De Brief van Jakobus

Jakobus de Rechtvaardige (fresco uit de Mar Saba-kerk in Eddé)

Het christendom, zo beweerde men tot in de jaren tachtig, is ontstaan doordat Paulus het joodse geloof van Jezus verving door een geloof in Jezus, waardoor ook niet-joden op de naderende dag des oordeels konden worden gered. De publicatie van de Dode-Zee-rol die bekendstaat als 4QMMT en het Nieuwe Perspectief op Paulus weerlegden deze visie. We zoeken de oorzaak van het scheiden der wegen nu eerder bij Domitianus’ harde toepassing van de Fiscus Judaicus.

Feit blijft dat Paulus niet-joden uitnodigde bij het Verbondsvolk. Niet iedereen dacht daar zo over en ook hun stemmen klinken in het Nieuwe Testament, zoals in de Brief van Jakobus. Er is wel geopperd dat de auteur de broer van Jezus is geweest, de Jakobus de Rechtvaardige die in 62 in opdracht van hogepriester Ananos II is gestenigd. Als het waar is, hebben we meteen terminus ante quem voor de brief.

Lees verder “De Brief van Jakobus”

Het scheiden der wegen

Het is er twee weken niet van gekomen, maar meestal gebruik ik de zondag voor een stukje over het Nieuwe Testament. Ik probeer dat te lezen vanuit zijn joodse context. Niet dat ik iets tegen het hedendaagse christendom heb, maar ik ben historicus en wil de oude teksten lezen als onderdeel van toenmalige discussies, verwijzend naar toenmalige situaties en als deel van de toenmalige ideeënwereld. Als iemand voor 2022 inspiratie aan de Bijbel wil ontlenen, prima, maar als historicus ga ik daar niet over.

Dat gezegd zijnde: het is natuurlijk niet zo dat de Grote Historische Waarheid zich openbaart zo snel je een tekst leest of een vondst bekijkt. De schaarse oudheidkundige data veronderstellen interpretatie en daarbij doet je perspectief ertoe. De perfecte formulering van mijn perspectief vond ik onlangs in de titel van een boek: The Judaisms of Jesus’ Followers (2017). Ik wou dat ik die formulering zelf had bedacht, maar de Amerikaanse rabbijn Juan Marcos Bejarano Gutierrez was me voor. Het boek is wat klungelig uitgegeven maar biedt een prima geschiedenis van de volgelingen van Jezus die de Wet van Mozes bleven onderhouden.

Lees verder “Het scheiden der wegen”

Daniël De Waele, Ontluikend christendom

Een religieuze stroming in een uithoek van het Middellandse-Zee-gebied groeit uit tot de dominante religie van een imperium: de opkomst van het christendom is een van grote verhalen uit de Oudheid. Hierbij trekken twee vernieuwingen de aandacht. De eerste is het idee dat wie Christus vereerde, niet ook andere hemelse machten mocht vereren. In een wereld waarin iedereen zelf uitmaakte welke goden (meervoud) hij of zij vereerde, was dit ongebruikelijk. Nog eind vierde eeuw waren er mensen als generaal Bacurius, die in het ene gezelschap gebeden uitsprak voor Christus en in een ander gezelschap voor de oude goden. Dat was niet hypocriet, maar zoals het altijd was gegaan.

De tweede vernieuwing is de opvatting dat er één juiste manier zou bestaan om te denken over de goddelijkheid van Christus. Voor de Romeinen waren de bovennatuurlijke krachten alomtegenwoordig. De vraag op welke wijze iets of iemand goddelijk was, kwam daardoor niet meteen op. Die was meer iets voor filosofen. De andere Romeinen bekreunden zich meer om het volbrengen van de rituelen.

Lees verder “Daniël De Waele, Ontluikend christendom”

Domitianus en de Fiscus Judaicus

Domitianus, die met de harde toepassing van de Fiscus Judaicus het scheiden der wegen van joden en christenen bewerkstelligde (Capitolijnse Musea, Rome)

Op zondag blog ik meestal over het Nieuwe Testament en ik was blijven steken bij de Bergrede. Ineens realiseerde ik me dat in mijn reeks iets ontbreekt. Ik neem steeds aan dat u weet dat de evangeliën zijn geschreven tussen pakweg 65 en 95 na Chr. Over de datering van het Marcusevangelie is overigens wat discussie. Volgens Europese geleerden kort voor de verwoesting van de tempel in 70, volgens Amerikaanse geleerden kort daarna. De evangeliën van Matteüs, Lukas en Johannes ontstonden ergens in de jaren tachtig of negentig. Ze zijn geschreven tegen de achtergrond van de regering van keizer Domitianus, die in 81 onverwacht aan de macht kwam en vijftien jaar later werd vermoord.

Zijn regering markeert het scheiden der wegen (the parting of ways) van christendom en rabbijns jodendom. Een misleidende naam overigens, aangezien er ook veel is geweest dat de twee bleef verbinden. Het valt echter niet te ontkennen dat eind eerste eeuw het Joodse volk transformeerde in twee gescheiden religies. Enerzijds waren er Joden die het leiderschap aanvaardden van in Yavne opgeleide rabbijnen, die (onder meer) de farizese traditie voorzetten; anderzijds waren er volgers van een christelijk leiderschap, waarvan het karakter niet helemaal duidelijk is. Over de Twaalf horen we niets meer en de apostelen waren zo niet dood dan toch oud en der dagen zat.

Lees verder “Domitianus en de Fiscus Judaicus”

Joden en christenen

De blinde Synagoge (Krijtbergkerk, Amsterdam)

Als Jezus een jood was, waarom is het christendom dan geen stroming binnen het jodendom? Of, anders gezegd: hoe kan een klein koninkrijkje transformeren in twee godsdiensten? Zo simpel als de vraag is, zo complex is het antwoord. Het boek dat ik erover aan het schrijven ben, dreigde een pil van 600 pagina’s te worden, dus ik heb een week of drie geleden maar besloten dat het twee boeken moesten worden. Minder complex wordt het zo niet, overzichtelijker wel. Hoop ik dan.

Het oudste antwoord staat bekend als de vervangingstheologie. Christenen meenden dat het jodendom een verstarde religie was, dat Jezus een nieuwe boodschap bracht, dat de joden blind waren en dat zij daarom als Gods uitverkorenen waren vervangen door de christenen. De beelden van een geblinddoekte synagoge die je in wat oudere katholieke kerken nog wel eens ziet, herinneren aan deze visie.

Lees verder “Joden en christenen”

Joods monotheïsme

Het leek ooit zo makkelijk: de Grieken en Romeinen waren polytheïsten en de Joden waren monotheïsten. Maar zo makkelijk is het niet. Aan de ene kant stond één god aan het hoofd van een godenvergadering, aan de andere kant stond één God aan het hoofd van de hemelse heerscharen van engelen en aartsengelen, machten en krachten, cherubijnen en serafijnen. Er zijn verschillen, zeker, maar de grens tussen polytheïsme en monotheïsme is niet makkelijk.

Of neem dit. Hoewel er in de Grieks-Romeinse wereld tempels waren voor talloze goden, won het idee terrein dat ze allemaal manifestaties waren van één hoofdgod. “Ik ben één van wezen,” zou de godin Isis hebben verklaard, “maar ik heb vele gestalten, en de wereld vereert mij op veel manieren en onder vele namen.” Omgekeerd konden de Joden behalve aan hun God eer betuigen aan bijvoorbeeld engelen of verzelfstandigde aspecten van het goddelijke, zoals de Kracht, de Geest of het Woord van God. Het verschil tussen polytheïsme en monotheïsme is niet makkelijk.

Lees verder “Joods monotheïsme”