De slag bij Zama

Het overwinningsmonument bij Kbor Klib

Op het gymnasium kregen we, behalve Latijn en Grieks, ook geschiedenisles over het oude Nabije Oosten, Griekenland en Rome. Het zal bij die lessen zijn geweest dat ik de naam “Zama” voor het eerst hoorde, waar de beslissende slag uit de Tweede Punische Oorlog had plaatsgevonden.

In oktober 202 v.Chr. hadden de Romeinse generaal Scipio en de Numidische koning Massinissa hier de Karthaagse generaal Hannibal verslagen. Het gevecht fascineerde me: de laatste, doembeladen slag van een grote oorlog. Zie ook de slag op de Catalaunische Velden, de slag bij Camlann, de ondergang van de Nibelungen of desnoods de slag bij Minas Tirith.

Titus Livius is op zijn best. Hij is niet de betrouwbaarste antieke geschiedschrijver, maar betrouwbaarheid was zijn doel ook niet. Hij was een moralist en wilde de Romeinen voorbeelden geven. Daarbij was een mooi, boeiend verhaal altijd prettig en daarom voegde hij mooie, boeiende toespraken in. Voor de slag bij Zama laat hij Hannibal zijn tegenstander ontmoeten. Hannibal is oud, oorlogsmoe. Scipio hoort het aan en stelt eisen. Hij ruikt bloed. Mooi en boeiend.

Lees verder “De slag bij Zama”

Hannibal: van Cannae tot Zama

Scipio Africanus (Museo Archeologico Nazionale di Napoli)

[Dit is het derde van vier stukjes over het leven van de Karthaagse veldheer Hannibal. Het eerste was hier.]

Ondanks de bloedige nederlaag bij Cannae en het verlies van Capua weigerde de Senaat tot een vergelijk te komen. Logisch, want de strategische situatie was dezelfde gebleven: Romes vermogen afvallige bondgenoten te straffen was groter dan Hannibals vermogen hen te beschermen. De noodzaak de bondgenoten die hij wél had te beschermen, verzwakte bovendien Hannibals slagkracht. En hij kreeg nog altijd geen versterkingen. Kortom, er was geen enkele reden waarom Rome concessies zou doen.

Dus koos Hannibal voor een diplomatiek offensief dat de oorlog zou uitbreiden naar de Balkan. In 215 sloot hij een verbond met koning Philippos van Macedonië. Ook Syracuse werd een Karthaagse bondgenoot.

Lees verder “Hannibal: van Cannae tot Zama”

De Tweede Punische Oorlog (14): Zama

Scipio Africanus: de man die de Tweede Punische Oorlog besliste in Romes voordeel (Capitolijnse Musea, Rome)

[Dit is het laatste deel van een reeks over de Tweede Punische Oorlog (218-201 v.Chr.). Het eerste is hier. In het dertiende deel overlegden Hannibal en Scipio vergeefs over het einde van de strijd. Het zou nog één keer komen tot een veldslag.]

Om de vijand schrik aan te jagen plaatste Hannibal de olifanten voorop. Het waren er tachtig, het grootste aantal dat hij ooit in een slag had ingezet. Daarachter stonden de Ligurische en Gallische hulptroepen, vermengd met Balearen en Moren. In de tweede linie stelde hij de Karthagers en Libiërs op en een legioen Macedoniërs; en ten slotte, na een kleine tussenruimte, de reserve, bestaande uit Italische soldaten […]. Hij plaatste de ruiterij aan weerszijden op de vleugels; de rechtervleugel werd bezet door de Karthagers, de linker door de Numidiërs.

Deze woorden van Livius lijken sterk op de beschrijving van hetzelfde leger door Polybios. Er is echter één verschil. Bij de Griekse historicus is geen sprake van een “legioen Macedoniërs”. Dat lijkt een verzinsel van Livius, die de lezer er bij de beslissende slag blijkbaar aan wilde herinneren dat de Romeinen het in deze oorlog niet alleen tegen de Karthagers hadden opgenomen.

Lees verder “De Tweede Punische Oorlog (14): Zama”

De Tweede Punische Oorlog (13)

Numidisch ruiterzwaard, zoals gebruikt in de Tweede Punische Oorlog (Musée de Cirta, Constantine)

[Dit is het voorlaatste stukje in een reeks over de Tweede Punische Oorlog (218-201 v.Chr.). Het eerste is hier. In het twaalfde deel behandelde ik Scipio’s landing in Afrika.]

Die winter deed Syfax een vredesvoorstel dat erop neerkwam dat de Romeinen zich uit Afrika en Hannibal zich uit Italië zou terugtrekken. Dat liet Rome in het bezit van Spanje: een formidabele winst.

Scipio was echter niet uit op vrede en wilde de eer van de eindzege. De onderhandelingen boden hem evenwel een kans het kamp van Syfax en de Karthaagse commandant te verkennen, en toen de onderhandelingen op niets waren uitgelopen, had hij genoeg gezien. Hij keerde ’s nachts terug, omsingelde het kamp, stak het in brand en vernietigde het complete leger. Hierop besloten Syfax en de Karthaagse generaal, die het inferno hadden overleefd, in Numidië een tweede leger op de been te brengen, maar Scipio trok het tegemoet. Op de plaats waar de rivier de Mejerda vanuit Numidië het Karthaagse gebied binnenstroomde, ruwweg bij het huidige Suq el-Khemis, kwam het tot een veldslag. Scipio behaalde een eenvoudige overwinning op zijn vijanden, merendeels rekruten. Terwijl de Romeinse bondgenoot Massinissa zijn rivaal Syfax achtervolgde en gevangen nam, deed Scipio een vredesvoorstel aan de Karthagers. Livius werd geconfronteerd met bronnen die elkaar tegenspraken:

Lees verder “De Tweede Punische Oorlog (13)”