Hoezo Zondeval?

Sinds de Zondeval kruipen slangen door het stof

Mijn vrienden zijn op een leeftijd waarop ze kinderen krijgen. Het blijft me verbazen hoe peuters de ene vaardigheid na de andere ontwikkelen. En steeds zeggen mijn vrienden hetzelfde: “je kunt ze wel iets verbieden, maar ze begrijpen gewoon niet wat ‘dat mag niet!’ betekent”. Moreel bewustzijn, dat ontwikkelen kinderen pas later. Ouders kunnen dingen eigenlijk pas verbieden als hun kinderen begrijpen dat het verkeerd is iets verbodens te doen.

Hetgeen ons brengt bij een verbod uit Genesis 2.

God bracht de mens in de tuin van Eden, om die te bewerken en erover te waken. Hij legde hem het volgende verbod op: “Van alle bomen in de tuin mag je eten, maar niet van de boom van de kennis van goed en kwaad; wanneer je daarvan eet, zul je onherroepelijk sterven.” (Genesis 2.15-17; NBV21)

Lees verder “Hoezo Zondeval?”

Oude olijfbomen

Laërtes’ olijfboom

Drie jaar geleden was ik in Souk Ahras, een klein Algerijns stadje dat ooit Thagaste heette en dat de geboorteplaats is van Augustinus. Er zijn geen opvallende resten uit de Romeinse tijd, maar achter het gemeentehuis toont men een olijfboom die, zo vertelt men, eeuwenoud is. Ik blogde er destijds over – lees maar – en schreef toen dat de christelijke veelschrijver de boom minimaal zou kunnen hebben gezien.

Het is niet de enige oeroude olijfboom. Het exemplaar hierboven staat op Ithaka en men vertelt ter plekke dat de vader van Odysseus, Laërtes, er weleens ging zitten als hij het gedonder in het paleis zat was. In Athene wijzen ze Plato’s olijfboom aan. In Libanon staan bij Bcheale zestien bomen die zouden zijn ontstaan toen Noach het olijftakje zou hebben geënt dat de duif hem na de Zondvloed had gebracht. Op de Olijfberg in Jeruzalem tonen ze u de bomen waaronder Jezus zou hebben gebeden voordat Judas hem kwam verraden.

Lees verder “Oude olijfbomen”

Tolkien, Hulspas en Holman

Giotto, Tempelreiniging

Voor mijn eindexamen las ik The Lord of the Rings van Tolkien. En nog een bulk andere boeken, maar daar heb ik het nu niet over. Een leuke herinnering is dat mijn docent en ik na afloop van het examengesprek nog even koffie dronken en spraken over, jawel, literatuur. In het Nederlands en niet in mijn moeizame Engels, maar het was een gelijkwaardig gesprek waarin mijn leraar serieus informeerde naar mijn literaire oordeel.

Ik herinner me niet wat ik toen heb gezegd over Tolkien, maar weet wel dat mijn docent uitlegde dat de Germaanse achtergrond van de verhalen hem weinig deed, en dat we zoekend concludeerden dat een liefde voor Tolkien eigenlijk een heel subjectieve zaak was. Je deelt zijn “Germaanse gevoel” of niet. Ik ben dat gevoel kwijtgeraakt, maar ik vond het leuk dat ik later in Oxford in café The Eagle and Child bleek te zitten aan de tafel waar Tolkien elke week was neergestreken met C.S. Lewis en enkele andere literatoren. Ik kan begrijpen waarom er mensen zijn die een soort Tolkien-religie hebben, zoals de media vorige week berichtten.

Lees verder “Tolkien, Hulspas en Holman”