VI Ferrata, het Gestaalde Legioen (2)

Inscriptie van VI Ferrata uit Megiddo (vertaling; Rockefellermuseum, Jeruzalem)

In mijn vorige blogje vertelde ik hoe het Zesde, Gestaalde Legioen is ontstaan, een rol speelde in de Tweede Burgeroorlog en enkele andere conflicten, en uiteindelijk belandde in Syrië. Daar dienden ook het Derde Legioen Gallica (waarover we het al eens hadden), X Fretensis en XII Fulminata. In 20 v.Chr. zette Augustus’ stiefzoon en latere opvolger Tiberius deze eenheden in om druk te zetten op de Parthen. Met succes. Ze gaven de veldtekens terug die ze in 53 v.Chr. bij Carrhae hadden buitgemaakt. De teruggave staat afgebeeld op het beroemde standbeeld van Augustus van Primaporta. Al circuleert er ook wat academische kwakgeschiedenis over dat onderwerp.

Judea en Armenië

Enkele jaren later, na de dood van koning Herodes, zette de gouverneur van Syrië, Publius Quinctilius Varus, drie van deze legioenen in om de opstanden van de joodse messiaanse pretendenten  JudasSimon en Athronges te onderdrukken. Het is onduidelijk waar VI Ferrata in deze tijd gestationeerd was, maar het kan gaan om de omgeveing van et huidige Homs of Kyrrhos. Veteranen vestigden zich later in Ptolemais (Akko).

Lees verder “VI Ferrata, het Gestaalde Legioen (2)”

Het legioen met de leeuweriken: V Alaudae (2)

Grafsteen van soldaat Marcus Julius uit V Alaudae (Thermenmuseum, Heerlen)

Ik het vorige blogje beschreef ik de oprichting van het Vijfde Legioen Alaudae en zijn rol in Caesars campagnes in Gallië en de Tweede Burgeroorlog. Daarna streed voor Marcus Antonius en keizer Augustus. De soldaten waren actief in Italië, Macedonië, Syrië en Spanje voordat de eenheid werd overgeplaatst naar Belgica.

De Germaanse Oorlogen

In 12 v.Chr. stationeerde Augustus’ stiefzoon Drusus het Vijfde in Nijmegen of Xanten, waarvandaan het deelnam aan enkele veldtochten in het Overrijnse. De soldaten staken de Weser over en bereikten in 9 v.Chr. zelfs de Elbe. Mogelijk verbleven ze daarna enige tijd in Oberaden of Haltern, de Romeinse bases langs de Lippe.

Lees verder “Het legioen met de leeuweriken: V Alaudae (2)”

De Rijn

De Rijn bij Koblenz

Er is wat te doen geweest om de lengte van de Rijn, de antieke Rhenus. Iedereen schreef van elkaar over dat de stroom ruim 1330 kilometer lang was. Feitelijk meet de rivier 1233 kilometer. Althans tegenwoordig. Vroeger was de rivier iets langer, want door kanalen zijn er bekortingen geweest. Maar geen 100 kilometer.

De twee bronnen liggen in de Zwitserse Alpen. De daar ontspringende riviertjes komen samen in de omgeving van Chur, het oude Curia. Vanaf hier stroomt de rivier naar het Bodenmeer: 150 kilometer noordelijker en twee kilometer lager. Bij dit meer, ooit bekend als Lacus Brigantinus, buigt de rivier westwaarts en dondert vervolgens naar beneden over de enorme waterval bij Schaffhausen. Nog even verderop, bij Windisch (Vindonissa), mondt de Aare uit in de Rijn en vanaf daar is de stroom voor schepen bevaarbaar.

Lees verder “De Rijn”

Oorlog om Armenië (5)

Nero onderwerpt Armenië: reliëf uit Afrodisias
Nero onderwerpt Armenië: reliëf uit Afrodisias

Twee koningen in Armenië: Tiridates, bijgestaan door zijn broer Vologases, koning van Parthië, en de pro-Romeinse Tigranes, die kan terugvallen op de Romeinse legers van Paetus en Corbulo. Corbulo heeft al eens succesvol campagne gevoerd in Armenië, maar dat heeft de Parthen niet afgeschrikt: in 62 belegert koning Vologases Paetus. Corbulo haast zich langs de Eufraat stroomopwaarts. Daarmee had ik u gisteren achtergelaten.

Terwijl Corbulo langs de Eufraat oprukte, vernam hij dat hij te laat was. Het leger van Paetus, IIII Scythica en XII Fulminata, had zich bij Rhandeia aan de Parthen overgegeven. Vologases zou op een olifant gezeten leiding hebben gegeven aan een Parthische triomftocht. En daarbij had hij het gelaten. Hij had de legioenen kunnen vernietigen, maar had de krijgsgevangen Romeinse soldaten naar huis laten terugkeren. Het was duidelijk dat hij de onderhandelingen met keizer Nero wilde hervatten en op zoek was naar een vredesverdrag.

Lees verder “Oorlog om Armenië (5)”

Oorlog om Armenië (4)

De Eufraat
De Eufraat

Zoals ik de afgelopen drie dagen heb beschreven, schond de Parthische koning Vologases een overeenkomst met Rome door zijn broer Tiridates te benoemen als koning van Armenië. Ik vermoed dat de gestage opbouw van een Romeins leger, ook al was dat bedoeld om geloofwaardig te kunnen dreigen en zo een diplomatieke oplossing af te dwingen, die diplomatieke oplossing juist onmogelijk maakte toen Tiridates al te scherp optrad tegen pro-Romeinse Armeniërs. Daarna was alleen dreigen geen optie meer; er moest worden opgetreden. En dat deed de Romeinse generaal Corbulo met opvallend veel succes: Artaxata viel in 58, Tigranokerta viel een jaar later, Tiridates vluchtte en werd vervangen door de pro-Romeinse Tigranes.

De oorlog was echter nog niet afgelopen. Er bleven maar versterkingen aankomen voor het Romeinse leger: het Vijfde Legioen Macedonica arriveerde in 61. Corbulo lijkt echter geen behoefte te hebben gehad aan escalatie. Rome had zijn tanden laten zien, de strategische doelen waren bereikt, de Parthen wisten dat verdragsschennis zou worden bestraft. En omdat hij geen reden had voor geweld, koos Corbulo voor HZB: de soldaten moesten maar forten langs de Eufraat gaan bouwen – precies zoals  de legionairs aan de Rijn enkele jaren eerder hadden gedaan. Het signaal aan de Parthen was duidelijk: Rome wilde geen oorlog en nam defensieve posities in.

Lees verder “Oorlog om Armenië (4)”

Oorlog om Armenië (3)

Artaxata (op de heuvels)

Zoals ik eergisteren heb aangegeven, hadden de Romeinen het recht de koning van Armenië aan te stellen maar had de Parthische vorst Vologases zijn broer Tiridates geplaatst op de Armeense troon. De Romeinen waren, zo vertelde ik gisteren, een troepenmacht aan het opbouwen maar hoopten nog dat ze het conflict diplomatiek konden oplossen. Vologases lijkt daar oren naar te hebben gehad: in het jaar 55 stuurde hij gijzelaars naar de gouverneur van Syrië, Ummidius Quadratus.

De Romeinse troepenopbouw ging ondertussen verder. Ummidius commandeerde twee legioenen, X Fretensis en XII Fulminata, terwijl generaal Corbulo. wat noordelijker aan de Eufraat beschikte over III Gallica en VI Ferrata, en daar kwam IIII Scythica bij, een eenheid die voordien aan de Donau gelegerd was geweest. Nog altijd was oorlog afwendbaar, maar toen kwam het nieuws dat de Parthische koning van Armenië, Tiridates, de Armeniërs bedreigde. Die waren volgens hem wat al te pro-Romeins. De aanwezigheid van recente versterkingen en van twee legers die waren bedoeld om diplomatieke druk uit te oefenen en die op scherp stonden, in combinatie met anti-Romeinse incidenten in Armenië: het was voldoende om de oorlog te ontketenen.

Lees verder “Oorlog om Armenië (3)”

Oorlog om Armenië (2)

Corbulo (Louvre, Parijs)

We zagen gisteren dat de Parthische koning Vologases in het jaar 52 na Chr. zijn broer Tiridates als koning had geïnstalleerd in Armenië. Het was op een mislukking uitgelopen: een strenge winter en een epidemie, en mogelijk ook een door de Romeinen gestimuleerde opstand in Medië en Hyrkanië zorgde ervoor dat Vologases het veld moest ruimen. De legitieme koning van Armenië, Rhadamistus, keerde terug.

Die lijkt geconfronteerd te zijn geweest met edelen die de Parthen hadden gesteund en schijnt hard tegen ze te zijn opgetreden. Te hard. De Armeniërs ervoeren Rhadamistus als een tiran en het hielp hem niet dat hij zelf, net als de Parthische Tiridates, geen Armeniër was. Wat niemand had zien aankomen, gebeurde nu toch: de Armeniërs nodigden Tiridates uit om terug te komen. En zoals we zagen, hadden de Armeniërs geen zelfbeschikkingsrecht: de Romeinen mochten een koning aanwijzen en volgens hen was dat nog altijd Rhadamistus. Hoe zou de pas aangetreden, onervaren keizer Nero reageren? De Romeinse historicus Tacitus maakt duidelijk dat de situatie werd beschouwd als een test voor de nieuwe machthebber en zijn adviseurs.

Lees verder “Oorlog om Armenië (2)”

Het kanaal dat alles veranderde

Corbulo (Louvre, Parijs)

De Romeinen hadden in 40 een begin gemaakt met de ontwikkeling van het gebied aan de monding van de Rijn. Hiervandaan wilden ze Groot-Brittannië gaan veroveren. Daarbij zou een deel van het Rijnleger worden ingezet, en omdat er nu minder troepen lagen langs de Rijn, gelastte keizer Claudius de verantwoordelijke bevelhebber in deze sector, Corbulo, te kiezen voor een defensieve strategie. Uit deze tijd dateren de eerste wachttorens en permanente fortificaties van de limes, de permanente grens van het Romeinse Rijk.

Om dit alles te bouwen, was meer materiaal nodig dan aan de Rijn werd geproduceerd: recht hout en natuursteen bijvoorbeeld, en graan voor de garnizoenen. Aanvoer over de Rijn was moeilijk, omdat de bouwers van de forten daar eveneens materiaal nodig hadden. Transport over de woelige zee was ook uitgesloten, en dus was het noodzakelijk een waterweg aan te leggen die de nieuwe forten aan de Rijnmonding verbond met de Maas. Dat maakte de aanvoer van bouwmaterialen en graan uit het zuiden eenvoudiger. Zonder kanaal geen grensverbetering.

Lees verder “Het kanaal dat alles veranderde”