De slag bij Pelousion

Romeinse munt uit het jaar 47 v.Chr. (Teylers Museum, Haarlem)

Als ik u zeg dat het 6 maart was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waaraan Quintus Fufius Calenus en Publius Vatinius als consuls nog hun naam zouden geven, en als ik dat omreken naar 16 januari 47 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de niet geheel accuraat als “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?” aangeduide reeks blogjes.

Ik schrijf “niet geheel accuraat” omdat ook vandaag Caesar geen hoofdrol speelt. We laten hem, met de zwangere Kleopatra VII en haar broertje Ptolemaios XIV, achter in het koninklijke paleis in Alexandrië, waar hij wacht op de versterkingen die hij heeft gevraagd. En het is naar die versterkingen, die Caesar eind september (onze kalender) had ontboden, dat we gaan kijken.

Lees verder “De slag bij Pelousion”

De vrijlating van Ptolemaios XIII

Een Ptolemaïsche koning, niet per se Ptolemaios XIII (Archeologische Musea, Istanbul)

Als ik u zeg dat het 1 choiak was in het vijfde regeringsjaar van koningin Kleopatra VII en koning Ptolemaios XIII, en als ik dat omreken naar 1 december 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Hij zat nog steeds in het koninklijke paleis van Alexandrië, met niet alleen Kleopatra, maar ook haar broer Ptolemaios XIII, alsmede hun jongere broer Ptolemaios XIV. Ze werden belegerd door hun zus Arsinoë IV, die met generaal Ganymedes leiding gaf aan het nationale Egyptische verzet tegen de Romeinse aanwezigheid. Caesars positie was onlangs iets verbeterd doordat hij, toen het Zevenendertigste Legioen was aangekomen, het eiland Faros had veroverd en zijn aanvoerlijnen had veilig gesteld, maar verder leek zijn wereld in te storten. De republikeinen verzamelden zich in wat wij Tunesië noemen en in Dalmatië, Andalusië was onrustig, en koning Farnakes II had bij Nikopolis Caesars gouverneur Gnaeus Domitius Calvinus verslagen. Het was tijd concessies te doen en het Alexandrijnse wespennest te verlaten. Zo komen we bij een van de vreemdste gebeurtenissen uit de Alexandrijnse Oorlog: de vrijlating van Ptolemaios XIII.

Lees verder “De vrijlating van Ptolemaios XIII”

De slag bij Nikopolis

Portret van een Romein, zeker niet Gnaeus Domitius Calvinus, maar wel uit het midden van de eerste eeuw v.Chr. (Kunsthistorisches Museum, Wenen)

Ik zou mijn stukje vandaag kunnen beginnen met de constatering dat het 28 december was in het jaar waarin Gaius Julius Caesar en Publius Servilius Isauricus consuls van Rome waren. En ik zou dat voor u kunnen omrekenen naar “onze” 13 november 48 v.Chr., waarna u zou concluderen weer te zijn beland in een blogje uit de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?” Alleen, het gaat vandaag niet over Caesar, niet over de Tweede Burgeroorlog en niet over de Alexandrijnse Oorlog. Ik introduceer: de Pontische Oorlog.

Crisis in Anatolië

Pontus – de naam betekent zoiets als “Zeeland” – was een koninkrijk in het noorden van het huidige Turkije, langs de kust van de Zwarte Zee. Ook de Krim hoorde erbij. In de eerste helft van de eerste eeuw v.Chr. had koning Mithridates VI Eupator geprobeerd zijn macht te vergroten ten koste van de buurstaten, maar Romeinse generaals als Sulla, Lucullus en Pompeius hadden de oude grenzen hersteld en de plaatselijke vorsten gedegradeerd tot vazalvorsten. Na Mithridates’ dood was in de Krim zijn zoon Farnakes II aan de macht gekomen.

Lees verder “De slag bij Nikopolis”

Versterkingen voor Caesar

Re-enactors in de uitrusting van soldaten uit de eerste eeuw v.Chr.

Als ik zeg dat het 11 december was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waarin Julius Caesar (voor de tweede keer) en Servilius Isauricus consuls van Rome waren, en als ik dat omreken naar 27 oktober 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Zoals u in de voorafgaande stukken hebt gezien, was hij beland in de Alexandrijnse Oorlog, een conflict tussen de Egyptische koningin Kleopatra VII en haar broer Ptolemaios XIII. In de voorafgaande weken waren hun adviseurs geëxecuteerd of vermoord, terwijl patriottische Egyptenaren het door Caesar bezette koninklijke paleis in Alexandrië naderden. Omdat een van de leden van de koninklijke familie, Arsinoë IV, zich bij hen had gevoegd, kon de Egyptische generaal Ganymedes voluit in de aanval gaan, want de continuïteit  van de dynastie was gegarandeerd.

Lees verder “Versterkingen voor Caesar”

Bloedbad in Gomfoi

Een regenboog boven de Aoos

Als ik u zeg dat het 29 quintilis was, als ik toevoeg dat het was in het jaar waarin Gaius Julius Caesar (voor de tweede keer) en Publius Servilius Isauricus consuls van Rome waren, en als ik dat omreken naar 18 juni 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Aankomen in Griekenland. Hij had na de nederlaag bij Dyrrhachion zijn acht legioenen in veiligheid gebracht in Apollonia, waar hij op 20 quintilis was aangekomen. Hij was er niet lang gebleven en opgerukt langs de rivier de Aoos, richting Ioannina. Daar was hij afgebogen naar het oosten, over de Pindos-bergen, richting Thessalië. Hij verliet nu het gebied dat in de Oudheid Epirus heette en trok nu met zes legioenen Griekenland binnen.

Lees verder “Bloedbad in Gomfoi”

Caesars aftocht

De Aoos

Van het dorpje Kavajë, waar Caesars laatste kamp bij Dyrrhachion was geweest, naar Pojan, het Apollonia waar Caesar de winter had doorgebracht, is het over moderne wegen ongeveer 75 kilometer. Toen Caesars manschappen, ongeveer dertigduizend in getal, zich van Dyrrhachion terugtrokken, legden ze de afstand af in drie dagen. Deze logistieke operatie toont Caesar, voor wie we verder geen sympathie hoeven voelen, op zijn best.

Pompeius’ aarzeling

Hij had wel wat geluk, want Pompeius schatte de situatie verkeerd in. Appianus is bijna sarcastisch.

Vol trots op zijn overwinning stuurde Pompeius brieven naar alle koningen en steden. Hij rekende erop dat de soldaten van Caesar direct naar hem zouden overlopen nu ze uitgehongerd waren en volkomen ontmoedigd door de nederlaag. (Burgeroorlogen 2.63; vert. John Nagelkerken) Lees verder “Caesars aftocht”

De gefnuikte opmars van Metellus Scipio

De Haliakmon

Als ik u zeg dat het medio mei was en toevoeg dat het was in het jaar waarin Gaius Julius Caesar (voor de tweede keer) en Publius Servilius Isauricus de Romeinse consuls waren, en als ik dat voor u omreken naar begin april 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?”

Het antwoord op die vraag is dat hij nog steeds bij Dyrrhachion was, het huidige Durrës in Albanië. Zijn mannen waren bezig schansen te bouwen om de soldaten van Pompeius te omsingelen. Die waren even hard bezig schansen te bouwen om te beletten dat ze aangevallen zouden worden. Daarmee zouden ze zich nog wel even mee bezighouden, dus wij schakelen over naar Griekenland. De vraag op aller lippen is immers: wat was Quintus Caecilius Metellus Pius Scipio Nasica aan het doen? Ik zal u niet in spanning houden.

Lees verder “De gefnuikte opmars van Metellus Scipio”

Pompeius bij Dyrrhachion

Pompeius (Louvre, Parijs)

Als ik u zeg dat het 9 april was in het jaar waarin Gaius Julius Caesar (voor de tweede keer) en Publius Servilius Isauricus consuls van Rome waren, en als ik dat omreken naar 4 maart 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een nieuwe aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?” En ook vandaag is hij niet de enige over wie we het moeten hebben. We  moeten het ook hebben over zijn rivaal, Gnaeus Pompeius Magnus, die de troepen commandeerde die de Senaat had geworven in de oostelijke provincies in de maanden waarin Julius Caesar de Iberische provincies onder de voet liep.

Pompeius

Lange tijd had Pompeius gegolden als Romes beste generaal. Hij had gevochten in de Eerste Burgeroorlog, waarin Sulla het had opgenomen tegen de Senaat. Vervolgens had hij gestreden in Spanje en een rol gespeeld bij het onderdrukken van de opstand van Spartacus. Hij had een piratenoorlog beëindigd, was door het Nabije Oosten getrokken, had het Seleukidische Rijk geliquideerd en had Jeruzalem ingenomen. Boven alles was hij een constitutionele vernieuwer, die had bedacht dat je provincies kon besturen via vertegenwoordigers en dan zelf in Rome kon blijven, die het imperium maius verzon en die het idee had van een consul zonder collega. Hij legde zo de institutionele grondslag voor het keizerrijk van Augustus.

Lees verder “Pompeius bij Dyrrhachion”

Pompeius Junior, Scipio en Kleopatra

Oorlogsschip met een toren (Vaticaanse Musea, Rome)

Als ik u zeg dat het 8 april was en daaraan toevoeg dat het het jaar was waarin Gaius Julius Caesar en Publius Servilius Isauricus het consulaat  bekleedden, en als ik dat omreken naar 28 februari 48 v.Chr. op onze kalender, dan weet u dat u bent beland in een aflevering van de reeks “Wat deed Julius Caesar vandaag 2069 jaar geleden?” Alleen wil ik het vandaag niet over Caesar en Pompeius hebben, die we vorige keer hebben achtergelaten in de omgeving van Dyrrhachion. Dat was namelijk niet het enige strijdtoneel.

Orikon

In de eerste plaats: Orikon. Dit was de eerste haven die Caesar in het huidige Albanië had veroverd. Het grootste deel van het legioen dat de stad bewaakte, had hij inmiddels laten komen naar Dyrrhachion. Drie cohorten waren achtergebleven. Als die op sterkte waren, bewaakten ongeveer 1000 legionairs Orikon en Caesars schepen. Kolonel Manius Acilius Caninus realiseerde zich dat hij kwetsbaar was voor een aanval van overzee en had de schepen daarom in de binnenhaven gelegd. Hij had ook een schip afgezonken bij de toegang tot de buitenhaven. (Er ligt momenteel een vergeten oorlogsschip uit de Hoxha-jaren.) Op een tweede schip had Acilius een toren laten bouwen opdat zijn geschut altijd hoog stond.

Lees verder “Pompeius Junior, Scipio en Kleopatra”