De Kopten (1)

Reliëf uit Oxyrhynchos, vijfde eeuw (Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)

Hé, heb ik nog nooit geblogd over de Kopten? Heb ik echt nog nooit geschreven over die fascinerende laatantieke beschaving? Daar moet rap verandering in komen. Eerst maar eens een woord over de wijze waarop ze in West-Europa in beeld zijn gekomen. Helaas niet om wie ze zelf waren, maar om iets dat voor Europeanen interessant was (zoals ook ik vooral over ze schrijf omdat ze relevant zijn voor mijn blog). Daarna hebben we het over zaken als hun taal en literatuur. Morgen behandel ik dan het christendom, de kunst en de wijze waarop ze zijn gemarginaliseerd.

Ontdekking

De Kopten zijn natuurlijk altijd bekend geweest. Het zijn de christenen van het gebied langs de Nijl. In de vijfde eeuw scheidden hun wegen van die van de aanhangers van de Romeinse staatskerk en sindsdien beschouwden Europeanen de Kopten als afgedwaalden. Dat ze Arabisch gingen spreken, zal weinig hebben bijgedragen aan het begrip, want met die taal leken de Kopten op moslims. Hun liturgische taal, die we Koptisch noemen, was echter een voortzetting van het oud-Egyptisch. En dat maakte de Kopten vanaf de achttiende eeuw ineens interessant. Jean-François Champollion zou rond 1822 het Koptisch gebruiken als sleutel bij de ontcijfering van de hiëroglyfen en het Egyptisch van de farao’s.

Lees verder “De Kopten (1)”

Archeologie in het Ottomaanse Rijk (2)

Osman Hamdi (Archeologische Musea, Istanbul)

De vijftien essays uit Scramble for the Past belichten een verhaal dat onder oudheidkundigen zeker niet onbekend is. Een archeoloog, die tijdens zijn studie Triggers History of Archaeological Thought heeft gelezen, of een assyrioloog, die Larsens Conquest of Assyria las, kent althans sommige hoofdlijnen en redacteuren Zainab Bahrani, Zeynep Çelik en Edhem Eldem vatten die, enigszins ten overvloede, nog eens samen in hun inleiding.

Europese avonturiers

De Description de l’Égypte. Rechtsbovenaan verjaagt de zonnegod Bonaparte de inheemse barbarij.

Europa heeft altijd belangstelling gehad voor het Nabije Oosten, waarvan men wist dat er eeuwenoude beschavingen hadden bestaan. Er is een doorlopende traditie van verre reizen, die al vaker is beschreven (bijv. door Wolff in How Many Miles to Babylon?). Aan het begin van de negentiende eeuw werd deze belangstelling echter meer wetenschappelijk, waarbij een belangrijke rol was weggelegd voor de Description de l’Égypte, het tussen 1809 en 1822 verschenen rapport van de onderzoekers die (tot ongenoegen van de jonge generaal Bonaparte) in 1798 meegingen met het Franse expeditieleger naar Egypte. Toen Jacques-Joseph Champollion de hiëroglyfen ontcijferde, was duidelijk dat onze kennis van de oudste beschavingen daadwerkelijk vergroot kon worden, en dit bevorderde nog meer onderzoek.

Lees verder “Archeologie in het Ottomaanse Rijk (2)”

Archeologie in het Ottomaanse Rijk (1)

Vroeg-twintigste-eeuwse eeconstructie van een boerderij uit het oude Nabije Oosten (Museumpark Orientalis)

In 1911 keerden enkele Nederlandse wetenschappers en kunstenaars terug van een expeditie door het Ottomaanse Rijk. Vijf jaar lang hadden ze in Palestina, Jordanië en Syrië de Romeinse en Joodse oudheden gedocumenteerd, en ook de eigentijdse gebouwen en gewoontes. Het was nog behoorlijk spannend geweest. Twee deelnemers keerden niet terug. Aan avontuur geen gebrek.

Het resultaat is het huidige museumpark Orientalis bij Nijmegen, dat ruim een eeuw geleden werd geopend om katholieken te tonen hoe Jezus had geleefd. De “Heilig Land-Stichting”, zoals het park destijds heette, was daarmee een van ’s werelds oudste living history-parken. Elk detail van de reconstructies was verantwoord, zelfs als het niet is volgens de huidige inzichten. Het is maar één voorbeeld van de wijze waarop de kennismaking met het Ottomaanse Rijk onze visie op het oude Nabije Oosten heeft veranderd.

Lees verder “Archeologie in het Ottomaanse Rijk (1)”

Hoe lezen we Oud-Egyptisch?

Zomaar wat hiëroglyfen (Museo Barracco, Rome)

Dat was dus een leuk gesprek, alweer ruim een jaar geleden, in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden: egyptologe, bling-specialiste, archeologe, schrijfster en door-en-door leuk mens Sigrid van Roode legde me voor de camera’s uit hoe de oude Egyptische taal is ontcijferd. Een deel van haar betoog kent u misschien wel, zoals het verhaal van de cartouches en de rol van Champollion. Een ander deel is misschien wat minder bekend, zoals het belang van kwantificatie van het aantal tekens. Plus de betekenis van het woord wiwi.

Lees verder “Hoe lezen we Oud-Egyptisch?”