
Ik schreef gisteren over de oorsprong van de samaritanen en vatte samen dat de cultus van JHWH altijd wijdverbreid is geweest en diverse cultusplaatsen heeft gehad. In de zevende eeuw v.Chr. begon Jeruzalem echter te claimen de enige échte tempel te hebben van de enige werkelijk vererenswaardige godheid. Dit werd gecodificeerd in de Wet van Mozes en dan met name het Bijbelboek Deuteronomium, dat samen met het Deuteronomistisch Geschiedwerk het begin vormt van wat we het jodendom kunnen noemen. Niet iedereen, zo schreef ik, ging mee met deze vernieuwing. Ik bracht Elefantine in herinnering en vertelde dat ook elders oude tradities bleven bestaan, die ertoe leidden dat, toen de noordelijke JHWH-vereerders de Wet aanvaardden, ze daarin enkele wijzigingen aanbrachten.
Tempelbouw
Als jaartal noemde ik “na 500 v.Chr.”. Dat was omdat ik even geen zin had in een discussie over het ontstaan van de Wet van Mozes,. Dat is een mijnenveld. Toch kunnen we iets preciezer zijn. Vlak voor 330 v.Chr. was er verdeeldheid onder de priesters van Jeruzalem en verschillende families verlieten de stad. Volgens Flavius Josephus vestigden zich in Samaria, een belangrijk bestuurscentrum in het toenmalige Perzische Rijk. Daar kregen ze in 332 v.Chr. van de Macedonische veroveraar Alexander de Grote toestemming om een eigen tempel te bouwen op de berg Gerizim, vlakbij Sichem, een paar kilometer ten oosten van Samaria. Archeologisch is de vastgesteld dat Sichem rond dit moment werd herbouwd.
Er waren joodse tempels in Egypte en vermoedelijk ook in Babylonië. In het antieke denken was het sowieso ongebruikelijk voor een godheid maar één tempel te hebben. De eredienst in Sichem was echter te dicht bij Jeruzalem om voor de autoriteiten daar aanvaardbaar te zijn. Terwijl de priesterlijke families in Sichem met wrok keken naar het zuiden, keken de families in Jeruzalem met wrok naar het noorden. Vanaf nu zouden de twee groepen uit elkaar groeien.
Kosmopolitisme
Dat kon ook makkelijk. Samaria, meer kosmopolitisch dan Jeruzalem, had talloze heidense bewoners. Niet alle Samarianen waren samaritanen, zoals ook niet alle samaritanen Samarianen waren. De heidense gewoontes zullen die van hun JHWH-aanbiddende medeburgers echter wel hebben beïnvloed. Dat een Flavius Josephus de samaritanen typeert als heidenen die het jodendom onvolledig hadden meegekregen, is dan ook een begrijpelijk misverstand.
Opvallend is de verschillende reacties op het optreden van de Seleukidische koning Antiochos IV Epifanes, die cultische hervormingen eiste. In het zuiden organiseerde Judas de Makkabeeër een opstand die leidde tot een reiniging van de tempel in Jeruzalem, maar in het noorden waren de mensen van Samaria, minder bereid tot opstand.
Weer een stap verder: toen het zuidelijke tempelstaatje zich had ontdaan van de Seleukidische heerschappij, keerde het zich tegen de noordelijke concurrent. Hogepriester Johannes Hyrkanos (r.134-104) veroverde Samaria en liet de tempel op de Gerizim onmiddellijk verwoesten. Ook dit is archeologisch bevestigd. De bewoningen van het nabijgelegen Sichem kwam in het laatste kwart van de tweede eeuw ten einde.
De Romeinse tijd
Vanaf nu waren er twee groepen monotheïsten, die elkaar geen haarbreed gunden. Enerzijds waren er de joden, gefocust op de tempel in Jeruzalem, en anderzijds de samaritanen, die zich concentreerden op de berg Gerizim. En zoals er joden buiten Juda waren, zo was er ook een samaritaanse diaspora. We kennen bijvoorbeeld samaritanen uit Delos, Thessaloniki en Syracuse.
De leden van de samaritaanse geloofsgemeenschap droomden van het herstel van hun heiligdom. In 36 na Chr. bezetten de bewapende volgelingen van een man die meestal “de samaritaanse profeet” wordt genoemd, de berg Gerizim. Gouverneur Pontius Pilatus verspreidde de menigte. Tijdens de Joodse Oorlog van 66-70 bestormde het Vijfde Legioen Macedonica de berg Gerizim en maakte daarmee een einde aan een nieuwe poging de tempel te herbouwen.
Maar tempel of niet, het hogepriesterschap, dat bij de joden werd afgeschaft, bleef bestaan. Rond 300 reorganiseerde een hogepriester genaamd Baba Rabba de samaritanen en hun ideeën. Mede hierdoor floreerde de geloofsgemeenschap in de Late Oudheid, met synagogen in Palestina en daarbuiten.
Late Oudheid
Desondanks was de positie van de samaritanen niet geweldig. Het Romeinse Rijk onderdrukte hen omdat ze geen christenen waren, de joodse wereld nam hen niet serieus omdat ze niet hoopten op herstel van een tempel in Jeruzalem maar op de berg Gerizim. Achtergesteld als ze waren, kwamen ze in de zesde eeuw weleens in opstand. Die opstanden eindigden met veel bloedvergieten en vormden het begin van de neergang van het samaritanisme.
In de tweede helft van de twintigste eeuw is de samaritaanse gemeenschap onverwachts weer gaan groeien. Waren er in 1948 nog precies 250 Samaritanen, in 2019 waren er 820 in Israël en op de Westelijke Jordaanoever. De voornaamste woonplaatsen zijn Holon bij Tel Aviv en Nablus. De huidige hogepriester heet Aabed-El V.
In de tweede helft van The Parisian van Isabelle Hammad gebaseerd op haar familiegeschiedenis, vond ik veel informatie over het leven van de Samaritanen in en bij Naplouse in de periode 1920-1940.
Toch is hun demografische toekomst allesbehalve veilig, ze moeten steeds meer partners buiten de gemeenschap zoeken, wat ook in de documentaire van Alush aan de orde komt.
Dat monotheïsme heeft natuurlijk wel heel veel hele grote problemen veroorzaakt. Dat is het probleem van religie: de mensen slachten
elkaar af om iets wat uit de duim is gezogen. De Reformatie wordt tegenwoordig gezien als twee eeuwen oorlog. En zie nu het M-Oosten …
Wel weer typerend dat u voor een modern voorbeeld een eind buiten de deur kijkt en niet relatief dicht bij huis (minder dan 400 km).
https://nl.wikipedia.org/wiki/The_Troubles
Dankzij Engelse conservatieven kan dat zo maar weer opleven.
Ik ben oud genoeg om me te herinneren dat leerlingen van katholieke en protestante lagere scholen met elkaar op de vuist gingen; (mijn) openbare school deed niet mee.
Overigens, nu IS verslagen is en Israel zich afzijdig houdt, zijn het in het MO vooral geloofsgenoten (soennieten) die elkaar afmaken. Het zal toen ook wel het geval zijn geweest: gewapende conflicten zijn nooit alleen maar religieus. Dat komt uiteraard doordat georganiseerde religie per definitie politiek is. Wel kunnen we zeggen dat religie (want fanatieke hindoes en boeddhisten kunnen er ook wat van) nooit een dempend effect heeft; religieuze betrokkenheid leidt netto altijd tot radicalisering.
Ja, dat is zo. Ik noemde overigens ook de Reformatie, dat was een Europese oorlog.
FrankB: probeer je alsjeblieft te onthouden van zinnen als “typerend voor u”. Je kunt het ook inleiden met “Een modern voorbeeld, ook wat dicherbij, is…”
Het is me overigens niet ontgaan dat je Martin blijft aanspreken met u. Dat waardeer ik, temeer daar ik zelf iedereen tutoyeer.
In mijn beleving is het gebruik van de u-vorm op het internet bepaald geen teken van beleefdheid of respect. Die aanspreekvorm heeft doorgaans dezelfde functie (en ook hetzelfde effect) als de dikke staart van een boze kat.
“Vanaf nu waren er twee groepen monotheïsten, die elkaar geen haarbreed gunden.”
Een steeds weer terugkerend thema in de westerse geschiedenis.
Dat kan ook haast niet anders: zodra je gaat zeggen: er is maar één God en dat is die van mij, is er geen ruimte meer voor andersdenkenden. En als er dan twee mensen zijn die dat zeggen… Geloof zelf is het probleem niet, mensen die overtuigd zijn van hun eigen gelijk zijn het probleem.
De vraag is altijd: waar is die overtuiging op gebaseerd? Veel mensen begrijpen niets van statistiek; als iets niet 100% bewezen is dan betekent het niets, dat soort dommigheid. Dat zien we nu bij de Corona crisis; beslissingen worden genomen op de basis van statistieken en medische inschattingen, gewoon omdat vaak geen betere informatie voorhanden is.
Klopt. Ook het idee “er is géén god” laat geen ruimte en kan bij zeer overtuigde aanhangers tot vervelend gedrag leiden.
Gisterenavond zag ik op tv Nederlandse aanhangers van “QAnon”; het leek alsof iemand de deuren van het gekkenhuis had open gezet. Er zou een geheime elite van pedofielen en baby-opeters zijn, blijkbaar verstopt in zogenaamde pizzeria’s. In de VS was er zelfs een psychoot die met een geweer een pizzeria is binnengegaan om de daar gevangen gehouden kindertjes te bevrijden. Nooit geweten dat er zoveel debielen in het openbaar rondlopen. Er moet meer geld naar de psychiatrie en de GGD! En het atheïsme is in de eerste plaats een politieke anti-beweging. In Nederland is godsdienst feitelijk irrelevant, dus dan is atheïsme hier ook niet nodig. We hebben ook geen beweging tegen de astrologie nodig, die gekkigheid kan gewoon genegeerd worden.
Ik bedoelde GGZ; ik kom daar nooit.
Je mag mijn collectie dwaasheid over de Oudheid weleens komen bekijken. De Oudheid wordt steeds als amusement gebracht, oudheidkundigen zijn dat gaan meespelen en weten niet beter, en het vak komt vaker verkeerd dan goed in het nieuws. In de zin dat de emancipatie van de idioot zich in mijn vak als eerste heeft voltrokken, is de neergang van de oudheidkunde de generale repetitie geweest voor de neergang van de wetenschap.
ZIjn de oudheidkundigen die dat meespelen idioten of is er iets anders aan de hand? Denken ze misschien dat het als amusement moet worden gepresenteerd omdat er anders geen belangstelling voor is? Je hebt al eens geblogd over de moeilijke positie van de alfa wetenschappen. De moderne mens heeft veel afleiding door TV en Internet (passief amusement, dus), dan kan het moeilijk zijn om aandacht te trekken met puur academische onderwerpen waar de mensen moeite voor moeten doen – je kunt beter een Instagram influencer worden. Het is geen wonder dat de politiek daarop reageert. Laag opgeleiden hebben ook stemrecht. Het is geen geheim dat Baudet vooral laag opgeleiden aantrekt.
Waarom lieten de Romeinen een heropbouw van de tempel op Gerizim niet toe? Ze waren meestal vrij tolerant tegenover andere culten.
Werd dit samaritaanse monotheïsme met politieke rebellie geassocieerd? Of liet Pilatus zich hier voor de kar van zijn joodse bevolking spannen?
De Romeinen waren niet tolerant – het interesseerde ze domweg niet. Het Romeinse Rijk was een netwerk van elites. De tempelelite in Jeruzalem bepaalde wat er in religieus opzicht gebeurde. Als die zeiden “geen samaritanisme”, dan was dat het laatste woord, zoals ook een arrestatie door Kajafas voldoende was om Pilatus te doen besluiten Jezus te laten kruisigen.
Met andere woorden: jullie doen maar wat jullie niet laten kunnen, als wij er maar geen last van hebben. Volgens mij is het verschil tussen onverschilligheid en tolerantie helemaal niet zo groot.
Ik vraag me wel eens af of Het Boek van de monotheïstische godsdiensten niet een grote rol speelt bij het ontstaan van godsdiensttwisten en -oorlogen. Zodra iets gedrukt is, staat het voor ‘eeuwig’ vast, zodat aan de waarheid niet meer te tornen valt. Met Het Boek in de hand, kan men bewijzen dat de ander fout is. Daar komt nog bij dat de meeste gelovigen hun eigen boek niet goed kennen, c.q. verkeerd interpreteren.
Ik herinner mij mijn grote verbazing in de Koran te lezen dat gelovigen zich niet moesten verenigen.
(In de vertaling die ik heb) Soera 31, 13: Verenig geen anderen in de aanbidding met Allah. Het verenigen van anderen in de aanbidding van Allah is zeker een grote fout. (In andere vertalingen wordt ook wel de term ‘genoten’ gebruikt)
Blijkbaar vreesde Mohammed, c.q. Luqman de gevaren van georganiseerde gelovigen c.q. fanatici.
Ik denk dat het een nuance anders ligt: de noodzaak één stelsel van geloofsovertuigingen (een orthodoxie, een orthopraxie) is het probleem. Het boek is een van de middelen om daarover te communiceren. De Spaanse Inquisitie was een andere, uiterste uiting.
Die laatste zin is ook weer een interpretatie, door een 21ste-eeuwse bril.
Boeken hebben inderdaad de neiging om nogal wat gewicht aan hun inhoud toe te kennen, ten koste van andere versies. Zo hebben de gebroeders Grimm sprookjes zowel gered als verengd: de versie die zij optekenden, is dwingend geworden. Dat merk ik toch bij mijn leerlingen in de klas.
Het valt wel mee met die eeuwige waarheid waar niet aan getornd mag worden, hoor. Omdat de bijbel een verzameling boeken is, staat hij vol inconsequenties. Die moesten weggeredeneerd of verklaard worden. Bijbelstudie heeft dan ook een belangrijke rol gespeeld bij de ontwikkeling van tekstwetenschap, iets waar ook de geschiedwetenschap voordeel mee heeft gedaan.
Het is hier niet de juiste plaats om uitvoerig op uw reactie in te gaan. De punten die u noemt, o.a. interpretatie, bijbelstudie c.q. -kritiek worden nu juist behandeld door Hans Achterhuis, in zijn boek Erfenis zonder testament. Maar bij hem leiden ze tot een totaal andere uitkomst.
Ik kan het u aanraden.
“Zo hebben de gebroeders Grimm sprookjes zowel gered als verengd: de versie die zij optekenden, is dwingend geworden.”
De Grimms leefden vroeg in de 19e eeuw, toen het de bedoeling was om een duitsnationale cultuur te creëren. Daarom zijn ze Duitse sprookjes en volksliedjes gaan verzamelen.
https://nl.wikipedia.org/wiki/Des_Knaben_Wunderhorn
José A. Pagola in Jesus: An Historical Approximation schrijft het volgende (Google vertaling + enkele correcties)
n 56 p. 145 De Samaritanen waren afstammelingen van de Assyrische veroveraars en de Israëlitische vrouwen die niet naar Assyrië werden gedeporteerd na de vernietiging van het noordelijke koninkrijk in 721 v.Chr. De joden die in 537 v.Chr. uit de Babylonische ballingschap terugkeerden. sloten hen uit van het “uitverkoren volk” en lieten hen niet deelnemen aan de wederopbouw van de tempel, vanwege hun onzuivere oorsprong en hun lakse observatie van de joodse religie. Er was een spreekwoordelijke tegenstelling tussen de Joodse tempel in Jeruzalem en het Samaritaanse centrum van aanbidding in Gerizim.
De haat tussen de twee groepen nam toe tussen de jaren 6 en 9 n.Chr., toen op de vooravond van het Pascha een groep Samaritanen menselijke beenderen in de tempel verspreidde, waardoor deze onrein werd voor elke viering.
Is deze beschrijving over de oorsprong van de Samaritanen geloofwaardig?
Nee, ik de claim dat de samaritanen afstammen van gedeporteerden is een antieke manier om ze uit te schelden. Zie het vorige stukje.
Ik begrijp nog steeds niet hoe dat bewezen is. Er zijn dus vier verklaringen voor het schisma: de Samaritaanse, de splitsing Israel/Juda na Salomo, deportatie door Assyriër en de afvallige priester van Josephus. De oudste bronnen zijn de splitsing Israel/Juda na Salomo en de deportatie door Assyriërs zijn beide al in de dode zee rollen. Een van die verhalen (deportatie door Assyriërs) word door Josephus als verklaring aangegeven en hij vertelt het verhaal over de afvallige priester die van Jerusalem naar Samaria gaat, wat volgens hem na het ontstaan van de Samaritanen gebeurde.
In het vorige stukje worden drie verklaringen verworpen (de Samaritaanse, de splitsing Israel/Juda na Salomo, deportatie door Assyriër) omdat de pentateuch pas rond 500 v.Chr. klaar was en daarna pas in Joods/Samaritaanse versie verdeeld werd. En dan word Josephus verhaal over de afvallige priester aangegeven als de oorzaak van het schisma, volgens de enige bron niet de oorzaak, omdat het na 500 v.Chr. was.
Dat de Assyriërs zo veel mensen heen en weer deporteerden tot ze zelf hun eigen taal niet meer spraken is toch denk ik behoorlijk goed bewezen, dat de Assyriërs Samaria veroverden ook. Natuurlijk gebruikten de joden die afstamming om te schelden, maar dat zegt nog niet of het waar of onwaar is. Ik snap dat de bronnen religieus gemotivert en niet erg betrouwbaar zijn, maar niet dat ze bewezen onwaar zijn. Waar is daar het bewijs voor?