Een nieuwe benadering van Julius Caesar

Jona wees al even op mijn nieuwe boek De Caesarroute dat verschijnt bij de Caesarexpositie in H’ART Museum in Amsterdam. Geen catalogus, maar een verhaal dat uitnodigt na een eerste kennismaking met Julius Caesar in Amsterdam, aan de wandel te gaan om de kennismaking te verdiepen. Het kan dus ook los van elkaar, maar de combinatie is wel zo aardig.

Een lage vindkans

Hoewel geschreven als een wandelgids voor een breed publiek, staat route ook voor een systematische benadering van het onderzoek naar Julius Caesar in de Lage Landen. Belangrijke uitdaging is wat ik de ‘schoenspijker in de hooiberg’ noem. Het goede nieuws is dat sinds 2008 bekend is dat Caesars soldaten uitzonderlijk grote schoenspijkers onder hun schoeisel droegen, waardoor ze te dateren zijn. Een kort erop in 2010 bij het Duitse Limburg an der Lahn gevonden kamp, is dankzij de vondst van die schoenspijkers met zeer grote waarschijnlijkheid aan de tijd van Caesar gekoppeld. Maar hoewel door de aanleg van een snelweg een flink deel van twee van zijn kampen is opgegraven, leverde dat slechts drie dateerbare schoenspijkers op. Ook de andere minder goed dateerbare vondsten zijn schaars, waaronder wat scherven en slechts één munt. Per vierkante meter opgraving van een kamp van Caesar is de kans iets dateerbaars uit zijn tijd te vinden zeer klein.

Lees verder “Een nieuwe benadering van Julius Caesar”

Faits divers (3): drie lezingen, drie exposities

Een van de exposities: Julius Caesar in Amsterdam

In de reeks faits divers deze keer: drie exposities en drie lezingen.

Om te beginnen even wat reclame voor mijzelf. Aanstaande dinsdag (19 september dus) verzorg ik een lezing in Naarden, in de vesting, meer precies in het gebouw dat bekendstaat als De Mess. Ik heb het vanaf 14:30 over Hannibal. Het wordt een algemeen verhaal maar er zal ook aandacht zijn voor Alpentochten en olifanten. Aanmelden kan hier.

Twee dagen later, op donderdag 21 september, is de presentatie van het boek van Daan Nijssen waarover ik al eerder blogde en waarover ik nog meer zal schrijven: Alle wegen leiden naar Babel. Het is om 20:00 in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Ik heb Daan nog nooit in het echt horen spreken, dus ik ben heel benieuwd, want hij heeft wat te vertellen en Alle wegen leiden naar Babel is boeiend. Aanmelden kan hier.

Lees verder “Faits divers (3): drie lezingen, drie exposities”

De opvolging van keizer Augustus

Munt met Augustus en Agrippa (Musée d’Archéologie Nationale, Saint-Germain-en-Laye)

“De regerende keizer,” zo schrijven De Blois en Van der Spek in Een kennismaking met de oude wereld, “moest proberen te vermijden dat de legers – die feitelijk de grootste macht bezaten – na zijn dood eigen kandidaten naar voren zouden schuiven.” Dan zouden de burgeroorlogen herleven. Erfopvolging was de oplossing, vervolgen de twee oudhistorici, want “de soldaten voelden zich meer verbonden met de persoon en de familie van de keizer dan met de abstracte wetten en regels van de staatsregeling.”

Ik weet niet of het laatste wel helemaal waar is. Alsof gewone soldaten het belang van staatsrecht niet zouden begrijpen. Het eerste is echter wel degelijk waar: dat het leger zich met de vorst verbonden voelde, is goed gedocumenteerd. Augustus moet het als geen ander hebben geweten: hij had het leger van zijn oudoom en adoptiefvader Caesar geërfd. Zelfs al waren de legionairs gedemobiliseerd, ze keerden terug onder hun standaards om Octavianus te helpen.

Lees verder “De opvolging van keizer Augustus”

Faits divers (2): boeken

Dit keer: drie leuke boeken en een expositie.

Wat voorafging aan de Zijderoute

Het eerste leuke boek dat ik aan u wil voorstellen, is dat van Daan Nijssen, die u misschien kent als de auteur van Het Wereldrijk van het Tweestromenland. In zijn nieuwe boek, Alle wegen leiden naar Babel, behandelt hij de voorgeschiedenis en totstandkoming van de Zijderoute. Ik heb het al mogen lezen en kom er later nog op terug. Voor het moment vertel ik alleen dat Nijssen sterk de nadruk legt op de ontwikkeling van een handelsnetwerk vanuit Mesopotamië. Het is in die zin complementair met Rome and China. Points of Contact van H.J. Kim, waarover ik het al eerder had. Daarin leest u vanuit Chinees perspectief hoe de Han-keizers het initiatief namen om contact te zoeken met het mysterieuze Verre Westen.

De tussenliggende schakel was het Kushana-rijk in Oezbekistan, Afghanistan en Pakistan, waaraan Craig Benjamin in 2018 Empires of Ancient Eurasia wijdde. Nijssen behandelt dat ook, zoals hij ook China aan de orde stelt. Door de nadruk te leggen op het door de Chinezen ontdekte, in Mesopotamië al ontstane netwerk, heeft Nijssen een interessante insteek gekozen. Het is een lezenswaardig, vlot geschreven boek, waarover later meer.

Lees verder “Faits divers (2): boeken”

Caesar en het Tiende Legioen

Een Romeinse munt met een stempeltje (“klop”) om aan te geven dat Caesar deze aan soldaten heeft gedistribueerd (Valkhofmuseum, Nijmegen)

Als ik u zeg dat het midden december was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waaraan Quintus Fufius Calenus en Publius Vatinius als consuls hun naam hadden gegeven, en als ik dat omreken naar september 47 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Onverwacht zwaar in de problemen zitten. De simpele waarheid is dat hij zoveel soldaten in dienst had, dat hij moeite had ze te betalen. Cassius Dio vertelt dat Caesar tijdens zijn reis door Egypte, Syrië, Anatolië, Griekenland en Italië

niemand kwaad heeft gedaan, ervan afgezien dat hij grote bedragen verzamelde, deels in de vorm van de kronen, beelden en dergelijke die hij ten geschenke kreeg, en deels door “leningen”, zoals hij ze noemde. Die vorderde hij niet alleen van individuele burgers maar ook van steden. … Het was niet zijn bedoeling ze terug te betalen. Hij beweerde namelijk dat hij al zijn privébezittingen had uitgegeven voor het algemeen welzijn en dat hij daarom inderdaad leende. Toen een menigte hem eens om kwijtschelding van schulden vroeg, stond hij dat niet toe met de woorden dat hij zelf ook grote schulden had. (Romeinse Geschiedenis 42.50)

Lees verder “Caesar en het Tiende Legioen”

De Caesarkop van Arles

De Caesarkop uit Arles (Musée Départemental Arles Antique)

In het zuidoosten van Frankrijk zijn de afgelopen decennia een paar zeer interessante musea bijgekomen. Zo is er het in 2015 geopende Musée des Confluences, bij de plek in Lyon waar de Rhône en de Saône samenkomen. Het museum

neemt ons mee terug naar onze oorsprong, bevraagt ​​het functioneren van onze samenlevingen, hun relatie tot de dood en roept de vraag op van onze plaats in de levende wereld.

Of het deze, mijns inziens nogal megalomaan geformuleerde doelstelling waarmaakt heb ik zelf nog niet waar kunnen nemen.

Een tweede museum waarvoor ik al eerder aandacht vroeg, is het Musée de la Romanité in Nîmes, inhoudelijk buitengewoon fraai opgezet en ook architectonisch een wonderschone aanvulling op de toch al zo mooie stad Nîmes. Alleen al een bezoek aan de ‘rooftop’ (ja: zo staat het er echt in de Franse website van het museum) is de moeite meer dan waard, vanwege het uitzicht over de oude binnenstad van Nîmes en – vooral – het zeer goed geconserveerde Romeinse amfitheater, waar het zo’n beetje aan grenst.

Lees verder “De Caesarkop van Arles”

Alba-la-Romaine

Alba-la-Romaine, theater

In het zuiden van Gallië, tussen de Alpen tot ongeveer halverwege de Atlantische Oceaan, lag de Romeinse provincie Gallia Narbonensis. In dit gebied huisden diverse Gallische stammen, die onderling soms slaags raakten, soms vrede sloten, bondgenootschappen aangingen en die weer opbraken als het ze beter uitkwam. Met name vanuit het noorden werd er grote druk op het grondgebied van Narbonensis ervaren, terwijl de min of meer van Rome onafhankelijke Griekse kolonie Massilia (Marseille, overigens eeuwenlang een bondgenoot van Rome) de verschillende Gallische stammen alhier dwong om grondgebied af te staan tijdens de oorlogen, ten faveure van o.a. Pompeius.

Helvii

De hier wonende Gallische stammen onttrokken zich aan de Gallische Opstand van 52 voor Chr. en met name de Helvii – die ten westen van de Rhône woonden, in de huidige Ardèche – lieten zich door Caesar gebruiken om hem te ondersteunen tegen de machtige Vercingetorix. Caesar nam dat de Helvii in dank af. Toen Massilia zich achter Pompeius schaarde en Caesar deze Griekse kolonie onder de voet liep, werden de trouwe Helvii weer in het bezit gesteld van eerder door de Massilianen op hen veroverde grondgebied.

Lees verder “Alba-la-Romaine”

Een dienstreis naar Munda

De heuvelrug bij Munda

Vandaag was de grote dag: ik ging op weg naar Munda, de plaats waar Julius Caesar op 16 maart 45 v.Chr. zijn gevaarlijkste tegenstander versloeg: Gnaeus Pompeius Junior. Als u mijn Caesar-reeks volgt, bent u bent hem al tegengekomen als vlootcommandant. Caesar had in de slag bij Farsalos weliswaar Pompeius Senior verslagen, maar was vervolgens in Egypte vast komen zitten, waarop zijn republikeinse tegenstanders het verzet hadden gereorganiseerd in Tunesië en Spanje.

Het Spaanse leger was groter dan wat Caesar in het veld kon brengen en de Pompejanen hadden redenen om bloedfanatiek te zijn. Ook had Pompeius het slagveld zorgvuldig gekozen en feitelijk een val voor Caesar opgezet. De dictator zou zegevieren, maar verklaarde achteraf niet alleen te hebben gevochten voor de overwinning, maar ook om te overleven. Latere bronnen schrijven hem zelfs zelfmoordplannen toe. Munda was een enorm belangrijk gevecht.

Lees verder “Een dienstreis naar Munda”

Gaius Julius Caesar (3): dictator

Julius Caesar (Altes Museum, Berlijn)

[Slot van het op de deze blog onvermijdelijke overzichtsartikel over Julius Caesar. Het eerste deel was hier.]

De Tweede Burgeroorlog

In Rome keerde na een half jaar de rust terug en Pompeius, inmiddels hertrouwd, liet zijn nieuwe schoonvader tot consul kiezen: de behoudende Quintus Caecilius Metellus Pius Scipio. In de volgende maanden werden de regels voor de verkiezingen zó aangepast dat Caesar zich moeilijk kandidaat kon stellen. De Senaat was op ramkoers gegaan met de succesvolle generaal, die zijn troepen samentrok in de Moezelvallei en daar plannen voor een oorlog lijkt te hebben voorbereid. Het kamp bij Hermeskeil bij Trier is geïdentificeerd.

Lees verder “Gaius Julius Caesar (3): dictator”

Gaius Julius Caesar (2): Gallië

Julius Caesar; portret uit Nijmegen (Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)

[Tweede deel van het op de deze blog onvermijdelijke overzichtsartikel over Julius Caesar. Het eerste deel was hier.]

Het Driemanschap

Gewoonlijk wees de Senaat (d.w.z. de optimates) aan elke consul een provincia toe, dat wil zeggen een mandaat om een bepaalde taak te verrichten. Het hoefde niet per se een militair commando te zijn, al is ons woord “provincie” afgeleid van provincia in de zin van krijgstheater, maar dat was wel wat een consul het liefst had. Omdat Caesars tegenstanders bang voor hem waren, zorgden de senatoren ervoor dat hij de zorg voor de Italische bossen en wouden kreeg toegewezen. De senatoren konden het risico niet nemen dat Caesar aan het hoofd van een leger zou komen staan.

Lees verder “Gaius Julius Caesar (2): Gallië”