Het apocalyptisch zegel

Zegel met de tekst “MNHMONEYE MOY” (“denk aan mij”; Rijksmuseum van Oudheden, Leiden)

De Openbaring van Johannes is een opstapeling van mystieke beelden. De visionair ziet God op zijn troon in de hemel, omgeven door wonderlijke wezens. God geeft een verzegelde boekrol aan een met messiaanse titels aangeduid Lam, dat de zegels kan verbreken. Bij het verbreken van de eerste vier verschijnen de beroemde ruiters van de apocalyps, die de vreselijkste dingen brengen naar de aarde. Het vijfde zegel gaat open en Johannes ziet de zielen van de martelaren, die God vragen hoe lang ze nog moeten wachten tot hun bloed zal worden gewroken. Ze krijgen te horen dat ze nog even moeten wachten tot er voldoende martelaren zijn. Zegel zes: natuurrampen.

Kortom, de Jongste Dag is aangebroken. De aarde vergaat en het is de vraag wat er met de mensen zal gebeuren. En dan is er ineens een pauze.

Lees verder “Het apocalyptisch zegel”

De Septuaginta

Ptolemaios II (Louvre, Parijs)

Op zondag blog ik meestal over het Nieuwe Testament. Die tekst is geschreven in het Grieks door mensen die voortdurend verwijzen naar oudere religieuze literatuur. Een fors deel kennen we uit de joodse Bijbel ofwel de Tenach ofwel het Oude Testament. Onze tekst van dat heilige boek gaat terug op Hebreeuwse originelen, de taal waarin deze literatuur nu eenmaal is geschreven. Het probleem is nu dat de auteurs van het Nieuwe Testament de joodse literatuur lazen in een Griekse vertaling, de Septuaginta. De tekst daarvan wijkt op sommige punten af van de op Hebreeuwse teksten gebaseerde Bijbel zoals wij die kennen.

Verschillen

Eén voorbeeld: Goliat is in de gebruikelijke Hebreeuwse tekst (“de masoretische traditie”) zesenhalve el lang maar in de Griekse versie vierenhalve el.noot 1 Samuel 17.4. In de Hebreeuwse tekst is het een reus van drie meter, in de Griekse tekst meet ’ie net iets meer dan twee meter. Ook de Dode-Zee-Rollen noemen vierenhalve el. Je krijgt de indruk dat de gebruikelijke Hebreeuwse tekst teruggaat op een origineel met een vergissing. Je kunt dus niet zomaar de Hebreeuwse tekst als de meest betrouwbare accepteren.

Lees verder “De Septuaginta”

De Ammonieten

Een koning van Ammon (Jordan Museum, Amman)

Op de instorting van het Bronstijd-systeem – ook wel bekend als het drama van de Zeevolken – volgde in het Nabije Oosten de IJzertijd. Eigenlijk per definitie. Het gebied lijkt verdeeld te zijn geraakt tussen diverse stammen, die in detiende en negende eeuw begonnen te clusteren tot vroege koninkrijken: Juda rond Jeruzalem, Israël rond Samaria, Aram rond Damascus. De aanleiding tot deze clustering was de dreiging van Assyrië. Ten oosten van de rivier de Jordaan lijkt het proces wat langzamer te zijn verlopen. Daar woonden de Edomieten, Moabieten en Ammonieten.

De Ammonieten in de Bijbel

De laatsten zijn vooral bekend uit de Bijbel, meer precies uit het lange narratief dat bekendstaat als het Deuteronomistisch Geschiedwerk. Al aan het begin is te lezen dat het land van “de kinderen van Ammon” was gelegen “van de Arnon tot de Jabbok en tot aan de Jordaan”.noot Richteren 11.13. We zouden eraan kunnen toevoegen dat de oostgrens de woestijn was. De woorden “kinderen van” duiden waarschijnlijk op het (semi)tribale karakter van de Ammonieten.

Lees verder “De Ammonieten”

Archeologie als flauwekul

Reliëf van elf goden, een heros en keizer Theodosius uit Efese (Archeologisch Museum, Selçuk)

Eigenlijk wilde ik, nu mijn blog gaat jubileren, niet mopperen. Maar toch. Twee publicitaire missers in vierentwintig uur. We staan er weer gekleurd op.

Misser één. De Amerikaanse onderzoeker Douglas Boin kondigde onlangs een ontdekking aan in een antieke tempel in Italië. Die oudheidkundige, die kende ik. Ik las ooit Boins boek over Alarik, waarin de war lord werd gepresenteerd als slachtoffer van een hard Romeins grensbeleid dat talentvolle mensen schoffeerde. Boins schets van de Goten leek me geïdealiseerd, maar vooral: het boek leek meer op een bijdrage aan de politieke discussie over de grens tussen Texas en Mexico dan op geschiedschrijving. Ik heb het hier maar niet besproken.

En nu dus “a major announcement”. Er is geen wetenschappelijke publicatie, want archeologen zoeken de publiciteit het liefst vóór de claim controleerbaar wordt. Het komt er echter op neer dat de bewoners van Spello in Italië een (al bekende) tempel hebben gebouwd voor de familie van keizer Constantijn de Grote, en dat er nu drie muren zijn gevonden die bij die tempel zouden kunnen horen. Die muren, zo claimen de opgravers, bieden “zeer intrigerend potentieel voor een belangrijke ontdekking voor de keizercultus tijdens een christelijke heerser”.

Lees verder “Archeologie als flauwekul”

De wederopstanding

Lazarus (Catacombe van Callixtus, Rome)

De geschiedenis van Lazarus veronderstel ik bekend: Jezus wekte de broer van Maria en Marta op uit de dood. Afgaande op de vele vroegchristelijke afbeeldingen en op het feit dat men op Cyprus al vroeg het (tweede) graf van Lazarus vereerde, was het een populair verhaal. Logisch ook: Lazarus kon gelden als bewijs voor het christelijke geloof dat de dood niet het einde was.

Het Lazarusverhaal illustreert ook hoe in de oude wereld de hiernamaalsverwachting in ontwikkeling was. Zoals gastauteur Alexander Smarius op deze blog al eens vertelde, geloofden de meeste mensen dat je na je overlijden

  • óf er helemaal niet meer was
  • óf op een of andere manier voortleefde, bijvoorbeeld als schim in de onderwereld of in een of andere vorm.

In beide scenario’s vormde de dood het definitieve einde van dit leven. Het verhaal van Lazarus toont nu dat de toenmalige mensen een derde mogelijkheid waren gaan overwegen: de dood als intermezzo. Anders gezegd: je leeft, sterft en komt opnieuw tot leven.

Lees verder “De wederopstanding”

Het hijgend hert

Hert met slang (Keizerlijk Paleis, Constantinopel)

U kent wellicht het beroemde psalmvers, berijmd door Lucretia van Merken (1721–1789):

‘t Hijgend hert, de jagt ontkomen,
schreeuwt niet sterker naar ‘t genot
van de frissche waterstroomen
dan mijn ziel verlangt naar God.

Hier wordt de dorst van het hert in verband gebracht met de vervolgingsjacht waaraan het dier juist is ontsnapt, maar dat is vrije fantasie. De Bijbel verklaart de dorst van het hert in het geheel niet, van schreeuwen is geen sprake en zelfs hijgen doet het niet, volgens de NBV21-vertaling:

Lees verder “Het hijgend hert”

De kerststal als venndiagram

Kerstmis als Venndiagram

Kerstmis is pas compleet met een kerststal. En ik dacht: ik doe er eens een venndiagram bij. De peuter uit het evangelie van Matteüs aan de ene kant, de baby uit het evangelie van Lukas aan de andere kant, en verder het kerststalletje, dat aan de twee bijbelse verhalen niet alleen een drietal gekroonde hoofden maar ook een dierentuin toevoegt. Welke diepere bedoeling de uitvinder van het stalletje, Franciscus van Assisi, met die uitbreiding heeft gehad, weet ik niet.

Ik blogde verschillende keren over kerstmis. Om te beginnen over het verhaal van Matteüs: over magiërs, over de kerstster, over het aantal wijzen uit het oosten, over koning Herodes en over diens zoon Herodes Archelaos. Ook Lukas heb ik behandeld: de volkstelling, het gastenverblijf, de herders en de lichtmetafoor. Verder zijn er nog wat kerstgerelateerde misverstanden op deze pagina.

Lees verder “De kerststal als venndiagram”

Een eunuch in Jeruzalem

Romeinse reiskoets (Römisch-Germanisches Museum, Keulen)

Als ik vertel dat (a) iemand in een rolstoel naar het station is gegaan om de trein te halen (b) weer terug naar huis is, dan begrijpt u wat er aan de hand is. De roltrap en de lift naar het perron waren weer eens gelijktijdig defect. U bezit culturele voorkennis die het mogelijk maakt het verband tussen (a) en (b) te leggen. Iets dergelijks maken we mee in het verhaal van de Ethiopische eunuch in de Handelingen van de apostelen. (“Ethiopië” verwijst mogelijk naar het koninkrijk Meroë in Soedan, maar kan ook zoiets betekenen als Afgelegië of Verwegistan.)

  • (a) De eunuch was in Jeruzalem geweest om daar God te aanbidden en
  • (b) zat nu op de terugweg in zijn reiswagen. (8.27b-28a; NBV21)

Het onuitgesproken verband tussen (a) en (b) is dat een onbesneden eunuch geen toegang tot de tempelrituelen krijgen kón. Althans, zo kun je de voorschriften lezen in Leviticus. Ook Deuteronomium laat aan duidelijkheid weinig te wensen over:

Lees verder “Een eunuch in Jeruzalem”

Paulus, Festus, Agrippa en Berenike

Paulus (Crypta Balbi, Rome)

In het voorvorige en vorige stukje behandelde ik de wijze waarop de apostel Paulus in Jeruzalem in moeilijkheden was gekomen. De aanleiding was geweest dat mensen uit Asia een heidense leerling van Paulus, Trofimos, hadden gezien in de buurt van de tempel. Ze hadden daarop diens meester ervan beschuldigd dat hij, door een niet-jood daar toe te laten, de reinheid van de eredienst had gecompromitteerd. Romeinse troepen, gecommandeerd door Claudius Lysias, hadden Paulus gered door hem te arresteren en de volgende dag had de apostel, inspelend op de verdeeldheid binnen het Sanhedrin, een veroordeling weten te vermijden. Een tweede verhoor, voor gouverneur Marcus Antonius Felix in Caesarea, was verdaagd tot ook Claudius Lysias aanwezig kon zijn. We lezen niets over een tweede zitting – we vernemen alleen dat Paulus twee jaar gedetineerd bleef.

Paulus voor Festus

In 58 na Chr. kwam een nieuwe gouverneur aan, Porcius Festus. Die besloot de aanklacht af te handelen en eiste dat degenen die Paulus beschuldigden, naar Caesarea kwamen om de aanklacht nog eens te formuleren. Namelijk dat Paulus de Wet van Mozes zou hebben willen afschaffen en dat hij de reinheid van de tempel zou hebben geschonden.

Lees verder “Paulus, Festus, Agrippa en Berenike”

De dood: twee opties – of drie

De opwekking van Lazarus (Catacombe van Callixtus, Rome)

M. Ogulnius …
hic est et non
est.

Marcus Ogulnius …
is hier en is
niet. (CIL 6.4632)

Vijf eenlettergrepige woorden achter elkaar – dat zie je niet vaak in het Latijn. Maar de Romeinse voorbijganger wiens oog op dit grafschrift viel, had iets anders om over na te denken. “Is hier en is (er) niet”: vormt dit spel met taal een paradox, zo van “is hier wel en ook weer niet”? Betekent het dat het belangrijkste, onstoffelijke deel van Marcus Ogulnius elders voortleeft?

Lees verder “De dood: twee opties – of drie”