Polybios (4): Romes succes

Polybios benadrukt de rol van Tyche (Vaticaanse Musea, Rome)

[Vierde deel in een korte reeks over Polybios van Megalopolis. Het eerste deel was hier.]

Het was gemakkelijk te begrijpen waarom naties floreerden: de belangrijkste (maar niet de enige) verklarende factor was hun staatsbestel. Althans, zo zag Polybios het. Hij legt het uit in zijn fascinerende zesde boek, dat het verhaal over de Tweede Punische Oorlog onderbreekt. Na de Romeinse nederlagen bij het Trasimeense Meer en Cannae en na het verdrag tussen Hannibal en Macedonië, had Rome’s fortuin zijn dieptepunt bereikt, maar de republiek zou zich hernemen en de oorlog uiteindelijk winnen. In het zesde boek legt Polybios uit waardoor de Romeinen zich konden herstellen van een reeks rampen die het bestaan van elke andere natie zou hebben beëindigd. Vandaar dat Polybios een beroemde beschrijving van het Romeinse leger biedt en een al even beroemde beschrijving van het functioneren van de republiek.

Het was destijds niet ongewoon om drie soorten staatsbestel te onderscheiden, alsmede hun drie gedegenereerde tegenhangers:

  • monarchie en despotisme,
  • aristocratie en oligarchie,
  • democratie en ochlocratie (heerschappij door de massa).

Het was ook niet ongewoon om te beweren dat succesvolle staten doorgaans een gemengde staatsvorm hadden. Polybios’ innovatie was het idee dat bekendstaat als anacyclosis. Dit vormde de verklaring voor het feit – eigenlijk: een aanname – dat gemengde staatsvormen beter waren. Polybios gaat ervan uit dat elke heerser op een dag zijn bijzondere positie zal gaan beschouwen als een persoonlijk privilege en zijn eigenbelang zal laten prevaleren boven dat van de staat. Daarom zal een monarchie onvermijdelijk ontaarden in despotie. Een revolutie zal dan de macht geven aan de aristocratie, die door hetzelfde mechanisme op haar beurt corrumpeert tot oligarchie. Deze wordt weer vervangen door een democratie, en wanneer de populisten de macht hebben overgenomen, vragen de mensen om een “sterke man”. Dan is de cyclus weer terug bij af. De gemengde staatsvorm van Rome, met als monarchen de consuls, als aristocraten de senatoren en met volksvergaderingen als democratische instelling, was immuun voor deze cyclus. Dit verklaarde volgens Polybios het succes van Rome.

Of toch niet? Polybios is gewoonlijk een rationeel man. Hij zou gezegd kunnen hebben dat religie de opium is van het volk. Hij zoekt rationele oorzaken om te verklaren waarom dingen gebeuren zoals ze gebeuren. Voor goddelijke interventies is in zijn Wereldgeschiedenis geen plaats. Maar er is wel de factor geluk. De gemengde staatsvorm van Rome kon de gelukkige afwezigheid niet verklaren van Karthaagse troepen toen Scipio Africanus in 210 v.Chr. onverwacht verscheen voor de poorten van Cartagena in Spanje. In een uitweiding over de rol van het toeval erkent Polybios toe dat Vrouwe Fortuna soms ingrijpt.

Het geluk, of Tyche zoals de Grieken haar noemden, speelde uiteindelijk altijd een rol. In de erkenning daarvan is Polybios een man van zijn tijd. Voor veel hellenistische intellectuelen was de cultus van de oude goden niet langer bevredigend, en geschiedschrijvers golden als naïef als ze plaats inruimden voor interventies door Apollo, Zeus, Athena of andere godheden. De hellenistische intellectuelen neigden naar een onpersoonlijk, abstract monotheïsme.

Kleanthes (Ny Carlsberg Glyptotek. Kopenhagen)

Zo had de filosoof Kleanthes (ca.330-ca.230) Zeus geprezen als de “de eerste oorzaak die door de wetten der natuur alles regeerde”. Misschien was deze trend een autonome ontwikkeling binnen het Griekse denken, waarschijnlijk speelden oosterse invloeden een rol: moderne geleerden verschillen van mening. Hoe dat ook zij, Polybios’ gebruik van het abstracte Noodlot als verklaring voor menselijk gedrag is typerend voor zijn tijd, evenals zijn idee dat Tyche diegenen begunstigt die hun best doen om van hun fouten te leren, met wijsheid te handelen en zich te scholen in grote ondernemingen. “Het geluk begunstigt de stoutmoedigen”, had de dichter Semonides geschreven, en Polybios was het daarmee eens.

Maar Tyche kan grillig. Ze had de opkomst van Rome weliswaar verordend, maar ze zou op een dag haar gunsten terugnemen. Niets dat door mensen is gemaakt, zelfs het stabiele Romeinse staatsbestel, is voor eeuwig. Uiteindelijk waren zelfs de machtigste naties ten dode opgeschreven. Een les die Scipio Aemilianus had begrepen. De wijze was dus gematigd als het goed ging, wetend dat het ooit anders zou zijn en dat hij dan was overgeleverd aan degenen die hij ooit mild had behandeld. Hopelijk zouden zij hem dan behandelen met dezelfde voorkomende mildheid.

[Wordt over een half uur afgerond; een overzicht van de reeks over het handboek oude geschiedenis is hier.]

Deel dit: