De slag bij Pelousion

Romeinse munt uit het jaar 47 v.Chr. (Teylers Museum, Haarlem)

Als ik u zeg dat het 6 maart was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waaraan Quintus Fufius Calenus en Publius Vatinius als consuls nog hun naam zouden geven, en als ik dat omreken naar 16 januari 47 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de niet geheel accuraat als “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?” aangeduide reeks blogjes.

Ik schrijf “niet geheel accuraat” omdat ook vandaag Caesar geen hoofdrol speelt. We laten hem, met de zwangere Kleopatra VII en haar broertje Ptolemaios XIV, achter in het koninklijke paleis in Alexandrië, waar hij wacht op de versterkingen die hij heeft gevraagd. En het is naar die versterkingen, die Caesar eind september (onze kalender) had ontboden, dat we gaan kijken.

Lees verder “De slag bij Pelousion”

Strijd in Alexandrië: Caesar verovert Faros

Als ik meld dat het 5 januari was in het jaar waaraan Quintus Fufius Calenus en Publius Vatinius hun naam zouden geven, zelfs al werden ze pas later consuls, en als ik dat omreken naar 19 november v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat ik ook vandaag antwoord ga geven op de vraag “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Alexandrië

Hij was nog steeds ingesloten in Alexandrië. Generaal Ganymedes, die met Arsinoë IV leiding gaf aan het Egyptische verzet tegen de Romeinse bezetter, maakte zich op voor de genadeslag. De Egyptenaren hadden schepen gebouwd, veel schepen zelfs, en konden daarmee de Romeinen afsnijden van de buitenwereld. Het kaartje hierboven is verouderd maar nog altijd verhelderend. In rood is het koninklijke paleis aangegeven, waar Caesar zich bevond. Feitelijk strekte het zich wat noordelijker uit; dat deel is verzwolgen door de zee bij de vloedgolf van 365 n.Chr. De enige manier om hiervandaan naar de zee te komen, was vlak langs het eiland Faros. Meer naar het oosten waren ondiepten, en het eiland was met een dam, Heptastadion genaamd, verbonden met het vasteland. Wie Faros beheerste, sneed het paleis af van de rest van de wereld. Omdat het winter was, zou het nog drie maanden duren voor een Romeinse vloot de blokkade zou kunnen breken en in die drie maanden moest het voor de belegeraars mogelijk zijn Caesars garnizoen uit te hongeren.

Lees verder “Strijd in Alexandrië: Caesar verovert Faros”

De slag bij Nikopolis

Portret van een Romein, zeker niet Gnaeus Domitius Calvinus, maar wel uit het midden van de eerste eeuw v.Chr. (Kunsthistorisches Museum, Wenen)

Ik zou mijn stukje vandaag kunnen beginnen met de constatering dat het 28 december was in het jaar waarin Gaius Julius Caesar en Publius Servilius Isauricus consuls van Rome waren. En ik zou dat voor u kunnen omrekenen naar “onze” 13 november 48 v.Chr., waarna u zou concluderen weer te zijn beland in een blogje uit de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?” Alleen, het gaat vandaag niet over Caesar, niet over de Tweede Burgeroorlog en niet over de Alexandrijnse Oorlog. Ik introduceer: de Pontische Oorlog.

Crisis in Anatolië

Pontus – de naam betekent zoiets als “Zeeland” – was een koninkrijk in het noorden van het huidige Turkije, langs de kust van de Zwarte Zee. Ook de Krim hoorde erbij. In de eerste helft van de eerste eeuw v.Chr. had koning Mithridates VI Eupator geprobeerd zijn macht te vergroten ten koste van de buurstaten, maar Romeinse generaals als Sulla, Lucullus en Pompeius hadden de oude grenzen hersteld en de plaatselijke vorsten gedegradeerd tot vazalvorsten. Na Mithridates’ dood was in de Krim zijn zoon Farnakes II aan de macht gekomen.

Lees verder “De slag bij Nikopolis”

Versterkingen voor Caesar

Re-enactors in de uitrusting van soldaten uit de eerste eeuw v.Chr.

Als ik zeg dat het 11 december was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waarin Julius Caesar (voor de tweede keer) en Servilius Isauricus consuls van Rome waren, en als ik dat omreken naar 27 oktober 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Zoals u in de voorafgaande stukken hebt gezien, was hij beland in de Alexandrijnse Oorlog, een conflict tussen de Egyptische koningin Kleopatra VII en haar broer Ptolemaios XIII. In de voorafgaande weken waren hun adviseurs geëxecuteerd of vermoord, terwijl patriottische Egyptenaren het door Caesar bezette koninklijke paleis in Alexandrië naderden. Omdat een van de leden van de koninklijke familie, Arsinoë IV, zich bij hen had gevoegd, kon de Egyptische generaal Ganymedes voluit in de aanval gaan, want de continuïteit  van de dynastie was gegarandeerd.

Lees verder “Versterkingen voor Caesar”

Arsinoë laat Achillas doden

Portret van een Ptolemaïsche koningin (Louvre, Parijs)

Als ik noteer dat het 2 december was en daaraan toevoeg dat het was in het jaar waarin Julius Caesar en Servilius Isauricus consuls van Rome waren, en als ik dat vervolgens omreken naar 18 oktober 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Hij werd nog altijd belegerd in het koninklijk paleis van Alexandrië. Weliswaar had hij de toegang tot de haven behouden en had hij versterkingen weten te ontbieden, maar zijn positie was verslechterd. Immers, Arsinoë IV was inmiddels bij generaal Achillas. Daarmee was het voortbestaan van de Ptolemaïsche dynastie verzekerd, zelfs als de troepen van Egyptes nationale leger Kleopatra VII, Ptolemaios XIII en Ptolemaios XIV bij een bestorming zouden doden.

Lees verder “Arsinoë laat Achillas doden”

Caesar in het nauw

Caesar (Vaticaanse Musea, Rome)

Als ik u zeg dat het 9 november was in het jaar waarin Gaius Julius Caesar en Publius Servilius Isauricus dienden als consuls, en als ik dat omreken naar 26 september 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u hoe de vlag erbij hangt. U bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Belegerd worden.

Zoals we zagen in het vorige stukje had de Ptolemaïsche generaal Achillas een groot leger op de been gebracht om Caesar te isoleren in het paleis van Alexandrië. In feite gaf Achillas leiding aan een nationalistische verdediging tegen de Romeinse bezetter. Getalsmatig zag het er in deze Alexandrijnse Oorlog slecht uit voor Caesar, die beschikte over 3000 legionairs, terwijl Achillas 20.000 man op de been zou hebben gebracht. De Romein had echter een troef: koning Ptolemaios XIII en koningin Kleopatra VII waren in zijn handen. Ook Arsinoë IV en Ptolemaios XIV, de jongste zus en zoon uit het gezin van vier, lijken in het paleis gedetineerd te zijn geweest.

Lees verder “Caesar in het nauw”

De terugkeer van Kleopatra

Kleopatra VII (Musée royal de Mariemont, Morlanwelz)

Als ik u zeg dat het 7 oktober was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waarin Gaius Julius Caesar (voor de tweede keer) en Publius Servilius Isauricus consuls van Rome waren, en als ik dat omreken naar 24 augustus 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Hij was bezig een burgeroorlog te beëindigen. Althans, dat dacht hij.

Zoals in de vorige stukjes al aangegeven was na de dood van Ptolemaios XII de Fluitspeler de troonsopvolging in Egypte onduidelijk. Zijn oudste kind was Kleopatra VII, die door een paleiscoup was verdreven ten gunste van haar jongere broer Ptolemaios XIII. Die had de macht in de hoofdstad Alexandrië en in de Delta en was erkend door de Romeinse Senaat. Kleopatra daarentegen genoot steun in Boven-Egypte en had, samen met haar zus Arsinoë IV en hun jongste broer Ptolemaios XIV, in Syrië een leger opgebouwd waarmee ze door de Sinaï was opgerukt. Dit was de situatie op het moment waarop Caesar aankwam in Alexandrië.

Lees verder “De terugkeer van Kleopatra”

De tranen van Caesar

De zogenaamde “Zuil van Pompeius” in Alexandrië: Pompeius is nooit in die stad geweest.

Afgelopen dinsdag vertelde ik hoe Pompeius bij de Berg Kasios op het strand was vermoord en ik kondigde aan dat ik het nog zou hebben over de reactie van Julius Caesar. Hij was ooit Pompeius’ schoonvader geweest en had aan het begin van de Tweede Burgeroorlog geprobeerd olie op de golven te gooien. Maar het was anders gelopen en op 2 oktober van het jaar waarin Caesar en Servilius Isauricus consuls waren, ofwel onze 19 september 48 v.Chr., vernam hij dat zijn rivaal was vermoord.

Caesar was al een paar dagen onderweg. Hij moet een kleine week eerder van Rhodos zijn vertrokken, richting Alexandrië. Uit deze simpele mededeling volgt dat hij op dat moment niet wist dat Ptolemaios XIII daar niet was. Caesar zal wel hebben geweten van de burgeroorlog tussen de Egyptische koning en zijn zus Kleopatra VII, maar dat hun legers ten oosten van Pelousion tegenover elkaar lagen, was hem onbekend.

Lees verder “De tranen van Caesar”

Een geschiedenis van Syracuse (slot)

Het Romeinse amfitheater

[Dit is het slot van een zesdelige reeks over de geschiedenis van de voornaamste stad van het antieke Sicilië, Syracuse. Het eerste stukje was hier en een landkaartje is daar.]

Verres

Een van de beruchtste uitzuigers was een gouverneur genaamd Gaius Cornelius Verres. Hij had de provincie nog meedogenlozer belast dan zijn voorgangers. In de zomer van 70 v.Chr. riepen de Sicilianen de hulp in van een onbekende advocaat, een zekere Marcus Tullius Cicero. Verres nam de beste advocaat van zijn tijd in de arm, Quintus Hortensius Hortalus. Een juridisch gevecht begon.

Lees verder “Een geschiedenis van Syracuse (slot)”

De crematie van Pompeius

Pompeius (Ny Carlsberg Glyptotek, Kopenhagen)

We zullen het nog hebben over Caesars reactie op de moord op Pompeius. Het verhaal van Ploutarchos oogt betrouwbaar maar laat wel wat vragen onbeantwoord. Als Pompeius met vier begeleiders aan boord was gegaan van de vissersboot, waarin verder alleen Achillas, twee Romeinse officieren en drie of vier anderen zaten, is het toch wat vreemd dat er geen gevecht was. Je zou hebben verwacht dat Pompeius’ begeleiders hun wapens zouden hebben getrokken.

Ploutarchos (die ik zoals steeds citeer in de vertaling van Hetty van Rooijen) beschrijft de reactie aan boord van Pompeius’ schip. Dit gaat terug op het ooggetuigenverslag van Theofanes van Mytilene.

Bij het zien van de moord slaakten de opvarenden een jammerkreet die te horen was tot op het land. Vervolgens lichtten ze snel het anker en sloegen op de vlucht. Een krachtige wind hielp hen bij het uitvaren naar zee, zodat de Egyptenaren, die hen wilden achtervolgen, omkeerden. (Pompeius 80)

Lees verder “De crematie van Pompeius”