De Trojaanse Oorlog (4)

Hittitische hiëroglyfen in Hattusa
Hittitische hiëroglyfen in Hattusa

[Dit kerstweekend blog ik over de Trojaanse Oorlog. De legendarische expeditie van een coalitie van Griekse krijgers die ergens in de dertiende eeuw v.Chr. de stad Troje innamen vormt een romantisch verhaal en het onderzoek brengt diverse subdisciplines samen: klassieke talen, oude geschiedenis, archeologie, hethitologie. Allemaal redenen om u dit kerstweekend te trakteren op een longread. Het eerste deel vindt u hier.]

De Hethieten waren lange tijd alleen bekend uit de Bijbel, waarin ze verschillende keren worden genoemd. Uit die beschrijvingen valt af te leiden dat ze ergens tussen de rivier de Eufraat en het Libanongebergte woonden en een machtig volk waren: volgens 2 Koningen 7.6-7 was het geluid van de nadering van de Hethitische koning al voldoende om Israëls vijanden op de vlucht te doen slaan.

Met de ontcijfering van het hiëroglyfenschrift begon daar informatie bij te komen. Uit de historische verslagen van de farao’s van de Achttiende en Negentiende Dynastie bleek dat zij contact hadden met de bewoners van het land “Cheta”, ergens in het noorden. In zijn vijfde regeringsjaar (1274 v.Chr.) zou Ramses II de Hethieten hebben verslagen in de Slag bij Kadesj, en in zijn eenentwintigste regeringsjaar (1258 v.Chr.) had hij vrede met hen getekend. Spijkerschriftteksten bevestigden dat ook de Assyriërs de Hethieten kenden. Ze onderhielden in deze tijd contacten met de stad Karchemis in “het land Hatti”.

Lees verder “De Trojaanse Oorlog (4)”

T.E. Lawrence in Aleppo

baron_hotel

Wie wat bewaart die heeft wat. De bovenstaande foto maakten we acht jaar geleden in Aleppo in wat in 2008 het Baron Hotel heette en een eeuw geleden Baron’s Hotel.

Niet alleen Lawrence overnachtte en dineerde er (en vergat zijn rekening te betalen), het is ook waar koning Faisal de onafhankelijkheid van Syrië uitriep, waar Agatha Christie Murder on the Orient Express schreef. Tot de andere gasten behoorden Atatürk, archeoloog Max Mallowan, Charles Lindbergh, president Nasser, Charles de Gaulle, Yuri Gagarin en – hoe kan het ook anders in de Syrische hoofdstad – Hafez al-Assad.

Lees verder “T.E. Lawrence in Aleppo”

Lawrence in Jordanië (4)

Wadi Rum
Wadi Rum

Ik heb eerder deze week driemaal (1, 2, 3) geschreven over Lawrence of Arabia, de Britse officier die tijdens de Eerste Wereldoorlog meevocht met de Arabische legers van Hussein van Mekka. Zij dekten de rechterflank van het Britse leger dat vanuit Egypte oprukte door Palestina. De officiële vijand was het Ottomaanse Rijk, maar er stond meer op het spel: het land van de Eufraat en de Tigris was spreekwoordelijk vruchtbaar en al in de negentiende eeuw hadden de Britten en Fransen grootse plannen gemaakt om het Midden-Oosten koloniaal te exploiteren. Dat was nog aantrekkelijker geworden toen er olie was ontdekt.

Hussein van Mekka steunde de Britten omdat de Britse Hoge Commissaris voor Egypte, Henry McMahon, hem had toegezegd dat hij zou worden erkend als heerser van een onafhankelijk koninkrijk. Zijn zonen Faysal en Abdulah, zijn generaal Sharif Nasir en zijn bondgenoot Audeh abu Tayeh: allemaal meenden ze dat de Britten daarmee hadden gedoeld op een rijk voor alle Arabieren. Misschien waren het wel de kanttekeningen van MacMahon, die erop neerkwamen dat er uitzonderingen zouden zijn voor de Joden, Druzen, Maronieten en Alawieten, die het zo geloofwaardig maakten dat de rest voor de Arabieren zou zijn.

Lees verder “Lawrence in Jordanië (4)”

Lawrence in Jordanië (3)

Het vertrek in Azraq waar Lawrence prins Faysal ontving.
Het vertrek in Azraq waar Lawrence prins Faysal ontving.

[Dit is het derde van vier stukjes over Lawrence of Arabia. Het eerste is hier.]

De Arabische inname van Akaba, waarover ik gisteren schreef, zal de Turken niet echt hebben verrast. Ze wisten dat de stad bedreigd was en hadden geprobeerd haar te versterken. De Britten, die de haven zelf hadden willen overnemen, hadden gemengde gevoelens over de Arabische verovering, maar begrepen dat het in hun belang was te verhinderen dat de stad weer in Ottomaanse handen viel. Enkele uren nadat kapitein Lawrence was komen melden dat de Arabieren de haven in handen hadden, was een bevoorradingsschip naar Akaba op weg.

Voorlopig waren de Britten ook degenen die er het meeste baat van hadden. De legers van de opstandelingen trokken nu van het Arabische Schiereiland naar het noorden en dekten de flank van het Britse leger, dat vanuit Gaza Palestina wilde veroveren. Dat generaal Allenby kort voor kerstmis 1917 Jeruzalem kon innemen, was voor een deel te danken aan de parallelle bewegingen van de Arabische legers, die via Akaba werden bevoorraad.

Lees verder “Lawrence in Jordanië (3)”

Lawrence in Jordanië (2)

Scène uit "Lawrence of Arabia"
Scène uit “Lawrence of Arabia”

[Dit is het tweede van vier stukjes over Lawrence of Arabia. Het eerste is hier.]

De Arabische aanval op Akaba in de film Lawrence of Arabia is een van de spectaculairste scènes die ooit is gefilmd. Ik zou zo gauw geen tweede film kunnen noemen waarin een charge met dromedarissen wordt getoond. Graag had ik in dit stukje een videoclipje van de Youtube opgenomen, maar de rechthebbenden lijken de scène voor Nederland te hebben geblokkeerd.

Misschien maar beter ook, want het is bepaald geen realistische weergave. Sterker nog, de bestorming van Akaba is eigenlijk geen historische gebeurtenis.

Lees verder “Lawrence in Jordanië (2)”

Lawrence in Jordanië (1)

Wadi Rum
Wadi Rum

Gistermorgen heb ik in alle vroegte minutenlang gekeken naar het stille spektakel van de zon die van achter de bergen oprees over de Wadi Rum, een woestijngebied in het zuiden van Jordanië. Het was niet heel anders dan in de film Lawrence of Arabia en dat is ook niet zo vreemd, want die film is hier opgenomen.

De Britse officier T.E. Lawrence valt in het Midden-Oosten niet te vermijden. Als jonge geleerde schreef hij een boek over Kruisvaarderskastelen en later was hij betrokken bij de opgravingen van Karchemish. Foto’s die hij maakte in Beiroet documenteren hoe die stad er een eeuw geleden uitzag. Hij dankt zijn bijnaam aan zijn rol in de Arabische Opstand: de campagne uit de Eerste Wereldoorlog waarin de Arabieren hun onafhankelijkheid afdwongen. Daarover schreef hij een prachtig boek, Seven Pillars of Wisdom, waarmee hij zijn eigen legende schiep en bereikte dat hij in het Midden-Oosten onvermijdelijk steeds weer opduikt.

Lees verder “Lawrence in Jordanië (1)”

Libanese identiteiten (1)

De Sykes-Picot-overeenkomst
De Sykes-Picot-overeenkomst (Wikimedia Commons)

Wie de film Lawrence of Arabia heeft gezien, kent het verhaal. Tijdens de Eerste Wereldoorlog rukte de Britse generaal Allenby van Egypte op naar Palestina en Syrië. In zijn strijd tegen de Ottomaanse Turken kreeg hij de hulp van het leger van Arabische opstandelingen, gecommandeerd door de latere koning Faisal. Hem was toegezegd dat in de gebieden die op de Turken zouden worden veroverd, een Arabisch koninkrijk zou komen.

De Britten hadden echter meer afspraken gemaakt: met de Fransen was overeengekomen dat zij de veroverde zouden verdelen. Het kaartje toont deze zogenaamde Sykes-Picot-overeenkomst. Deze strijdige toezeggingen vormen de oorzaak van de huidge problemen in het Midden-Oosten.

Lees verder “Libanese identiteiten (1)”

De Libanese burgeroorlogen (2)

Het eerste ontwerp van de Libanese vlag (Privémuseum Robert Mouawad).
Het ontwerp van de Libanese vlag (Privémuseum Robert Mouawad).

[Dit is het tweede deel van een serie van dertien artikelen. Het eerste  deel, over de situatie in de negentiende eeuw, is hier.]

Tijdens de Eerste Wereldoorlog namen de Turkse leiders bikkelharde maatregelen tegen de Armeniërs: de beruchte genocide. Velen worden gedeporteerd naar oostelijk Syrië, waar ze in Deir ez-Zor werden gedood. Een groep van zo’n honderdduizend mensen bereikte echter Libanon, waar sindsdien een Armeense minderheid is, die inmiddels is uitgegroeid tot honderdvijftigduizend.

Lees verder “De Libanese burgeroorlogen (2)”

Een prachtige palimpsest

(©Bodleian Cairo Genizah Collection)

Toegegeven, dat oudheidkundigen wereldvreemd zijn is een tikje overdreven. In de eerste helft van de twintigste eeuw diende menig archeoloog bij een militaire inlichtingendienst (zoals T.E. Lawrence), terwijl classici vaak achter de linies vochten tijdens de Tweede Wereldoorlog en de Griekse Burgeroorlog. Maar het zijn uitzonderingen. Wij oudheidkundigen zijn niet zo avontuurlijk. Ik heb collega’s die nog nooit zijn gereisd voorbij Turkije. Ik denk dat het de meerderheid is.

Wat voor ons wel opwindend is? Nou, een oud manuscript. Het plaatje linksboven is een wel heel mooi voorbeeld van wat ons tot extase brengt. Het is namelijk niet zomaar een oud handschrift dat daar in de Bodleian Library van Oxford ligt, het gaat om een palimpsest: een tekst op perkament die op een gegeven moment niet langer nodig was, waarna iemand de geschreven woorden van het leer schuurde en er een nieuwe tekst overheen schreef. De oude tekst is echter vaak nog leesbaar, en als dat niet makkelijk gaat, dan helpt ultraviolet licht. (Een bekend voorbeeld is de zogenaamde Archimedespalimpsest.)

Lees verder “Een prachtige palimpsest”