De Oude Man van de Berg

De Oude Man van de Berg

Ergens aan het begin van zijn reisverslag, nog vóór hij op weg gaat naar China, vertelt Marco Polo (1254-1324) over de Oude Man van de Berg. Dat is de leider van een sekte. Hij woont in een kasteel met een prachtige tuin, waar mooie meisjes en jongens leven en beekjes zijn waardoor hij wijn laat stromen. Jonge mannen die toetreden tot de sekte, krijgen weleens wat opium en worden dan uit hun roes wakker in de tuin. Ze denken dat ze in het Paradijs zijn. Later kan de Oude Man van de Berg de sekteleden op zelfmoordmissies sturen, die ze gretig vervullen omdat ze weten naar welk Paradijs ze zullen terugkeren als ze bij de aanslag om het leven komen. Uiteindelijk zou de Mongoolse leider Hulagu in 1256 het kasteel hebben ingenomen.

Dat is ongeveer alles wat Marco Polo, die het kasteel ergens in het noordoosten van het huidige Iran plaatst, weet te vertellen over de Oude Man van de Berg. Hij weet ook nog dat de sekte bekendstaat als die van de Assassijnen. Dat is voldoende om vast te stellen dat Marco Polo minimaal vier stukjes informatie in elkaar schuift. Eén daarvan betreft de locatie: in het noordoosten van Iran. Het tweede is het in 1256 veroverde kasteel Alamut, dat ligt in het noordwesten van Iran, ruim honderd kilometer ten oosten van Qazvin. Het derde is de Oude Man, wat niets anders is dan de weergave van het Arabische woord sjeik. En tot slot: de Assassijnen.

Ismaïli’s

Om die te kunnen plaatsen, eerst even terug naar het ontstaan van de islam. Ik heb al eens verteld hoe na de dood van Mohammed (632) twee vormen van leiderschap ontstonden: enerzijds de soennitische kalief, een functie die in handen viel van de Umayyadenfamilie, anderzijds de sji’itische imam ofwel het hoofd van de familie van Mohammed. Achtereenvolgens waren dit Ali, Hasan, diens broer Huseyn (die omkwam in Kerbala), diens halfbroer Ibn Hanafi, Hashim en de zesde imam Jaffar de Rechtvaardige. Na hem splitst de lijn.

  • Enerzijds is er de lijn via een zevende imam Musa naar de achtste, in Mashhad begraven imam Reza. Dit is de shi’itische traditie die in het huidige Iran belangrijk is.
  • Anderzijds is er de lijn die als zevende imam een andere zoon van imam Jaffar erkent, namelijk Ismaïl. Ook deze sji’itische traditie bestaat nog; de huidige Aga Khan is voor ismaïli’s de negenenveertigste imam.

In 1067 bekeerde de Perzische leider Hassan-i Sabah zich tot het ismaïlisme. Die had op dat moment zijn zwaartepunt in Cairo, dus hij bevond zich ergens in de periferie en had speelruimte. Het zal geen toeval zijn geweest dat Hassan-i Sabah, toen de zeventiende imam overleed, partij koos voor een rebel, Nizar. Die werd al snel verslagen, de Perzische ismaïli’s bleven hem trouw, en konden zo een de facto autonome staat beginnen.

De residentie was het zojuist genoemde bergkasteel Alamut. Een aanval van de door koning Malik Shah gestuurde vizier Nizam al-Molk (deze) had geen succes en daarna bleef Hassan-i Sabah, de Oude Man van de Berg, regeren tot zijn dood in 1124.

Alamut

Assassijnen

Hassan-i Sabah werd opgevolgd door enkele officieren, die niet alleen regeerden over het noordwesten van het huidige Iran, maar ook gezag verwierven in Syrië. Daar was het inmiddels in troebel water goed vissen. Eerst waren de Turkse Seljuken gekomen, die Anatolië hadden ontnomen aan het Byzantijnse Rijk. Vervolgens waren de Kruisvaarders aangekomen, die in Edessa, Antiochië en Jeruzalem hun gezag hadden gevestigd. Ze veroverden nog meer steden, waaronder Tripoli. Ik vertelde al hoe onder Raymond van Saint-Gilles en Pons van Tripoli een apart graafschap ontstond.

De Syrische tak stond onder leiding van Abu Mohammed, die in zich vestigde in het kasteel van Masyaf, een dagreis ten westen van Hama. Over hem straks meer.

Voor het moment vat ik even samen:

  • eerst was er de splitsing van soennieten en sji’ieten,
  • de laatsten splitsten in de groep die momenteel in Iran belangrijk is en de ismaïli’s,
  • de ismaïli’s vonden eind elfde eeuw een leider in de persoon van Hassan-i Sabbah,
  • en deze zogenaamde nizarische ismaïlieten kregen weer een tak in het westen van Syrië.

Ze noemden zichzelf fedayin, “degenen die zichzelf opofferen”, en ook wel asasiyyun, “de principegetrouwen”. Wij kennen ze als Assassijnen. Dat die naam zou zijn afgeleid van hashshashin. “hashgebruikers”, is leuk bedacht en zal wel iets te maken hebben met Marco Polo’s verhaal over opium, maar is onjuist. Al was het maar omdat opium wordt gewonnen uit papaver en hash van hennep.

Morgenochtend meer.

Deel dit:

4 gedachtes over “De Oude Man van de Berg

  1. Frans Buijs

    En omdat je, als ik op mijn eigen ervaring af mag gaan, eerder duf wordt van hasj dan dat je er moordneigingen van krijgt. Met opium heb ik geen ervaring, maar voor zover ik weet word je daar ook niet super aggressief van.

  2. Huibert Schijf

    Bernard Lewis schreef in 1967 The Assassins. De blurb vermeldt: “The Assassins were the first group to make planned, systematic, long-term use of murder as a political weapon, and their ideals and methods have since found many imitators.” Nu is Lewis een controversieel schrijver als het het over de Islam en de geschiedenis van Turkije gaat, maar dit boek maakt op mij een degelijke indruk. Ben dus wel benieuwd naar het hierboven besproken boek.

  3. “Ze noemden zichzelf fedayin, “degenen die zichzelf opofferen”, en ook wel asasiyyun, “de principegetrouwen”. Wij kennen ze als Assassijnen. Dat die naam zou zijn afgeleid van hashshashin. “hashgebruikers”, is leuk bedacht”

    Je komt dat laatste echt overal tegen. Wat is de bron voor ‘asasiyyun’?

Reacties zijn gesloten.