Vandaag even een stukje in mijn reeks over het Nieuwe Testament, meer specifiek over de Bergrede, nog meer specifiek over één van de zaligsprekingen waarmee de Bergrede begint. In de Nieuwe Bijbelvertaling luidt Matteüs 5.5:
Gelukkig de zachtmoedigen,
want zij zullen het land bezitten.
Dat is een echo van Psalm 37.
Wie nederig zijn, zullen het land bezitten
en gelukkig leven in overvloed en vrede.
Die psalm bevat verder een schets van de wereld die zal komen: doe het goede, stoor je niet teveel aan het kwade, want het zal uiteindelijk verdwijnen, geen zondaar overleeft. Utopie, natuurlijk.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.