
Hé, heb ik nog nooit geblogd over de Kopten? Heb ik echt nog nooit geschreven over die fascinerende laatantieke beschaving? Daar moet rap verandering in komen. Eerst maar eens een woord over de wijze waarop ze in West-Europa in beeld zijn gekomen. Helaas niet om wie ze zelf waren, maar om iets dat voor Europeanen interessant was (zoals ook ik vooral over ze schrijf omdat ze relevant zijn voor mijn blog). Daarna hebben we het over zaken als hun taal en literatuur. Morgen behandel ik dan het christendom, de kunst en de wijze waarop ze zijn gemarginaliseerd.
Ontdekking
De Kopten zijn natuurlijk altijd bekend geweest. Het zijn de christenen van het gebied langs de Nijl. In de vijfde eeuw scheidden hun wegen van die van de aanhangers van de Romeinse staatskerk en sindsdien beschouwden Europeanen de Kopten als afgedwaalden. Dat ze Arabisch gingen spreken, zal weinig hebben bijgedragen aan het begrip, want met die taal leken de Kopten op moslims. Hun liturgische taal, die we Koptisch noemen, was echter een voortzetting van het oud-Egyptisch. En dat maakte de Kopten vanaf de achttiende eeuw ineens interessant. Jean-François Champollion zou rond 1822 het Koptisch gebruiken als sleutel bij de ontcijfering van de hiëroglyfen en het Egyptisch van de farao’s.

Vanaf toen – en eigenlijk ook wel wat eerder – verzamelden oudheidkundigen ook Koptische oudheden. Er was taalkundige continuïteit: via de middeleeuwse Kopten, de Romeinse en de Ptolemaïsche periode kwam men tot de faraonische tijd. Anders gezegd, de bestudering van christelijk, Romeins, hellenistisch en faraonisch Egypte ging gelijk op. Dezelfde geleerden, dezelfde musea, dezelfde methoden, dezelfde manieren van verwerving. Manieren van verwerving die we tegenwoordig zouden omschrijven als plundering en grafschennis.
Naam
Het woord qibt, “Kopt”, heeft verschillende betekenissen gehad. Oorspronkelijk verwees het naar het volk dat woonde in Egypte. Dat woord, Egypte dus, was echter een exoniem: het waren de Grieken die de bewoners van de Nijlvallei aanduidden als Aigyptoi. Het woord was op zijn beurt afgeleid van Hut-ka-Ptah, de naam van het heiligdom van de god Ptah in Memfis (“Omheining van de ka van Ptah”).

In de Late Oudheid waren bijna alle inwoners van Egypte christenen, hoewel er ook joodse en manichese minderheden waren. Na de Arabische verovering in 641 werd het woord “Kopt” steeds vaker gebruikt om de Egyptische christenen aan te duiden, die aanvankelijk de taal van de nieuwe heersers niet spraken.
Taal en literatuur
De Koptische taal werd (en wordt) geschreven met het Griekse alfabet, waaraan echter zeven tekens zijn toegevoegd uit het oudere demotische schrift. Met het zo ontstane Koptische alfabet zijn voor het eerst de klinkers vastgelegd van het oude Egyptisch.

In de Romeinse tijd waren er drie Koptische dialecten, met fraaie namen als Oxyrhynchisch, Achmimisch en Sub-Achmimisch. Dat laatste dialect, dat ook wel Lykopolitisch heet, is de taal van de gnostische teksten. In de loop van de vijfde eeuw ontstonden hieruit twee dialecten: het Sahidisch (of Thebaïsch) uit Boven-Egypte en het Bohairisch (of Memfitisch) uit Beneden-Egypte. Deze twee dialecten zijn als spreektaal in gebruik geweest tot in de negentiende eeuw. Daarnaast was er eeuwenlang het Fayyumisch, maar dat is uitgestorven in de tiende eeuw.
Er zijn Koptische juridische documenten, brieven, magische teksten en amuletten, maar de Koptische literatuur is overwegend christelijk, hoewel er ook enkele manichese teksten zijn. De aandacht is de laatste tijd vooral uitgegaan naar de gnostische teksten uit Nag Hammadi, zoals het beroemde Evangelie van Thomas. Afhankelijk van je definitie kun je ze christelijk noemen of niet; morgen daarover meer.

Het overgrote deel van de Koptische literatuur bestaat echter uit bijbelse teksten, apocriefen, kerkgeschiedenissen en de teksten van Egyptische kerkvaders. Soms zijn de teksten vertaald uit het Grieks. Omdat het Koptische christendom een christologie deelt met het Armeense christendom – beide gelden als monofysitisch – komt het niet als een verrassing dat Koptische teksten zijn vertaald in het Armeens. Ik blogde er al eens over.
Mooi onderwerp, te vaak onderbelicht in de geschiedenis van Egypte.
Ja, en belangrijk ook.
Ik heb me wel eens afgevraagd of “Kopt” en “Egypte” een voorouder delen. Als ik het betreffende stukje goed begrijp is dat dus niet het geval. Maar qibt ziet er wel heel Arabisch uit, bestond dit woord in de oudheid ook al, en heeft het Koptisch hetzelfde verschil tussen Q en K als het Arabisch?
Jawel, Aegyptus en Kopt zijn hetzelfde woord, maar het is niet de naam die de bewoners van het Nijlland zichzelf gaven. En de g, q en k zijn weliswaar niet hetzelfde, maar liggen voldoende tegen elkaar aan om in elkaar over te gaan.
Een prachtige inleiding en heel bijzonder, dat kapiteel op het Sai- eiland in Sudan.
Het brengt mij terug naar de opgravingen in Sudan, zoals beschreven in het boek van Derek Welsby: Sudan, ancient treasures, 2004, de catalogus van een tentoonstelling in het British museum.
https://openlibrary.org/books/OL7798714M/Sudan_Ancient_Treasures
“Koptisch textiel”
Eigenlijk geen goede benaming. We noemen dit vooral zo omdat het niet alleen in Egypte was dat we goed geconserveerd textiel hebben gevonden, en ook omdat de stijl is voort blijven bestaan in deze streken.
Maar de oorsprong van de stijl was Perzisch, en de mode was Romeins – een andere opvolger van de stijl is te vinden in kerkelijke gewaden.
Het is nog complexer. “Romeins” is ook een draak van een etiket.