
In mijn vorige blogje vertelde ik hoe het Zesde, Gestaalde Legioen is ontstaan, een rol speelde in de Tweede Burgeroorlog en enkele andere conflicten, en uiteindelijk belandde in Syrië. Daar dienden ook het Derde Legioen Gallica (waarover we het al eens hadden), X Fretensis en XII Fulminata. In 20 v.Chr. zette Augustus’ stiefzoon en latere opvolger Tiberius deze eenheden in om druk te zetten op de Parthen. Met succes. Ze gaven de veldtekens terug die ze in 53 v.Chr. bij Carrhae hadden buitgemaakt. De teruggave staat afgebeeld op het beroemde standbeeld van Augustus van Primaporta. Al circuleert er ook wat academische kwakgeschiedenis over dat onderwerp.
Judea en Armenië
Enkele jaren later, na de dood van koning Herodes, zette de gouverneur van Syrië, Publius Quinctilius Varus, drie van deze legioenen in om de opstanden van de joodse messiaanse pretendenten Judas, Simon en Athronges te onderdrukken. Het is onduidelijk waar VI Ferrata in deze tijd gestationeerd was, maar het kan gaan om de omgeveing van et huidige Homs of Kyrrhos. Veteranen vestigden zich later in Ptolemais (Akko).
In 58 na Chr. lanceerde de Romeinse bevelhebber Gnaeus Domitius Corbulo een succesvolle campagne in het vazalkoninkrijk Armenië, waar hij met behulp van III Gallica, VI Ferrata en X Fretensis de hoofdsteden Artaxata en Tigranokerta veroverde. Hij gaf de Armeniërs een nieuwe, pro-Romeinse koning, Tigranes.
De Parthen plaatsten echter een andere koning op de troon, Tiridates. Dat leidde tot nieuwe gevechten, waarin de Romeinse gouverneur van Cappadocië, Lucius Caesennius Paetus, werd verslagen (62/63). Corbulo en zijn legioenen draaiden de rollen echter om en uiteindelijk liet Tiridates zich in Rome door keizer Nero voor de tweede keer kronen. VI Ferrata bleef enige tijd in Armenië maar keerde uiteindelijk terug naar Syrië. In de burgeroorlog van het Vierkeizerjaar speelde het legioen een ondergeschikte rol.
Commagene en Palestina
Keizer Vespasianus stationeerde VI Ferrata in Commagene, een koninkrijk aan de rivier de Eufraat dat net was geannexeerd. De basis was in Samosata (Samsat). Daarvandaan nam het Zesde Legioen deel aan de Armeense campagne van keizer Trajanus (114), die uitmondde in de annexatie van dit koninkrijk. Tijdens de volgende twee jaar probeerde Trajanus ook Mesopotamië te veroveren, maar dat mislukte. Landkaarten waarop Mesopotamië als Romeinse provincie staan ingetekend, zijn in hoge mate misleidend. Trajanus’ opvolger Hadrianus gaf alle gebieden ten oosten van de Eufraat op (117/118). Of beter: hij gaf de aanspraken op, want er feitelijk niets dat opgegeven kon worden.
Al voor 119 was VI Ferrata overgeplaatst naar Arabia, waarvandaan het Judea binnenviel tom de opstand van Simon ben Kosiba (132-136) te onderdrukken. Daarna verbleef het in Megiddo in Galilea, dat al snel Legio zou heten en tot nog niet zo lang geleden Lejjun werd genoemd.
Legionairs van VI Ferrata dienden onder keizer Antoninus Pius (r.138-161) korte tijd in Tunesië, waar ze een weg aanlegden. Later, toen er een nieuwe oorlog uitbrak tussen Rome en Parthië, zette keizer Lucius Verus het Zesde in Mesopotamië in (162-165). Het was waarschijnlijk betrokken bij de inname van Ktesifon, de Parthische hoofdstad. Tijdens de eerste fase van deze oorlog was de commandant van VI Ferrata de Antistius Adventus die later nog eens een inscriptie zou achterlaten in Vechten.
Tijdens de burgeroorlog van 193 koos het Zesde Legioen meteen de kant van Lucius Septimius Severus, hoewel diens rivaal Pescennius Niger veel dichtbij was. Het leverde het legioen de bijnaam Fidelis Constans op, “trouw en betrouwbaar”.

Arabië
Het legioen was in 215 nog in Palestina en is mogelijk door keizer Severus Alexander (r.222-235) van Galilea overgeplaatst naar Fenicië, maar dit is niet helemaal zeker. Tijdens het bewind van Diocletianus (r.284-305) vinden we het Zesde in Udruh, niet ver van Petra in Jordanië.
Aangezien het legioen ontbreekt in de Notitia Dignitatum, waarin de Romeinse functionarissen en commandanten van rond 400 na Chr. staan opgesomd, mogen we aannemen dat het Zesde Legioen Ferrata tegen die tijd was vernietigd, ontbonden of weggereorganiseerd.
Tiridates voor de tweede keer gekroond. Moet dat niet Tigranes zijn, of wisten de Romeinen de Parthische vazalkoning voor hun kar te spannen?
Nee, het was Tiridates, die dus de hoogheid van Rome erkende, die werd herkroond door Nero.
“Zesde Legioen Ferrata tegen die tijd was vernietigd, ontbonden of weggereorganiseerd.”
Dat is mogelijk hoewel we daarvoor geen aanleiding (bijvoorbeeld een campagne of een opstand) in de bronnen kunnen vinden. Normaliter werden legioenen nooit ‘weggereorganiseerd’ zonder sporen achter te laten, bijvoorbeeld deeleenheden met hun naam.
Er bestaat een mogelijkheid dat VI Ferrata juist onder Diocletianus verdween terugkwam in een of zelfs meer andere (kleinere) eenheden, die juist onder Diocletianus zijn opgericht: Legio Parthica I-VI.