Uruk, een oeroude stad

Uruk, met de ziggurat van Inanna

Uruk, dat in de Bijbel Erech en tegenwoordig Warka heet, was al in het vierde millennium een belangrijke stad in Zuid-Irak. Het was hier dat Arnold Nöldeke de aardewerkchronologie vaststelde waarover ik vorige week al blogde. Wat u zich rond 3200 v.Chr. bij zo’n grote stad moet voorstellen: iets met een oppervlakte van 250 hectare. Ter vergelijking: dat is een fractie meer dan het gebied dat in Rome was omsloten door de Serviaanse Muur (246 hectare) en fors meer dan de Amsterdamse Grachtengordel (198 hectare).

Uruk was al bewoond in de ‘Ubaid-periode (strata XVIII-XIII). Toen was het nog een groot dorp aan de Eufraat. De verstedelijking kwam in het vierde millennium op gang in de naar deze opgraving vernoemde Uruk-tijd (strata XI-VI). In de daarop volgende Jemdet Nasr-periode (strata V-III) was het al wel een echte stad, een van de eerste ter wereld. (Een mooi reliëf van een leeuwenjacht en de beroemde Warka-vaas, waarover ik binnenkort blog, stammen uit deze tijd.) De Eanna, de tempel van de liefdesgodin Inanna, was in de Vroegdynastieke tijd (Uruk II-I) een van de voornaamste religieuze centra van Mesopotamië. Het is de oudst-bekende vindplaats van wat bekendstaat als cone mosaic, een soort mozaïek van gekleurde kegeltjes.

Cone mosaic uit de Eanna-tempel (Nationaal Museum, Bagdad).

Ook de vijftig meter verderop gelegen, aan de god Anu gewijde ziggurat mocht er wezen. Wegens de geverfde buitenwanden staat deze tempeltoren ook bekend als “de witte tempel”. De antieke naam schijnt Kullaba te zijn geweest. Je kunt bediscussiëren of het een echte ziggurat was: het is meer een tempel op een bijna vijftien meter hoog platform.

Bloeitijd

De bekendste inwoner uit deze periode was niemand minder dan Gilgameš. Als hij een historisch figuur is – er is onlangs wat twijfel over ontstaan – is het een koning die in de zevenentwintigste eeuw v.Chr. heeft geregeerd. Het naar hem vernoemde heldendicht schrijft de bouw van een stadsmuur aan hem toe.

In een andere tekst, Gilgameš en Aga, is Gilgameš de oorlogsleider van de stad die, met steun van de jonge mannen van het volk, een oorlog begint die de senioren hem net had ontraden. Vanzelfsprekend wint hij deze oorlog. Het belang van deze tekst is dat ze iets vertelt over het politiek bestel. Naast een Raad van Ouden waren er een koning-legerleider (“lugal”) en een volksvergadering. Die laatste bestond uit mannen van weerbare leeftijd. En er waren spanningen tussen de vorst, de Raad en de manschappen.

Sumerische heerser (Pergamonmuseum, Berlijn)

Uruk verloor zijn zelfstandigheid toen Sargon van Akkad rond 2250 v.Chr. Mesopotamië verenigde. Na de klimaatcrisis die anderhalve eeuw later een einde maakte aan het Rijk van Akkad, behoorde Uruk tot het rijk van de Derde Dynastie van Ur. De Inanna-tempel Eanna werd herbouwd en kreeg de ziggurat die er nog steeds staat.

Nog later behoorde Uruk tot het Babylonische Rijk. In de loop van het tweede millennium verlegde de Eufraat echter haar loop en begon de stad in verval te raken.

Babylonische, Perzische, Hellenistische en Parthische stad

Pas in de zevende en zesde eeuw v.Chr., toen Nabopolossar en Nebukadnezzar een einde maakten aan de Assyrische heerschappij en een nieuw Babylonisch Rijk stichtten, bloeide Uruk weer op. Die bloei zette zich voort tijdens de Perzische overheersing, deels doordat de stedelijke leiders op het juiste moment op het juiste paard wisten te wedden. In 484 v.Chr. steunden ze Xerxes tegen de Babylonische rebellen Bêl-šimânni en Šamaš-eriba.

Uruk was nu een voornaam centrum voor de oosterse wetenschappen, met eigen astronomen en wiskundigen. De oudste tekst waarin iemand een nul noteert, komt uit Uruk.

Bouwprojecten waren er ook. Rond de ziggurat van Anu verrees het complex dat Bit Resh heet. Even verderop bouwde men de tempel Irigal. De stadsmuren lijken na al die eeuwen nog altijd – of opnieuw, dat kan ook – de buitengrens van de bebouwing te hebben gemarkeerd.

De gerestaureerde hellenistische tempel van (een mij onbekende god) Gareus

De Parthische koning Mithridates I de Grote nam de macht over in 141 v.Chr. en de stad lijkt nog eeuwen te hebben gefunctioneerd. Op de landkaarten staat een mithraeum, wat dan het enige zou zijn buiten het Romeinse Rijk. In de derde eeuw na Chr. lijkt Uruk, na vijfduizend jaar te hebben bestaan, definitief te zijn verlaten. Sommigen noemen de vijfde eeuw, maar sporen van het christendom en de islam ontbreken in elk geval.

Naschrift 16 november 2021

In oktober bezocht ik Uruk. We waren iets te laat, al leverde dat wel stemmig avondlicht op.

https://www.youtube.com/watch?v=SHzY0QvCIhg

Deel dit:

6 gedachtes over “Uruk, een oeroude stad

  1. Rob van Dam

    De feestdagen komen er aan en mijn kleinzoontje komt op een leeftijd dat verhalen over dappere helden erin gaan als koek. Oftewel: ga je nog eens je kinderversie van het Gilgamesj-epos, met de ingekleurde voorstellingen, uitgeven?

  2. Jacob Krekel

    Interessant stukje. Nog een vraag: waarom noemt men een mozaiek waar heel duidelijk ruiten en geen kegels op staan “cone mosaic”

Reacties zijn gesloten.