Het vroegste Palmyra

De gedomesticeerde dromedaris was cruciaal voor de bloei van Palmyra (Archeologisch Museum, Palmyra)

Ik heb, naar aanleiding van het handboek Een kennismaking met de oude wereld van De Blois en Van der Spek, de afgelopen weken geblogd over de Crisis van de Derde Eeuw. Het Romeinse klimaatoptimum liep ten einde, er was een economische crisis, de stammen buiten het Romeinse Rijk werden gevaarlijk en in het oosten was er vaak oorlog met de Sassanidische Perzen. Rond het midden van de derde eeuw was er een epidemie (mogelijk ebola) en in de volgende kwart eeuw viel het wereldrijk uiteen in drie delen: naast het centrale rijk van keizer Gallienus regeerde Postumus in het westen over Gallië en omstreken, terwijl de oostelijke provincies onder keizerin Zenobia van Palmyra voor zichzelf begonnen.

De geschiedenis van Palmyra begint echter niet in de derde eeuw. Evenmin eindigt ze als keizer Aurelianus orde op zaken stelt. De geschiedenis van Palmyra begint in de Bronstijd en loopt door tot de Vroege Middeleeuwen. Ik zal er vijf blogjes aan wijden.

De Bronstijd

Eerst maar even een woord over de topografie. Al in het late vierde millennium waren er culturele contacten tussen Mesopotamië en Egypte. Het was een lange reis: je ging stroomopwaarts langs de Eufraat, kwam zo bij Karchemiš in het oosten van Syrië, trok dan over de uitlopers van de Taurus naar het westen, bereikte de vallei van de Orontes en trok dan via de Litani en Jordaan naar het zuiden, waarna de tocht door de Sinaï wachtte. De contacten langs deze route verliepen vrijwel zeker via tussenschakels.

Er was echter een kortere weg, meer zuidelijk. Wie vanuit Babylon kwam, reisde niet helemaal tot Karchemiš, maar kon bij Mari water innemen en door de woestijn rechtstreeks naar het westen gaan, richting Damascus. Langs deze zuidelijke route lagen verschillende oases, waar mensen en muildieren water konden vinden. De grootste halteplaats lag halverwege: op 250 kilometer van de Eufraat en 240 kilometer van Damascus lag Tadmor ofwel Palmyra. Beide namen zijn te herleiden tot een oeroud woord dhmr dat “wachttoren” betekent.

De oase wordt genoemd in enkele heel vroege teksten. Zo vermeldt een kleitablet uit Kaneš in Anatolië een man met een Assyrische naam, Puzur-Ištar, die uit Tadmor afkomstig is. Rond 1800 v.Chr., toen deze tekst werd geschreven, was de handelspost dus al buiten Syrië bekend. Iets jonger zijn twee brieven uit de archieven van Mari, die de komst van gezanten uit Tadmor en plunderingen door nomaden vermelden.

De zuidelijke route door de woestijn was moeilijk, maar werd iets eenvoudiger in de tiende eeuw v.Chr., toen de dromedaris werd gedomesticeerd. Die dieren kunnen grote afstanden afleggen zonder water te hoeven drinken. Het was minder noodzakelijk vanuit Mari of Damascus enorme hoeveelheden water mee te nemen voor onderweg. En dat betekende weer dat je meer koopwaar kon meenemen. Evengoed was een tussenstop nodig in Tadmor.

De IJzertijd

In 1110 v.Chr. pochte de Assyrische koning Tiglat-Pileser I:

Om de Arameeërs te achtervolgen ben ik achtentwintig keer de Eufraat overgestoken, twee keer in één jaar. Vanuit de stad Tadmor in het land Amurru versloeg ik ze en ik bracht buit naar mijn stad Aššur.

Dit is de eerste verwijzing naar de Arameeërs, het volk dat de komende eeuwen Syrië zou domineren. De Assyriërs zouden ze in de negende eeuw geleidelijk aan onderwerpen. De hoofdweg naar Amurru, zoals ze het Aramese Syrië noemden, liep langs Nisibis, Edessa en Karchemish, een eind ten noorden van Tadmor, dat nu uit onze bronnen verdwijnt.

Eeuwenlang was de noordelijke route belangrijker dan de zuidelijke. Assyrië bereikte zijn grootste omvang en ging ten onder. Babylonië herenigde het Nabije Oosten en ging ten onder. De Perzen kwamen en werden onderworpen door Alexander de Grote, die weer werd opgevolgd door Seleukos I Nikator. Deze stichtte Antiochië in het noordwesten van Syrië, wat de noordelijke handelsroute extra aantrekkelijk maakte.

Al die tijd lezen we niets over Tadmor. Er is één uitzondering: de auteur van het bijbelboek Kronieken vertelt ons eind vierde eeuw v.Chr. dat koning Salomo Tadmor, dat in de woestijn ligt, versterkte.noot 2 Kronieken 8.4. Alleen klopt dit bewijsbaar niet. De chroniqueur bewerkt namelijk een oudere tekst, waar we lezen dat Salomo Tamar in de woestijn van Juda versterkte.noot 1 Koningen 9.18. De verwijzing in Kronieken bewijst dus dat de auteur én slordig las én weleens had gehoord van Tadmor.

De tempel van Nabu

Ondanks de bronnenarmoede zijn we niet helemaal zonder kennis. Latere generaties zouden in Palmyra de Babylonische zonnegod Šamaš en de wijsheidsgod Nabu vereren. In de tempel van Ba’al werd het Akitu-festival gevierd, eveneens een Babylonische ontlening. Er was dus religieuze invloed uit het oosten.

Hellenisme

Tadmor was al met al een halteplaats langs een weinig gebruikte karavaanweg. De zaken begonnen te veranderen toen het Seleukidische Rijk uiteen begon te vallen. In 141 v.Chr. veroverden de Parthen Irak, min of meer op hetzelfde moment dat de Joden onafhankelijk werden. Kooplieden uit het door de Parthen geregeerde Babylonië die naar Egypte of de Middellandse Zee wilden reizen, gingen op zoek naar andere routes: deels om het Seleukidisch-Parthische oorlogsgebied te vermijden, deels doordat Antiochië aan belang inboette. De zuidelijke handelsroute werd nu aantrekkelijker.

De oudste monumenten van Tadmor, enkele graven in de westelijke vallei, dateren uit precies deze tijd. Er zouden al snel veel monumentalere gebouwen bij komen.

Wordt vervolgd.

 [Een overzicht van de blogjes over het handboek oude geschiedenis is hier.]

Deel dit:

3 gedachtes over “Het vroegste Palmyra

  1. Truus Pinkster

    Jona, je schrijft:….. min of meer in dezelfde tijd dat de Joden onafhankelijk werden (141 v. Chr.)

    Kun je me literatuur noemen over de geschiedenis van het oude Israel behalve de site van wikipedia, die tenminste al wel iets vermeld op basis van archeologisch onderzoek.

  2. Truus Pinkster

    Helemaal niet onbescheiden: ik vind het een van je mooiste boeken.
    Dus gauw weer oppaken en daar lezen.

Reacties zijn gesloten.