Het Hefaisteion

Het Hefaisteion in Athene

Hefaistos, de Griekse god van de smeedkunst, had een bijzondere band met de stad Athene. Net als de stadsgodin Athena. Beide hadden de mensheid ambachten en kunsten bijgebracht, beide werden vereerd in een gedeeld festival, de Chalkeia, en samen deelden ze een tempel. Die lag op een heuvel bij de Atheense agora, verkeert nog in uitstekende staat en heet Hefaisteion.

De bouw van het Hefaisteion

De constructie van het Hefaisteion behoort tot de stedelijke vernieuwing van Athene rond het midden van de eeuw. Begonnen in 449 v.Chr. werd de bouw een project van de lange adem: het dak lijkt tussen 421 en 415 te zijn gebouwd en pas daarna kon het heiligdom in gebruik worden genomen.

Lees verder “Het Hefaisteion”

Theseus

Theseus en de Minotaurus (Musée de Bardo, Tunis)

Theseus, wie kent hem niet? Het is inderdaad de nationale held van de stad Athene, de doder van de Minotaurus, een legendarische koning en nog zo het een en ander. Zijn verhaal is onder andere overgeleverd in de Parallelle Levens van de Grieks-Romeinse auteur Ploutarchos, ergens aan het begin van de tweede eeuw na Chr. Maar in de voorgaande eeuwen zijn er talloze andere verwijzingen naar Theseus, om van afbeeldingen nog maar te zwijgen.

Jeugd

De held zou zijn geboren in de havenstad Troizen, een eindje ten zuiden van Athene, als de zoon van Aithra, een dochter van de plaatselijke koning. De vader van Theseus was óf de zeegod Poseidon óf koning Aigeus van Athene. Aithra zelf wist het niet, want ze had met beide heren op één en dezelfde avond de lakens gedeeld.

Lees verder “Theseus”

Het Labyrint (1)

Munt uit Knossos (Liebieghaus, Frankfurt am Main)

Het verhaal is bekend genoeg. Minos, koning van Knossós op Kreta, bezat een bijzonder huisdier. Het beest was het product van een slippertje van Minos’ echtgenote met een stier, en luisterde (of niet) naar de naam Minotaurus. Het hybride – half-stier half-mens – en ook nogal woeste dier ontving een passende behuizing in een speciaal voor hem ontworpen doolhof waar hij zonder hulp nooit uit zou kunnen komen: het labyrint.

Omdat het beest zich bij voorkeur voedde met Atheense jongens en meisjes, en koning Minos de jaarlijkse levering daarvan kon afdwingen, stuurden de Atheners ten slotte hun held Theseus op het monster af om hem mores te leren. Theseus begaf zich in het labyrint, doodde de Minotaurus, en vond de uitgang van het labyrint dankzij de afgewikkelde draad van een knot wol die hem bij de ingang door Minos’ dochter Ariadne ter hand was gesteld.

Lees verder “Het Labyrint (1)”

De Griekse kolonisatie

Een strijdwagen met twee paarden: een typisch aristocratisch attribuut (Archeologisch Museum van Syracuse)

Een van de kenmerken van de Archaïsche Periode is de Griekse kolonisatie. Dat is eigenlijk een draak van term. Ik noemde al een scenario waaruit dit blijkt. Stel, een kleine groep Griekse kooplieden vestigt zich aan een vreemde kust; mensen uit de omgeving komen bij hen wonen; zij nemen de Griekse levenswijze over; en zo ontstaat een Grieks-ogende nederzetting – is zoiets dan een kolonie? Of moeten we daarvoor de term “zelfvergrieksing” verzinnen? En verder: een kolonie is doorgaans afhankelijk van het moederland, maar dat was met de Griekse apoikia niet het geval. Het waren (zoals Een kennismaking met de oude wereld van De Blois en Van der Spek correct constateert) zelfstandige poleis, die alleen in tijden van crisis in het moederland vroegen om een generaal, een nieuwe wetgever of een scheidsrechter.

Los daarvan is het woord “kolonie” ook bekend uit de Europese geschiedenis. Dan heeft het te maken met handel en exploitatie. Nu speelden die ook in de Griekse kolonisatiefase een rol, maar door te spreken van “de Griekse kolonisatie” duw je de interpretatie van het antieke verschijnsel wel in een bepaalde, niet per se correcte richting. De Europese kolonies waren bijvoorbeeld projecten van een overheid (of iets dat er tegenaan schurkte, zoals de VOC of koning Leopold). Dat is van de apoikia moeilijk vol te houden.

Lees verder “De Griekse kolonisatie”

Domitianus (17): Piazza Navona

De Minotaurus van Myron (Capitolijnse Musea, Rome)

Zoals ik in het vorige stukje aangaf, zijn de gebouwen die keizer Domitianus neerzette op het Marsveld overbouwd. Dat begon al in de Oudheid. Keizer Hadrianus zette een nieuw Pantheon neer, met ostentatieve bescheidenheid voorzien van de naam van de oorspronkelijke bouwheer, Agrippa. Domitianus bleef onvermeld, hoewel hij toch ook een bouwfase op zijn naam had. Zijn naam was inmiddels taboe (al zouden er later nog twee keizers zijn die zich zo noemden). In de Middeleeuwen bleef het gebied bewoond, het leger van Karel V ging er in 1527 als een beest tekeer en wat er sindsdien staat dateert grosso modo uit de tijd van de Barok.

En toch is Domitianus niet helemaal verdwenen. De Piazza Navona in Rome, het mooiste plein van Italië, bewaart de contouren van het stadion dat de keizer er heeft laten aanleggen. Zelfs de naam van het langwerpige plein is een echo uit de Oudheid: het woord agon is herkenbaar, wat zoiets betekent als wedstrijd.

Lees verder “Domitianus (17): Piazza Navona”

Theseus voor de rechter

Hippolytos en Faidra: mozaïek uit Pafos.

In de Griekse en Romeinse tijd trouwden meisjes zo rond hun vijftiende. Vaak waren hun echtgenoten aanzienlijk ouder, misschien wel tien jaar. Indien het voor de man om een tweede huwelijk ging, kon het dus gebeuren dat de zoon des huizes even oud was als zijn stiefmoeder. Je kunt je een voorstelling maken van de aantrekkingskracht die zo’n jonge man en jonge vrouw op elkaar kunnen hebben uitgeoefend. Ze vormt de achtergrond van een tragedie van de Atheense toneeldichter Euripides uit 428 v.Chr., de Hippolytos.

De plot is ongeveer dat Hippolytos, de zoon van Theseus, een geweldige jager is die uitsluitend offert aan Artemis en zo de jaloezie opwekt van Afrodite. Die zorgt ervoor dat Theseus’ tweede echtgenote, Faidra, verliefd wordt op haar stiefzoon. Omdat ze een vrouw van eer is, besluit ze het geheim te houden, maar het lekt uit en Hippolytos reageert kwaad, waarop Faidra zelfmoord pleegt – maar niet na op een schrijfplankje te hebben geschreven dat Hippolytos haar heeft willen aanranden. Als Theseus dit leest, vervloekt hij zijn zoon, die inderdaad om het leven komt.

Lees verder “Theseus voor de rechter”

Kort Cypriotisch (5): Hippolytos

Hippolytos en Faidra: mozaïek uit Pafos

Het bovenstaande mozaïek kunt u zien in het Huis van Dionysos in Nieuw Pafos, de stad waar de Ptolemaïsche stadhouder van Cyprus resideerde en waar later ook de Romeinse gouverneur zou verblijven. Uit die tijd – de tweede eeuw na Chr. om precies te zijn – stamt het mozaïek en het afgebeelde verhaal is dat van Hippolytos, de zoon uit het eerste huwelijk van Theseus.

De woorden “eerste huwelijk” klinken ons niet omineus in de oren, maar dat was in de Oudheid anders. Theseus was hertrouwd met Faidra en aangezien de huwelijksleeftijd voor vrouwen rond de vijftien lag, betekende dit dat de vrouw des huizes ongeveer even oud kon zijn als de oudste zoon. Iedereen in de Oudheid wist dat “tweede huwelijk” betekende dat – om het modern te formuleren – de hormonen door de huishouding zouden gieren. En inderdaad: Faidra werd verliefd op Hippolytos.

Lees verder “Kort Cypriotisch (5): Hippolytos”