Maës, de antieke Marco Polo (2)

Een priester en een kind (Dalvarzin Tepa; Archeologisch Museum, Termez)

In het eerste stukje vertelde ik dat Maës was begonnen aan een reis die hem naar de Stenen Toren zou brengen, ergens in Centraal-Azië. Het einddoel was de hoofdstad van China.

Het Parthische Rijk

Ptolemaios noemt in 1.12 diverse plaatsen die Maës heeft aangedaan. Na het oversteken van de Eufraat was hij in het Parthische Rijk. Het reisgezelschap trok eerst door Mesopotamië, waar het de steden Edessa en Nisibis moet hebben aangedaan. Vervolgens bezocht het de Aramees-sprekende bevolking van Assyrië. Dat Ptolemaios niet de later populaire naam “Adiabene” gebruikt voor Noord-Irak, suggereert een vroege datering van Maës’ reis.

Lees verder “Maës, de antieke Marco Polo (2)”

Een Romein over China

Grafmonument uit de Han-periode (Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, Brussel)

Ammianus Marcellinus was een Romeinse oud-officier die tegen het einde van de vierde eeuw na Chr. besloot een geschiedwerk te schrijven. En wat voor geschiedwerk! In de eerst-overgeleverde boeken vertelt hij over opkomst, regering en ondergang van keizer Julianus. Een spannend verhaal. Daarna vertelt hij over de tijd van de keizers Valentianus en Valens. Al even boeiend. Je merkt dat Ammianus probeert zo objectief mogelijk te zijn. Des te jammerder dus dat de eerste helft van het geschiedwerk verloren is gegaan. Ik had graag gelezen wat hij over de crisis van de derde eeuw en de keizers Diocletianus en Constantijn te melden had.

Af en toe is Ammianus wat pedant. Als Julianus besluit op te trekken tegen het Perzische Rijk, moet hij natuurlijk uitleggen wat dat was. Dat zou elke antieke geschiedschrijver hebben gedaan. Maar Ammianus gaat helemaal uit zijn dak en geeft in hoofdstuk 23.6 een overzicht van heel Azië, waarin hij alle informatie propt waarover hij beschikt. Niemand kon hem verslijten voor onbelezen.

Lees verder “Een Romein over China”

Toerist in Fergana

Quwa, standbeeld van Al-Farghani
Quwa, standbeeld van Al-Farghani

Ik ben voor het eerst in Oezbekistan en heb niet de pretentie u met deze stukjes veel wereldschokkende dingen te vertellen. Het zijn maar wat eerste indrukken, en zelfs die zullen u niet veel zeggen. Ik kan wel schrijven dat de weg naar de Kamchik-pas door het Qurama-gebergte me deed denken aan de weg over de Sannine in Libanon, maar dat helpt u vermoedelijk weinig verder en wekt vooral de indruk dat ik lijd aan een acute vorm van name dropping.

Voorbij opgemelde bergpas ligt, in het oosten van Oezbekistan, de Fergana-vallei. Stelt u zich dat niet als een dal voor, want het gaat om een gebied zo groot als Nederland en net zo vruchtbaar. Ik zag er appelbomen, platanen, peppels en moerbeibomen, terwijl er op allerlei plaatsen vrouwen bezig waren katoen te oogsten.

Lees verder “Toerist in Fergana”