Caesar werkte aan zijn netwerk van oostelijke vazallen. Niet dat hij overal vriendelijk was. Hij plunderde bijvoorbeeld de tempel van Melqart in Tyrus omdat deze stad asiel had verleend aan de echtgenote van Pompeius.

Hij reisde opvallend snel: op 5 mei was hij al in Tarsos, wat betekent dat hij meer dan zestig kilometer per dag aflegde. Vrijwel zeker heeft hij VI Ferrata vooruitgestuurd, reisde hij zelf te paard, en was de tros aan boord van de vloot.

In welke steden Caesar verbleef, weten we niet. Het zou echter vreemd zijn als hij de haven Stratons Toren niet heeft aangedaan, het latere Caesarea, alsmede Akko en Tyrus. Daarvandaan kan hij de route door het binnenland hebben genomen, door de Bekaavallei naar Antiochië. Het alternatief was de kortere maar lastige kustweg, via Sidon, Beiroet, Byblos en Tripoli. Ook die weg eindigde in Antiochië. Aangezien Caesar ergens opmerkt dat hij in Cilicië aankwam “met dezelfde vloot waarmee hij gekomen was”, ligt de kustroute het meest voor de hand.

Antiochië

Antiochië had na de slag bij Farsalos, toen Pompeius richting Syrië reisde, partij gekozen voor Caesar. Mogelijk is Aulus Hirtius, die Caesar opwachtte in deze stad, de agent geweest die hiervoor heeft gezorgd. Om de stad te belonen, verklaarde Caesar dat ze “vrij en autonoom” zou zijn, een titel die weinig om het lijf had. Maar het gold als prestigieus en voegde een nieuwe knoop toe aan Caesars netwerk van oostelijke vazallen.

Toen Caesar uit Egypte in Syrië kwam, vernam hij van degenen die uit Rome naar hem toe waren gekomen – en hij las dat ook in brieven uit de stad – dat in Rome veel zaken slecht en onpraktisch waren geregeld en dat geen enkel deel van het staatsbestuur efficiënt werd uitgevoerd. (Alexandrijnse Oorlog 65; vert. Hetty van Rooijen)

Zoals we al zagen was Marcus Antonius er niet in geslaagd consulverkiezingen te houden en dat wreekte zich. Caesar kon daar nu niets aan doen, maar zorgde wel voor een herordening van het Nabije Oosten. Hij bevestigde vermoedelijk schriftelijk gemaakte afspraken met vazalvorsten en steden. En hij benoemde magistraten.

Sextus Julius Caesar

Een daarvan was de nieuwe gouverneur van Syrië: Caesars achterneef en vertrouweling Sextus Julius Caesar. Als gouverneur van Syrië zat hij op een van de voornaamste posities in het Romeinse bestuur. Hij commandeerde enkele legioenen en moest de Eufraatgrens bewaken tegen de Parthen. Dat was geen sinecure want Crassus’ nederlaag lag nog vers in het geheugen en moest nog worden gewroken. Voor het moment wist Caesar, die op weg was naar de oorlog tegen Farnakes II van Pontus, echter dat zijn rug gedekt was.

[Een overzicht van de reeks #RealTimeCaesar is hier.]

Deel dit:

3 gedachtes over “Caesar in Syrië

  1. “wat betekent dat hij mannen meer dan zestig kilometer per dag aflegde. Vrijwel zeker heeft hij VI Ferrata vooruitgestuurd, reisde hij zelf te paard, en was de tros aan boord van de vloot.”

    Niet per se, een koets is ook mogelijk. Over zulke afstanden is bewezen (Amerikaanse burgeroorlog, Eerste Wereldoorlog in precies die regio) dat infanterie na drie dagen marcheren elke eenheid cavalerie heeft ingehaald en gepasseerd. Mensen houden geforceerde marsen langer vol dan paarden, en een snelle ruiter (zoals een Romeinse koerier of de post) moest elke dag de beschikking hebben over een vers paard.

    Nu is 60km per dag bijna ongelofelijk. Romeinse bronnen spreken van een normale ‘beladen mars’ (en we mogen er van uitgaan dat Caesar’s manschappen hun uitrusting met zich mee droegen) van c. 35 km gedurende een dag van 5 uur. Nu kan het langer licht zijn geweest, en de tijd van het jaar was er waarschijnlijk het meest gunstig voor, maar Caesar haalt het dubbele van die afstand. Is dat mogelijk? Met hele korte slaappauzes misschien, en zeker zonder een marskamp aan te leggen.
    Als Caesar troepen vooruit stuurde – en hij nam slechts 1000 man van Legio VI mee, de rest bleef in Egypte – moeten die ten minste 5 dagen tot een week eerder zijn vertrokken.

  2. Voor mensen die getraind zijn om lange afstanden te lopen is 60 km per dag heel goed haalbaar. Er is een wereldrecord speedmars, waarbij men in gevechtstenue en met volle bepakking een marathon loopt in slechts 4 uur. In juni is het 14 – en niet 5 – uur per dag licht in Syrie, dus men kan 10 uur lopen en 4 uur aan andere zaken besteden en een getrainde loper kan 6 km per uur halen, ook met bepakking.

    1. Ja, het kan – ik weet dat bijvoorbeeld Duitse eenheden bij voor de oprukkende Sovjettroepen uit naar het Westen marcheerden ook wel 30 tot 50 kilometer per dag konden halen – om het vege lijf te redden. Maar een marathon in 4 uur is onvergelijkbaar – dat hou je één dag vol – als getraind specialist, en op moderne schoenen met een perfect ontworpen tenue. Dat wat voor de legionairs wel anders.
      Daarnaast, we weten dus uit de Romeinse bronnen wat soldaten wél als flinke dagmars konden afleggen. Dus ook al laat je ze langer lopen op een dag, de volgende dag zijn ze kapot. En onbeschermd, want er kan ook geen marskamp worden aangelegd.
      Dus zeker niet ‘heel goed haalbaar’.

Reacties zijn gesloten.