Hanno de Zeevaarder (2): Handelsmissie

De door Hanno de Zeevaarder genoemde Troglodyten woonden vermoedelijk in abri’s als deze

In het voorgaande stukje legde ik uit dat Hanno de Zeevaarder, een koning van Karthago, enkele steden stichtte in het westen van Marokko. Zijn verslag is over, al is het volgens vertalers Floris Overduin en Vincent Hunink “vanuit literair oogpunt geen hoogstandje”. Interessant is het wel!

Het eerste deel van zijn expeditie, de kolonisering van westelijk Afrika, is goed gedocumenteerd. Het tweede deel is wat lastiger, maar het genoemde onderzoek van W.F.G. Lacroix komt hier te pas.

We zitten meteen met een crux, namelijk de locatie van de rivier de Lixos. We kennen een stad met die naam in het noorden van Marokko en Jerôme Carcopino opperde dat Hanno terug zou zijn gevaren. De verkenningsmissie zou dus later zijn begonnen nadat Hanno eerst langs zijn eerdere steden was gevaren. Een alternatief is dat we te maken hebben met een stroom ten zuiden van Agadir, waar in historische tijden het Berberkoninkrijk Ilegh lag. Dit lag ten zuiden van de in het vorige stukje genoemde zes nieuwe steden.

Kerne

6. Vandaar voeren we verder en kwamen we bij een grote rivier, de Lixos, die vanuit Afrika stroomt. Langs die rivier lieten nomaden, de Lixiten, hun kudden grazen. We werden vrienden en bleven er een tijdje.

7. Achter hen woonden de Ethiopiërs, een ongastvrije stam. Hun gebied zit vol wilde dieren en in het midden ervan liggen hoge bergen. Daaruit stroomt de Lixos, zeggen ze, en rond die bergen wonen mensen die er vreemd uitzien, de Troglodyten. Volgens de Lixiten kunnen die sneller rennen dan paarden.

8. We kregen tolken van hen mee en voeren om de woestijn heen richting zuiden, twee dagen. En vandaar dan weer oostwaarts, een dagreis. Daar troffen we in een hoekje van een baai een klein eiland aan. Het had een omtrek van vijf stadia. Dat gebruikten we voor bewoning en we gaven het de naam Kerne. Het ligt op één lijn met Karthago, schatten we in vanuit onze zeereis. Vanuit Karthago was het namelijk even lang varen tot de Zuilen als vandaar tot Kerne.

Ethiopiërs betekent eigenlijk “mensen met verbrande gezichten” terwijl Troglodyten holbewoners zijn. Dat hoeft niet meer te betekenen dan dat ze schuilden onder abri’s in de woestijn, zie de foto hierboven.

Kerne zou een weergave kunnen zijn van het Fenicische Chernah, “de verste bewoonde plek”. Dat maakt het de zuidelijke tegenhanger van het ultima Thule, waarover ik blogde toen het ging over Pytheas. Vermoedelijk is het de Baai van Arguin in het noorden van het huidige Mauritanië, al zijn plekken in de omgeving genoemd. Meer mogelijkheden zijn er niet maar er ligt wel een probleem, dat al werd herkend door de eerste oudheidkundige die zich met Hanno de Zeevaarder bezighield, Karl Müller. Het is namelijk meer dan twee dagen varen vanaf n’importe welke identificatie we geven aan de Lixos. Müller opperde “twaalf dagen” te lezen in plaats van “twee dagen”. De schrijffout is simpel: B’ in plaats van IB’ is een soort haplografie.

Senegal

Nu volgt een expeditie landinwaarts en vervolgens een expeditie naar het zuiden.

9. Vandaar kwamen we aan bij een meer, na het overvaren van een grote rivier <…>. Er lagen drie eilanden in dat meer, groter dan Kerne. Vandaar voeren we zowat een halve dagreis verder en kwamen we in een uithoek van het meer, waarachter zich enorme bergen uitstrekten. Die waren vol wilden die dierenhuiden aanhadden en ons bekogelden met grote stenen. Zo joegen ze ons weg en beletten ze ons aan land te gaan.

10. Van daaraf voeren we door en kwamen we in een andere grote, brede rivier, waar het wemelde van de krokodillen en nijlpaarden. We maakten weer rechtsomkeert en voeren terug naar Kerne.

Deze rivier kan alleen de Senegal zijn, de Sanu-Kholé, “goudstroom”. Stroomopwaarts ligt de goudregio Bambouk. Hoe de Karthagers en de bewoners van deze regio handel dreven, lezen we bij Herodotos (4.196). Er is geen reden aan te nemen dat deze anekdote teruggaat op Hanno de Zeevaarder; in de eeuw die verstreek tussen diens expeditie en Herodotos’ verslag, zullen wel meer Karthagers naar Kerne zijn gevaren.

Hierna begon het derde deel van de reis van Hanno de Zeevaarder: de ontdekkingsreis.

[Wordt vervolgd]

Deel dit:

8 gedachtes over “Hanno de Zeevaarder (2): Handelsmissie

  1. Gert M. Knepper

    ‘Ethiopiërs betekent eigenlijk “mensen met verbrande gezichten” ‘.
    Nou, dat is weliswaar inderdaad de in de Oudheid gangbare etymologie, maar hij riekt (zoals zo vaak met antieke etymologieën) behoorlijk naar volksetymologie. Om maar één probleem noemen: het Griekse werkwoord ‘aithein’ betekent niet ‘verbranden’, maar ‘branden’, ‘licht geven’. Deze etymologie maakt van Ethiopiërs dus ‘brandende mensen’….

  2. Lijkt me toch duidelijk?

    “Vandaar kwamen we aan bij een meer, na het overvaren van een grote rivier”
    “Van daaraf voeren we door en kwamen we in een andere grote, brede rivier”

    Het woord “andere” is erg verhelderend. En ik denk dat Jona de rivier in 10 met de Senegal identificeert.

    1. Pieter

      Ik snap toch de (vertaling van de) Griekse tekst nog niet.

      “Vandaar kwamen we aan bij een meer, na het overvaren van een grote rivier” Ze voeren dus vanop zee een grote rivier op. Dat lijkt mij dan de Senegal te zijn, de eerste grote rivier ten zuiden van de baai van Arguin. Of zie ik rivieren over het hoofd?
      Wat dat meer is, is me dan minder duidelijk. Is dat de monding van de Senegal waarin wel enkele eilanden liggen? Als ze dan doorvoeren vanaf een uithoek van dat meer over een rivier is dat toch terug de Senegal? Of is dat meer een meer dat je verderop vanop de Senegal kan bereiken? Dan is dat misschien het Lac de Guiers?
      Maar als de eerste rivier niet de Senegal is, welke rivier is dat dan die via een meer naar de Senegal leidt? Waren er daar vroeger meer rivieren dan nu? (Wat uiteraard kan.)

      Mijn excuses, maar voor mij is het toch niet duidelijk hoe ik me de Griekse tekst ruimtelijk moet voorstellen.

      1. Robbert

        Ik gok er ook op dat de rivier van tekstje nr. 9 reeds de Senegal is en de rivier bij nr. 10 de Gambia.

Reacties zijn gesloten.