In de reeks faits divers deze keer: drie exposities en drie lezingen.
Om te beginnen even wat reclame voor mijzelf. Aanstaande dinsdag (19 september dus) verzorg ik een lezing in Naarden, in de vesting, meer precies in het gebouw dat bekendstaat als De Mess. Ik heb het vanaf 14:30 over Hannibal. Het wordt een algemeen verhaal maar er zal ook aandacht zijn voor Alpentochten en olifanten. Aanmelden kan hier.
Twee dagen later, op donderdag 21 september, is de presentatie van het boek van Daan Nijssen waarover ik al eerder blogde en waarover ik nog meer zal schrijven: Alle wegen leiden naar Babel. Het is om 20:00 in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Ik heb Daan nog nooit in het echt horen spreken, dus ik ben heel benieuwd, want hij heeft wat te vertellen en Alle wegen leiden naar Babel is boeiend. Aanmelden kan hier.
Traditioneel organiseerde mijn schooltje elke september een lezingenmiddag waar de cursisten elkaar ontmoetten voor een borrel. Ik probeerde dan sprekers van buitenaf op te stellen, die spraken over onderwerpen die wat buiten de Oudheid lagen. Door de corona kwam de klad erin, maar op zaterdagmiddag 23 september is het weer zover: het is eveneens in het Rijksmuseum van Oudheden, het is in principe gratis (al waardeert het museum het als u een kaartje koopt en uzelf verrijkt met een bezoek aan de collectie) en de sprekers zijn NRC-columniste Carolien Roelants en mijn goede vriend Richard Kroes. De eerste heeft het over de Constitutionele Revolutie in Perzië en de tweede heeft het over Mossadeq. Aanmelden kan hier. U bent niet verplicht een Livius-cursus te gaan doen hoor.
Drie exposities
En dan zijn er ook nog nieuwe exposities. In Amsterdam begint zaterdag 16 september, morgen dus, een tentoonstelling over Julius Caesar. Het is in het museum dat u kent als de Hermitage en dat zich H’Art is gaan noemen omdat het niet meer samenwerkt met de Petersburgse Hermitage. De Caesartentoonstelling is dus tot stand gekomen terwijl de directie allerlei dingen opnieuw moest regelen. Ik was gisteren bij de opening en het was erg druk, zodat ik het niet voldoende op me kon laten inwerken, maar de uitleg oogde solide en ik zag voorwerpen uit Italiaanse musea die ik nooit eerder zag. Ook aanwezig: de vier jaar geleden gevonden munten die Caesars genocide onder de Eburonen documenteren. Het is fijn dat het museum heropent.
In het Allard Pierson-museum in Amsterdam zal op vrijdag 6 oktober een tentoonstelling beginnen over mummieportretten. Vroeger noemden ze dat Fayyumportretten maar die naam is in onbruik geraakt. Het museum kan niet minder dan achtendertig van die schilderijtjes exposeren! Ik kan niet wachten om te gaan kijken, maar het zal even duren want ik ben begin oktober in Tunesië. Er is weleens onderzoek gedaan naar de schedels die door deze vroege ikonen werden bedekt, en daarbij is vastgesteld dat de schilderingen griezelig goed leken. Ik verwacht dat het museum meer interessants heeft te melden. Maar ik kan vooral niet wachten omdat ik die portretten gewoon móói vind.
In het Rijksmuseum van Oudheden is de expositie Kemet voorbij en nu komt er een expositie over Het Jaar 1000. Die begint op vrijdag 13 oktober. Ik zal niet snel over de tentoonstelling schrijven omdat ik dus niet in Nederland ben, maar het persbericht sprak de lezer in elk geval niet aan alsof die nog denkt dat de Middeleeuwen duister waren en zo. Dus dat ziet er goed uit. Ik zal binnenkort wel bloggen over een boek over het jaar 1000 dat ik niet zo goed vond en ik heb nog wat andere observaties over die periode, maar die hebben niks met de tentoonstelling in Leiden te maken.
“Ik zal binnenkort wel bloggen over een boek over het jaar 1000 dat ik niet zo goed vond” Je bedoelt toch niet het boek van Valerie Hansen The Year 1000. Ik vond het boek maar matig.
Dat bedoel ik inderdaad. Ze claimt maar bewijst niet.
Mijn oordeel is gemengd. Ik vond er toch wel interessante stukken tussen zitten. Misschien aardig om te vergelijken met “atlas of the Year 1000” van John Man.
Nog een mededeling. In Die Zeit van 7 september 2023 schreef Iris Radisch een interessant stuk over het Pergamonmuseum. Ten eerste de heropening in 2037. Zoals ze terecht schrijft: Maar in Berlijn duurt alles een beetje langer. Dus 2040 zou ook kunnen en met een beetje pech is 2045 ook nog mogelijk. Dan maakt ze enkele opmerkingen over de processieweg en Ischtar-poort. Daar is weinig origineels aan te zien. “In Wahrheit ist die baylonische Pracht auf der Berliner Museuminsel im Wesentlichen ohnehin eine Erfindung des Deutschen Kaiserreichs, eine wilhelmisches Antiken-Disneyland. Want wat is het geval: er is nooit een poort in Babylon ontdekt. 83 kilometer ten zuiden van Babylon zijn wel veel tegels gevonden. De ontwerpen voor de poort in het Pergamonmuseum zijn gemaakt door een “Kulissenmaler der Berliner Staatsoper”. En tachtig procent van die prachtige blauwe tegels zijn in een Berlijnse porcelijnfabriek gemaakt.
Ja, en de Processieweg is feitelijk hellenistisch. Het is niet alles wat het lijkt.
Volgende week zit ik in Berlijn dankzij deze blog. En ik heb ook een boek over het jaar 1000 gelezen dat ik niet zo goed vond. De naam van de schrijfster ben ik vergeten, ze kwam uit Scandinavië en het begon met Vikingen die bij de oude Maya’s verzeild zouden zijn geraakt. Leuk idee voor een film of een strip, maar wat te ver gezocht voor een geschiedenisboek. En toen hoefde ik eigenlijk al niet meer. Hebben we het over hetzelfde boek?
Ja, dus, Valerie Hansen, dat was het.
Ze heeft eerder een boek over de Zijde route geschreven. Dat is degelijk en bracht me er toe haar Year 1000 ook te kopen en te lezen. Maar dat was een miskoop.
Nou ja, soms wat te vlot geschreven met nogal wat onnauwkeurigheden en speculaties als ik me goed herinner en het westelijke uitstapje van de Vikingen is er met de haren bijgesleept als argument voor “globalisatie”.
Ik las wel veel interessante zaken over de handel in het oosten/China, wat haar eigenlijke vakgebied is.
Door vooral op die postieve punten te letten gaf Hendrik Spiering in de NRC teveel (vier) balletjes. Maar eens afwachten wat Jona ervan gaat zeggen.
Ik had geluk, ik vond het bij de straatbieb en daar ligt het nu weer. Overigens interessant stukje over die Ischtar poort, dat wist ik niet. Geeft het bezoek weer iets extra’s.