De Aoos

Een regenboog boven de Aoos

Hé, dat is nou eens een leuk bericht. Edi Rama, de premier van Albanië, heeft vorige week het stroomgebied van de Vjosë uitgeroepen tot beschermd natuurgebied. Nu zijn er wel meer natuurparken maar dit is de eerste keer in Europa dat een overheid een wilde rivier beschermt. Anders dan onze Rijn en Maas is de Vjosë nooit gekanaliseerd. Ook zijn er geen dammen of dijken. Ik lees dat het rivierpark ruimte biedt aan allerlei waterdieren en talloze wilde beesten. Otters, gieren en de bedreigde Balkanlynxen kunnen hier dus vrijuit hun otter-, gier- en Balkanlynxdingen doen.

Aoos

De 270 kilometer lange Vjosë is de antieke Aoos, die ook wel Aias heette. De rivier ontspringt in het Pindosgebergte, iets ten oosten van het huidige Griekse stadje Konitsa. Daarvandaan stroomt de rivier naar het westen om, even voor de grens met Albanië, naar het noordwesten te buigen. De bewoners van de oevers heetten de Parauaioi, wat zoiets betekent als “mensen langs de Aoos”.

Lees verder “De Aoos”

Een geschiedenis van Syracuse (4)

Krijgers (Museo archeologico regionale Paolo Orsi, Syracuse)

[Dit is het vierde deel van een zesdelige reeks over de geschiedenis van de voornaamste stad van het antieke Sicilië, Syracuse. Het eerste stukje was hier en een landkaartje is daar.]

Timoleon

De crisis waarmee het vorige blogje eindigde, was ernstig. Er waren revoluties in de steden van Sicilië en Zuid-Italië en er kwam een einde aan effectief bestuur. In Syracuse was het niet anders. Hiketas had de stad alleen kunnen bevrijden door samen te werken met enerzijds de moederstad Korinthe en anderzijds aartsvijand Karthago. Hiketas probeerde het initiatief te hernemen door bondgenootschappen te sluiten met diverse Italiaanse steden (waaronder Rome), maar het was voor iedereen duidelijk dat Grieks Sicilië, verzwakt door een jarenlange burgeroorlog, in handen van de Karthagers zou vallen.

Toch liep het anders. De moederstad van Syracuse, Korinthe, stuurde inderdaad een leger om haar kolonie te helpen. De leider was de efficiënte Timoleon. Het expeditieleger bestond uit veteranen die ervaring hadden opgedaan in de Derde Heilige Oorlog (355-346). Timoleon wist een Karthaags leger te ontwijken, ging aan land in Tauromenion en maakte contact met het leger van Hiketas. Onverwacht viel Timoleon de man aan die hem had uitgenodigd. Toen die was uitgeschakeld, begon hij onderhandelingen met Dionysios II: ze zouden samenwerken in de oorlog tegen Karthago. Dionysios stemde toe, liet Timoleons troepen toe in de citadel op het eiland en vocht aan de zijde van Timoleon tegen de Karthagers. Na de overwinning was Timoleons positie sterk genoeg om Dionysios II weg te werken: hij mocht in Korinthe gaan wonen. Daarmee verdween hij van het Siciliaanse toneel.

Lees verder “Een geschiedenis van Syracuse (4)”

Pyrrhos van Epirus (2)

Helm uit Midden-Italië (Villa Giulia, Rome)

In mijn vorige stukje beschreef ik hoe koning Pyrrhos van Epirus de Romeinen tweemaal versloeg maar grote verliezen leed. Zijn manschappen raakten behoorlijk gedemoraliseerd en zijn lijfarts bood de Romeinen zelfs aan zijn meester te vergiftigen.

Onderhandelingen

Dat het er slecht voor Pyrrhos voorstond, wil niet zeggen dat Rome opgelucht adem kon halen. Welbeschouwd was Pyrrhos in zijn missie geslaagd: de Romeinen weghouden van Tarente en de andere Griekse steden. De Senaat zal blij zijn geweest te vernemen dat Karthago, waarmee Rome kort daarvoor een verdrag had gesloten, op Sicilië de oorlog had verklaard aan Syracuse. Die stad riep nu de hulp in van de koning van Epirus. Voor Pyrrhos was Sicilië een aantrekkelijk alternatief, want hier kon het moreel van zijn leger zich herstellen.

Lees verder “Pyrrhos van Epirus (2)”

Pyrrhos van Epirus (1)

Pyrrhos van Epirus (Buste uit Herculaneum, nu in Napels)

In de loop van de vierde eeuw v.Chr. had Rome de meeste Italische steden en stammen opgenomen in zijn stelsel van bondgenoten: de Etrusken in het noorden, de bergvolken in de Apennijnen en Abruzzen, de stadstaten rond de Baai van Napels. Expansie naar de Griekse havensteden in het zuiden was alleen maar logisch. Een voorwendsel hoefde niet eens te worden gevonden want in de eindeloze reeks conflicten tussen de Griekse stadstaten was er altijd wel een partij die Romes hulp inriep.

Zo’n ingreep kon echter leiden tot escalatie. Tarente, een machtige stadstaat in de “hak” van Italië, beschouwde een van de Romeinse interventies als inmenging in de eigen invloedssfeer, er waren wederzijdse klachten, diplomaten werden mishandeld, oorlog werd verklaard, legers werden gelicht, rekruten getraind, bondgenoten geworven. Tarente deed wat Griekse stadstaten in Italië in crisistijd altijd hadden gedaan: hulp vragen in het moederland.

Lees verder “Pyrrhos van Epirus (1)”