Theodoric

Het graf van Theodoric in Ravenna.

Twitter, dat was ooit leuk, tot schreeuwlelijkerds er de toon gingen zetten en Elon Musk er de macht overnam. Evengoed stonden er best leuke dingen, zoals de vier draadjes die de Gentse oudhistoricus Jeroen Wijnendaele in 2021 en 2022 postte over de Late Oudheid. Hier is de laatste, over Theodoric, voor u vertaald in het Nederlands. Het origineel is hier.

***

1. Op deze dag in 526 na Chr., stierf Theodoric. Niet alleen had hij verschillende niet-Romeinse gemeenschappen en krijgsbenden omgesmeed tot één volk, de Ostrogoten, hij had ook Laat-Romeins Italië omgevormd tot het meest formidabele westerse koninkrijk van de vroege zesde eeuw.

Jeugd

2. Theodoric is rond 454 ergens in Midden-Europa (in Pannonië?) geboren, op een moment waarop deze regio verkeerde in een machtsvacuüm. Attila was in 453 gestorven en zijn zonen waren niet in staat het Hunnenrijk bij elkaar te houden. Dat resulteerde in de opstand van verschillende gemeenschappen tegen de Hunse overheersers.

Lees verder “Theodoric”

Opgejaagde jager

Opgejaagde jager (Museum van Kyrene)

Prachtig hè, dit mozaïek. Ik fotografeerde het in het museum in Kyrene in noordoostelijk Libië. Kijk eens hoe mooi het paard is en hoe schattig de hond. Het is een en al actie: de jager galoppeert naar huis, de deur staat al open, de boom strekt zich verwelkomend naar hem uit. De moedertijger heeft echter de achtervolging ingezet om de jachtbuit, haar jong, terug te krijgen. De plant tussen haar en de jager buigt naar links en voegt toe aan de dynamiek.

Vraag één: wat is dit van dier? Gestreept, dus een tijgerin. Maar tijgers komen niet voor in Afrika. Bovendien is dit dier grauw en zijn tijgers geelbruin. Luipaarden kwamen wel voor in Libië, maar die hebben een gevlekte huid en zijn ook al niet grauw. Ik houd het tot nader order op een tijgerin, maar voor wie verstand heeft van katachtigen staan de reageerpanelen open.

Lees verder “Opgejaagde jager”

De Nabateeërs van Petra

Een Nabatees portret uit Mada’in Salih (Archeologische Musea, Istanbul)

Voor ik het met u kan hebben over de Nabateeërs, een Arabische stam in zuidelijk Jordanië en het noordwesten van Saoedi-Arabië, moeten we het eerst hebben over de Assyriërs. In de loop van de negende en achtste eeuw v.Chr. onderwierpen die grote delen van de Levant. Na 612 v.Chr. namen de Babyloniërs de macht over in het Nabije Oosten. Zij annexeerden de koninkrijkjes die nog ontbraken aan het oosterse wereldrijk: Juda in 587, Ammon en Moab in 582, Edom in 553. Koning Nabonidus trok daarna verder naar de oase Tayma en bereikte uiteindelijk Yatrib, het huidige Medina.

Daarmee kwam een einde aan een reeks kleine IJzertijdstaten, zonder dat er duidelijk nieuw gezag was. De bewoners hergroepeerden en verplaatsten zich. De bewoners van Edom lijken naar het noordwesten getrokken en in het gebied dat ze achterlieten treffen we de Nabateeërs aan. In een jong deel van het boek Jesaja lezen we dat “Nebajoth” kwamen offeren in Jeruzalem (60.7). We weten niet zeker of dat Nabateeërs zijn, maar het zou kunnen.

Lees verder “De Nabateeërs van Petra”

Middeleeuws Jeruzalem

Rotskoepel, Jeruzalem

[Dit is het laatste van drie blogjes over wat een toerist kan bekijken in Jeruzalem. Het eerste was hier.]

Middeleeuwen

Met de Middeleeuwen kom ik buiten mijn specialisme, maar ik wil toch nog wat dingen noemen. Uit deze tijd zijn immers ook allerlei bouwwerken en monumenten bekend die je als toerist niet wil missen.

Aan het kerkje van het graf van Maria, even buiten de stad, heb ik speciale herinneringen. We wandelden er met een groepje geen werkelijk overdreven religieuze mensen binnen, maar iedereen werd tegelijk stil en bleef luisteren naar de monnik die er aan het zingen was. Maria is hier vanzelfsprekend niet begraven geweest. Hier is echter wel het graf van koningin Melisende, een van de machtigste vrouwen uit het Koninkrijk Jeruzalem.

Lees verder “Middeleeuws Jeruzalem”

Romeins Jeruzalem

Laat-Romeins Jeruzalem op een mozaïek uit Madaba

[Dit is het tweede van drie blogjes over wat een toerist kan bekijken in Jeruzalem. Het eerste was hier.]

Vroeg-Romeins Jeruzalem

Waren de archeologische resten van Jeruzalem tot nu toe nogal schaars, dat verandert in de Romeinse tijd. Vazalkoning Herodes de Grote, aan de macht gekomen in 40 v.Chr. en overleden rond 5 v.Chr., heeft enorme bouwwerken laten construeren. In het westen was de Toren van David zijn residentie en later zou dit het paleis zijn van de Romeinse gouverneur. Het ooit door de Perzen gebouwde fort werd verbouwd en is bekend geworden als de Burcht Antonia. Dit is de huidige Umariyya-school. Ga erheen en geniet van het mooiste uitzicht op de Rotskoepel dat je kunt krijgen.

Herodes liet in 20 v.Chr. de tempel uit de Perzische tijd slopen en zette er een nieuwe voor in de plaats. Daartoe moest het tempelterras worden uitgebreid; de muren zijn nog altijd zichtbaar en de Klaagmuur is daarvan natuurlijk het bekendste deel. De Al-Aqsa-moskee staat op de plek van de oude vergaderzaal van het Sanhedrin, voltooid in 30 na Chr., en de Rotskoepel staat ongeveer op de plek van Herodes’ tempel – maar mogelijk net niet helemaal. Opgraven is niet mogelijk maar de waterreservoirs in het tempelplein zijn bekend en het is denkbaar dat de tempel iets zuidoostelijker heeft gelegen. Er is goede uitleg in het Davidson-centrum.

Lees verder “Romeins Jeruzalem”

Raymond III van Tripoli (1)

Munt van het graafschap Tripoli (Bodemuseum, Berlijn)

Ik liet u gisteren achter met een totaal geïsoleerde graaf Raymond II van Tripoli. Hij bezat geen leger meer en had de verdediging van zijn graafschap uitbesteed aan de Hospitaalridders en de Tempeliers. Zelf was hij ongeloofwaardig geworden door samen te werken met Nur-ad-Din: een schending van de solidarité chrétienne die de Kruisvaarders, ondanks al hun ruzies, meestal handhaafden. In 1152 stierf hij door moordenaarshanden. Zijn minderjarige zoon Raymond III erfde een vrijwel failliete boedel, werd vervolgens een van de machtigste mannen in de Levant en eindigde met de reputatie verantwoordelijk te zijn voor de nederlaag die de Kruisridders leden bij Hattin.

Raymond III wordt graaf

Een geluk bij een ongeluk was de aanwezigheid van koning Boudewijn III in Tripoli op het moment van de moord op Raymond II. Hij wees de weduwe, gravin Hodierna, aan als regentes en eiste eden van trouw, die de mensen in Tripoli al snel aflegden. Tegelijkertijd vielen de Tempeliers, die wraak wilden nemen voor de moordaanslag, de Assassijnen aan. Ze hadden enorm succes en legden hun vijanden een schatting op. Die zou nog belangrijk worden.

Lees verder “Raymond III van Tripoli (1)”

Raymond II van Tripoli

De Krak des chevaliers, door Raymond II overgedragen aan de Hospitaalridders

In juni blogde ik over het ontstaan van het graafschap Tripoli, een kruisvaardersstaat in het noorden van Libanon. Ik beschreef hoe Raymond van Saint-Gilles het beleg voor de belangrijke havenstad had opgeslagen en hoe Bertrand van Toulouse de stad innam. Ook vertelde ik al hoe Pons van Tripoli heerste over een onafhankelijk graafschap, gelegen op een plek waar noch de prins van Antiochië noch de koning van Jeruzalem zijn gezag kon doen gelden. Koning Fulco V van Anjou, die Pons tot de orde wilde roepen, slaagde daar niet in. De vrede werd hersteld en Pons’ zoon Raymond trouwde met Hodierna, uit de koninklijke familie van Jeruzalem.

Evengoed had het graafschap in het conflict met Fulco soldaten, kapitaal en prestige verloren, en daar bleef het niet bij. In de jaren na 1132 vestigden de Assassijnen hun gezag in het westen van Syrië. Hun voornaamste vesting was Masyaf, dat ooit schatting had betaald aan de graven van Tripoli, en daarmee ophield. Weer een financiële aderlating. In 1137 trok Bazwaj, de militaire leider van Damascus, over de Libanon en sloeg het beleg op voor Tripoli. Hij kon de stad niet nemen, maar hij versloeg Pons, die de bergen invluchtte. Bergbewoners namen hem gevangen en leverden hem uit aan Bazwaj, die hem executeerde.

Lees verder “Raymond II van Tripoli”

Pons van Tripoli

De zuidgrens van het graafschap Tripoli. Dromedarissen waden door de monding van de Nahr al-Kalb; de kaap erachter is nauwelijks te passeren (schets van Joseph Bonomi, 1834).

Ik vertelde al over de kruisvaarder Raymond van Saint-Gilles, die in het noorden van Libanon een graafschap voor zichzelf was begonnen. Toen hij in 1105 sneuvelde, ontbrak alleen de hoofdstad Tripoli nog, maar zijn zoon Bertrand wist die in te nemen. Daarvoor had hij zich weliswaar moeten verplichten tot leenhulde aan koning Boudewijn I van Jeruzalem, maar keizer Alexios I Komnenos in Constantinopel en emir Toghtekin van Damascus erkenden hem als zelfstandig. Tot zover was ik gistermorgen gekomen.

De jeugd van Pons van Tripoli

Graaf Bertrand bezweek op 3 februari 1112 aan een ziekte, waarna enkele voorname officieren het regentschap aanvaardden voor zijn minderjarige zoon Pons van Tripoli. Dus niet zijn moeder, zoals we zouden hebben verwacht. Het is jammer dat we niet veel meer weten over de regenten, want ze namen het cruciale besluit Pons op te laten nemen onder de ridders van prins Tancred van Hauteville in Antiochië. Dat komt als verrassing na het conflict in 1109, waarin Pons’ vader tegenover de Antiochenen had gestaan en zich had geplaatst onder bescherming van koning Boudewijn van Jeruzalem.

Lees verder “Pons van Tripoli”

Het Byzantijnse Rijk (3): Diminuendo

Alexios I Komnenos (Chora-kerk, Istanbul)

In mijn eerste blogje over het Byzantijnse Rijk gaf ik een algemene typering. In het tweede schetste ik de vroege bloeiperiode, de door de Avaren en Arabieren ingeleide crisis en het herstel onder de Macedonische dynastie. Op deze bloeiperiode volgde een periode van verval: de laatste van de drie perioden waarin historici het millennium van Byzantijnse geschiedenis onderverdelen.

Crisis

Door de val van Sirmium was de landweg tussen Constantinopel en West-Europa afgesloten en het Byzantijnse Rijk, met zijn eeuwige grensconflicten in het oosten, ontwikkelde zich anders dan de koninkrijken in het westen. Er bleven handelscontacten, veelal via Italiaanse steden als Amalfi en Venetië. Geleidelijk aan kregen die meer invloed, zodat de handel in de Byzantijnse wereld niet langer het monopolie was van de Byzantijnen zelf. De beginnende handelsconflicten werden aangewakkerd toen de paus en de patriarch van Constantinopel in 1054 elkaar verketterden over de natuur van de Heilige Geest. Een volgend probleem was de opkomst van Byzantijnse aristocratische families, die maar weinig bereid waren hun privébelangen ondergeschikt te maken aan het algemeen belang.

Lees verder “Het Byzantijnse Rijk (3): Diminuendo”

Het Byzantijnse Rijk (2): Bloei

Mozaïek uit de Hagia Sofia

[Tweede van drie blogs over het Byzantijnse Rijk. Het eerste was hier.]

De Byzantijnse geschiedenis begint op het moment dat de Romeinse keizers Constantinopel in gebruik namen als voornaamste keizerlijke residentie. Wie een datum zoekt, zou 11 mei 330 kunnen noemen, maar iedereen begrijpt dat het niet op een dag eerder of later steekt. De geschiedenis eindigt in elk geval op een heel precies moment: op 29 mei 1453. Toen veroverde de Ottomaanse sultan Mehmet II de stad. Ik blogde er al eens over. Historici verdelen het tussenliggende millennium in drie perioden.

Justinianus

De eerste daarvan, van 330 tot 867, is te typeren als ontstaan, crisis en voortbestaan. Tijdens de regering van Justinianus (r.527-565) deden de Byzantijnen een laatste poging de westelijke provincies van het voormalige Romeinse Rijk te heroveren. Dit plan slaagde grotendeels: generaal Belisarius heroverde de rijke provincies in Italië en Afrika, de steden in Libië verjongden (de Ananeosis) en Byzantijns goud kocht invloed in Frankisch Gallië en Visigotisch Spanje. De hervonden eenheid werd gevierd met de bouw van de kerk van de Heilige Wijsheid, de Hagia Sofia, in Constantinopel. De prijs voor de hereniging was echter hoog. Justinianus moest de Sasanidische Perzen afkopen en kreeg te maken met stevig verzet, bijvoorbeeld in Ostrogotisch Italië.

Lees verder “Het Byzantijnse Rijk (2): Bloei”