Hedonisme (4): De tuin van Epikouros

Epikouros (Museo Barracco, Rome)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme. In deze vijfdelige reeks: de hedonisten. Het eerste deel was hier.]

Een eeuw na Aristippos, omstreeks 305 voor Christus, kocht de filosoof Epikouros een huis met een grote ommuurde achtertuin in Athene. In die tuin onderwees hij zijn versie van het hedonisme, dat daarmee pas echt een grote stroming werd. Dat zou zo zijn in de hele hellenistische wereld en ook in de eeuwen daarna.

Zo’n hedonistische tuin spreekt natuurlijk tot de verbeelding, maar wie hoopt dat die epicurische tuin het toneel was van woeste orgieën wordt teleurgesteld. Zoeken naar genot op korte termijn leidt volgens Epikouros niet tot bevrediging. Integendeel. Wie teveel eet wordt ongezond. Teveel drinken leidt tot een kater. Kortzichtige genotzucht leidt tot verslaving. En daarbij moeten we soms nu eenmaal minder leuke dingen doen om leuke dingen te bereiken.

Lees verder “Hedonisme (4): De tuin van Epikouros”

Hedonisme (2): Aristippos’ idee van vrijheid

Kop van een filosoof, niet per se Aristippos (Museum van Selçuk)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme. In deze vijfdelige reeks: de hedonisten. Het eerste deel was hier.]

Aristippos, over wie we het gisteren hadden, gebruikte zijn spitsvondigheden en wijsheden om geld te verdienen en genotvolle ervaringen op te doen. Dit werd hem door andere volgelingen van Sokrates hoogst kwalijk genomen. Sokrates zette zich immers af tegen de sofisten, met het verwijt dat ze zich lieten leiden door geld in plaats van wijsheid.

Maar Aristippos wees erop dat ook Sokrates zich door rijkere vrienden liet onderhouden. Goed, was het antwoord: Sokrates kreeg soms wat aangeboden, maar dat is iets anders dan aan de deuren staan rammelen. Waarom kloppen filosofen als Aristippos dan wel aan bij huizen van rijke mensen, en is het niet andersom? Omdat filosofen weten wat zij nodig hebben, en rijke mensen niet, antwoordde Aristippos dan.

Lees verder “Hedonisme (2): Aristippos’ idee van vrijheid”

Hedonisme (1): Aristippos’ genotzucht

Beeld van een filosoof, niet Aristippos (Museum van Delfi)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme. In deze vijfdelige reeks: de hedonisten.]

De hedonisten, de filosofen van het genot, spreken tot de verbeelding. Plezier maken is nu eenmaal aantrekkelijk. De hedonisten vroegen zich af hoe we het best plezier maken. Wat geeft het meeste plezier? En hoe gebruiken we dit het meest verstandig?

Een eigenzinnige leerling van Sokrates

Voor het ontstaan van het hedonisme moeten we een stap terug doen in de tijd, naar de tijd van Plato. Daar komen we een eigenzinnige leerling van Sokrates tegen: Aristippos.

Lees verder “Hedonisme (1): Aristippos’ genotzucht”

Griekse wiskunde

Griekse mathematische papyrus (Neues Museum, Berlijn)

Ik blogde afgelopen donderdag over het hellenisme en FrankB stelde de vraag waarom de hellenistische geleerden nauwelijks of geen vooruitgang boekten in de wis- en natuurkunde. Die vraag is weleens eerder gesteld geweest. Om precies te zijn een kleine eeuw geleden. Eerst was er de ontdekking geweest van de Archimedespalimpsest. Daarna waren kleitabletten gepubliceerd die toonden dat de Grieken schatplichtig waren aan de Babyloniërs. Allemaal nieuwe informatie, die leidde tot de constatering dat de creatieve periode van de Griekse wiskunde rond 300 v.Chr. voorbij was.

Dijksterhuis versus Spengler

Een van degenen die dit constateerde, was Oswald Spengler in zijn in 1918 verschenen Der Untergang des Abendlandes. Hij meende dat elke beschaving een ontwikkeling kende van groei, bloei en verval. Aangezien de Griekse wiskunde zijns inziens niet van buitenaf was beïnvloed, viel alleen maar te verwachten dat ze ooit aan creativiteit zou inboeten.

Lees verder “Griekse wiskunde”

Cynisme (1): Niets weten met Antisthenes

Antisthenes (Capitolijnse Musea, Rome)

[Tijdens het Hellenisme kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen. In deze korte reeks de eerste daarvan: de Cynici.]

Ten tijde van Plato kwam een markante filosofische tegenstroming op: die van de cynici. Het woord ‘cynisch’, dat overigens ‘honds’ betekent, is wat misleidend. Het gaat hier om een groep filosofen zonder vaste leer, die in hun gedachten en gedragingen echter wel overeenkomsten hadden. Kort door de bocht zijn die samen te vatten als een oproep gevestigde waarden kritisch te bezien.

Antisthenes

Antisthenes wordt gezien als de eerste cynicus. Hij was net als Plato een volgeling van Sokrates en minstens zo trouw aan zijn leermeester. Antisthenes zag zichzelf zelfs als Sokrates’ ware opvolger.

Lees verder “Cynisme (1): Niets weten met Antisthenes”

Aristoteles (14): Een conservatief denker

Lysippos’ portret van Aristoteles (Louvre, Parijs)

[Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. Het eerste deel was hier.]

Vergeleken met Plato was Aristoteles een conservatief denker. Plato maakte zoals we zagen geen onderscheid tussen rangen of standen en geslachten. Aristoteles deed dat wel. Hij onderscheidde voor levende wezens drie categorieën zielen:

  • de plantaardige ziel, die de mogelijkheid geeft tot groeien,
  • de dierlijke ziel, die de mogelijkheid geeft tot waarnemen,
  • de menselijke ziel, die de mogelijkheid geeft tot nadenken.

Lees verder “Aristoteles (14): Een conservatief denker”

Aristoteles (13): De staat

Aristoteles (Huis van de Europese Geschiedenis, Brussel)

[Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. Het eerste deel was hier.]

Het principe van evenwicht komt ook terug in Aristoteles’ staatsfilosofie. Net als Plato maakt Aristoteles een indeling van staatkundige vormen.

Zijn indeling is puur afhankelijk van hoeveel mensen er aan de macht zijn. Hiermee biedt hij een wat minder ingewikkeld staatsmodel dan Plato, die zijn staten indeelde naar de drijvende kracht van de machtshebbers (emoties, het temperament of het verstand).

Lees verder “Aristoteles (13): De staat”

Aristoteles (11): De deugd

De “Ludovisi Aristoteles” (Museo Altemps, Rome)

[Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. Het eerste deel was hier.]

In de tijd van Aristoteles was het genezen van ziektes lastig, bij gebrek aan medicijnen. Het was belangrijk ziektes te voorkomen. Vandaar de belangstelling voor een gezond dieet. De Grieken kenden de gevaren van onmatigheid en hun dieet richtte zich dan ook op evenwicht.

In zowel de filosofie van Aristoteles en als die van zijn voorganger Plato vinden we de visie terug dat gezondheid heeft te maken met evenwicht. Dit ging verder dan alleen een gezond lichaam. Ook voor een gezonde geest, stelde Plato, was het van belang om in evenwicht te blijven. Aristoteles stelt dit zoeken naar evenwicht zelfs centraal in zijn deugdenethiek.

Lees verder “Aristoteles (11): De deugd”

Aristoteles (10): De onbewogen beweger

Aristoteles (Archeologisch Museum, Palermo)[Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. Het eerste deel was hier.]

Volgens Aristoteles moet er van alles een oorsprong zijn, een oorzaak waartoe alle andere zaken te herleiden zijn. Die oorsprong is volgens hem de ‘pure vorm’. Die vorm kent geen stof, geen maker en geen doel. Het is slechts vorm. Deze vorm is de aristotelische god. Deze god wil niets en komt nergens vandaan, hij is simpelweg. Hij is de oorsprong van alles wat beweegt, de zogeheten ‘onbewogen beweger’.

Alles beweegt, maar waarom?

In onze tijd zijn we door onze natuurkundige manier van kijken gewend om de causale oorzaak als leidend te beschouwen, als de oorzaak waartoe alle andere oorzaken zijn terug te redeneren. We kunnen daarmee echter niet verklaren waarom alles ooit begonnen is. We kunnen ook aannemen dat het helemaal nooit is begonnen. Er is altijd beweging geweest en die zal er altijd zijn. Maar dan hebben we nog niet verklaard waarom er eigenlijk beweging is. We kunnen een beweging wel uit een voorgaande beweging verklaren, maar het concept ‘beweging’ niet. Toegegeven, we komen tegenwoordig met een oerknal als verklaring. Dat is echter net zo’n kunstgreep als het introduceren van een schepper. Uiteindelijk is die causale verklaring geen sluitende verklaring voor alles. Of we moeten een god aannemen. En dan is de vraag weer waar die vandaan komt.

Lees verder “Aristoteles (10): De onbewogen beweger”

Aristoteles (8): De vormen

Rafaël, De School van Athene (detail)

[Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail. Het eerste deel was hier.]

Tijdens onze bespreking van Aristoteleslogica en wetenschap zagen we al dat hij botste met zijn leermeester Plato over wat we beter kunnen vertrouwen: het denken of de waarneming. Waar Plato op het denken gericht was, vertrouwde Aristoteles meer op de waarneming. Op de beroemde fresco De school van Athene van de Italiaanse renaissanceschilder Rafaël, staan de filosofen naast elkaar afgebeeld: Plato wijzend naar de hemel en Aristoteles gebarend richting aarde.

Toch staan deze twee niet diametraal tegenover elkaar, althans niet in hun kennisleer. Allebei waren ze in navolging van Parmenides op zoek naar de essentie van de zaken.

Lees verder “Aristoteles (8): De vormen”